zaterdag 8 november 2014

Spijt

We bleven een half uur praten op het plein. We gingen zitten op een terras. We bleven daar een uur zitten. Ze dronk twee muntthees, ik twee gini’s. Ze zei niet: ik ga naar huis toen ik dat zo’n beetje van haar verwachtte. Ze praatte tegen mij, ze luisterde naar mij en ze keek niet op haar horloge. Ze lachte naar mij.

Ze gaf mij haar nummer.

En ik verwijderde het uit mijn gsm.


Want ik vond mezelf een loser. Iemand met een job om zich voor te schamen. Iemand te depressief en te deprimerend. Iemand die maar beter niet naar de film moest gaan met een leuk meisje. Iemand die zich beter onder de grond kon verstoppen.

En dat was dom want het is niet waar.

Ik ben geen loser. Ik moet mij nergens voor schamen. Ik ben niet depressief of deprimerend. Ik mag naar de film gaan met een leuk meisje. Ik moet mij niet onder de grond verstoppen en ik moet geen gsm-nummers verwijderen van mensen die ik nog wil bellen.

Maar dat doe ik dus wel, en liefst vooraleer vrienden mij op andere gedachten kunnen brengen.

Zes maanden lang had ik nergens spijt van.

Maar nu wel.

Nu echt wel.

Geen opmerkingen: