zondag 30 oktober 2011

Oktober-november

Oktober bracht twee theaterstukken, een etentje, een concert, twee interessante ontmoetingen, twee uitstekende films, één verrukkelijke maaltijd, een handvol leuke nieuwe liedjes, enkele cafébezoeken en één discotheekbezoek. Ik voerde enkele interessante gesprekken met voor mij belangrijke mensen, en er werd ook gelezen en geschreven.

Daarmee moet ik tevreden zijn en dat ben ik ook. Ik verplicht mezelf om daarmee tevreden te zijn. Maar alles overkoepelend knaagt er iets: ik heb geen werk en weinig structuur in mijn dagen. Waardoor ik nu wat opgedroogd ben.

November brengt voorlopig twee of drie concerten, afspraken met twee vrienden die ik deze maand niet heb kunnen zien, een familiebezoek, een feestje en de Boekenbeurs. Ook heb ik een betaalde opdracht.

In de wetenschap dat daar nog een aantal dingen zullen bijkomen, ben ik daarmee tevreden.

vrijdag 28 oktober 2011

Turfsmurf

"Op mijn werk noemen ze mij de Turfsmurf."

Dit is het lot van ene Pieterjan, de jongste medewerker van het Radio 1-programma 'Peeters & Pichal'. Pieterjan is 23 en mag reportages maken voor dit ochtendlijke 'consumentenprogramma'. Geregeld moet hij 'tellen', turven. Welk automerk er het vaakst door het rood rijdt; welke leeftijdsgroep er het meest kleine muntjes van de straat raapt, en derglijke. De Turfsmurf mag zijn bevindingen vervolgens komen toelichten bij Annemie Peeters.

Deze 'markante radiopersoonlijkheid' spreekt consequent over de Turfsmurf en dat maakt van haar, naar mijn aanvoelen, een nog meer omstreden presentatrice. Want omstreden is ze zeker: ze lijkt weleens haar eigen interviewees uit te lachen, kan nogal bot en kortaf zijn en verbreekt soms bijna letterlijk een telefoongesprek omdat er een plaat in de player zit. Het gebeurt daarbij dat je haar interviewee beduusd nog enkele woorden kan horen stamelen. Ik twijfel er niet aan dat daar mensen bijzijn die Annemie niet meer aan de lijn wensen te krijgen. Ik twijfel er evenmin aan dat er luisteraars zijn die niet met haar streken opgezet zijn. Het is een raar mens, dat is ook wat ik van haar vind. Maar dat boeit me ook. Het is aantrek en afstoot. Ik blijf luisteren, het is spannend.

Want ze heeft de Turfsmurf in het leven geroepen. Haar verdienste. Of die smurf dat leuk vindt, dat hij zo aangesproken wordt, is niet geweten. Ik denk ook niet dat dat het er toe doet. Annemie vindt dat leuk en daarom zal de Turfsmurf de Turfsmurf zijn. Is het een zelfbedacht spitsvondigheidje? Kennelijk wel. Ze is er veel te trots op om het van iemand afgeluisterd te hebben. Hoe meer ze dat woordje kan zeggen, hoe liever.

Haar Turfsmurf. Ik vond het eerst zeer denigrerend, maar moet er nu om lachen.

woensdag 26 oktober 2011

Fuck Coldplay

Helaas. Ik behoor nog niet tot het soort muziekliefhebber die geheel probleemloos aan 'Mylo Xyloto' voorbij kan gaan. Helaas. Nee, ik vind het nodig er recensies over te lezen, er een interview met Chris Martin op na te lezen, te weten dat de man zelfmoordneigingen krijgt van zijn eigen gekweel en er op Facebook een clevere, Coldplay niets ontziende status aan te weiden. En dat alles om mijn punt te maken, voor mezelf en voor iedereen die het horen wil: dat Coldplay tegenwoordig een gedrocht is.

In plaats van mij te concentreren op wat wél goed is. Wat ik ook doe, maar toch. Sneller dan mijn vrienden te vertellen dat ik de laatste dagen veel naar Peter Broderick luister en dat ik dat mooi vind, zal ik zeggen dat Chris Martin in een interview gezegd heeft dat hij zelfmoord wilde plegen na de opnames van 'Wat zonder twijfel de meest aanstellerige titel van 2011 zal blijven', en dat hij dat vooral had moeten doen met het oog op de tournee die nog zal volgen. Net alsof ik last zal hebben van die tournee of van de mensen die er naartoe gaan. Niet dus. Maar zelfs in die wetenschap zal ik blijven kermen dat Coldplay me stoort en opmerken dat Fedde - 'Put Your Hands Up For Detroit' - Le Grand hun voorprogramma zal doen. Wederom: alsof mij dat iets uitmaakt. Onbegrip en de daaraan gekoppelde onverdraagzaamheid zijn misschien wel mijn grootste problemen. Want al neutende over Coldplay, heb ik het dus niet over Peter Broderick.

Nu, voor dat laatste bestaan natuurlijk ook wel logische redenen. Niet iedereen kent Peter Broderick maar wel Coldplay. Ik bedoel: de laatste weken begon ik een aantal keren over 'The Tree of Life' en 'Melancholia', maar als de mensen tot wie ik me richt die films niet hebben gezien is het gesprek erover snel voorbij. Dat is niet rààr. En ook: negatief doen is veel makkelijker dan positief doen. Voor mij alleszins. En daar moet ik mee opletten. Want zo verlies ik mijn tijd met 'Mylo Xyloto', waar ik overigens nooit van m'n leven naar zal luisteren, in plaats van Peter Broderick aan te prijzen en te zeggen dat die muziek mij wél gelukkig maakt. Maar dat heb ik hierboven al allemaal gezegd.

Helaas. Ik behoor dus (nog) niet tot het soort muziekliefhebber die geheel probleemloos aan 'Mylo Xyloto' voorbij kan gaan. Helaas. Ik ben ook niet iemand die zich op één genre concentreert en van daaruit al het overige uit het oog verliest. Wellicht kan ik Coldplay ook dààrom niet loslaten. Nee, ik ben een 'generalist' die zijn oren in principe voor alles openstelt. Dat gaat dan van intimistische pianomuziek tot - wat heb ik momenteel nog zoal rond mij liggen? - 'Dubnobasswithmyheadman' van Underworld, een oude cd van Incubus godbetert en 'Psychocandy' van The Jesus and Mary Chain. Ook heb ik de afgelopen dagen veel naar oude Spice Girls-clips gekeken op YouTube, maar daar vind ik niks fouts aan. Dat zijn de Spice Girls en die waren duidelijk in wat ze deden: onnozele liedjes inlippen, maar al bij al wel vrolijk en onschuldig. En dat is anders bij Coldplay: die zijn onduidelijk. Eerst waren ze goed en was ik blij dat ze er waren, daarna werden ze slecht en kon ik gewoon niet begrijpen waarom ze deden wat ze deden. Van mensen wiens muziek ik hou, denk ik altijd dat ze met mij op één lijn zitten, en als ze dan zo'n streken uithalen zoals Coldplay met mij, dan heeft dat omzeggens hetzelfde effect als een vriendin die me plots zou laten vallen voor een onnozelaar in een fout café.

Helaas. Uit al het voorgaande blijkt duidelijk dat ik dus (nog) niet behoor tot het soort muziekliefhebber die geheel probleemloos aan 'Mylo Xyloto' voorbij kan gaan. Ik weet ook niet of het er ooit nog van zal komen. Het zit niet echt in mijn karakter om me enkel op de goeie dingen te concentreren. En dat niet alleen met betrekking tot muziek.

dinsdag 25 oktober 2011

Slecht flirten voor dummies

"Je zit alleen aan de toog in een café. Enkele krukken verder zit een meisje dat voor de jonge Carla Bruni zou kunnen doorgaan. Ook zij is alleen, maar ze zit dichter bij twee mannen die aan de andere kant van de toog in een gesprek verwikkeld zijn, dan bij jou. Af en toe kijkt een van de mannen over zijn schouder naar het meisje. Wat doe je om als eerste haar aandacht te trekken en hoe knoop je een gesprek aan?"

Ik heb theoretisch examen flirten en ik heb niet gestudeerd. In de les had ik ook al niet heel goed opgelet en nu zit ik met zenuwen. Ik herinner me natuurlijk dat er niet één zaligmakende strategie is om contact te maken, maar de best bevonden manieren om iemand van het andere geslacht te benaderen, daar kan ik nu ook even niet op komen. Daarom schrijf ik maar een aantal klassieke manieren op waarmee succes vaker niét dan wél gegarandeerd is. We zullen dan wel zien waar het schip strandt.

1. Nog een drankje bestellen en vragen wat zij drinkt? Niet slecht, want je speelt op safe. Zelfs als ze bedankt voor het aanbod is er eigenlijk niks aan de hand. Je maakt contact maar dringt je niet noodzakelijk op. Vanaf hier kan je dan ook doorgaan, tenzij zij aangeeft dat ze daar geen zin in heeft. Als ze niet antwoordt op je vraag waarom ze niet wil praten, laat je het maar zo. Wees nooit te voortvarend, dat komt bedreigend over.

2. Een kruk opschuiven en vragen waarom ze alleen is? Kan bemoeierig en/of intimiderend overkomen. Als je geluk hebt begint ze toch te praten. In dat geval is het belangrijk om goed te luisteren naar haar reden(en) om alleen op café te gaan en van daaruit verder te gaan. Het kan ook dat ze de bal terugkaatst en vraagt waarom je zelf alleen bent. In dat geval moet je absoluut een gevat antwoord klaar hebben. Probeer altijd positief te blijven, zelfs wanneer je daar zit omdat je eenzaam of gedeprimeerd, of op een andere manier hopeloos bent. Mensen die je niet kennen knappen af op een depressieveling. Als je je echt niet goed voelt, is het ook geen goed idee om te proberen contact te maken.

3. Een grapje als ijsbreker? Bijzonder riskant. Iets als: "Als jij Carla Bruni bent, mag ik dan Nicolas Sarkozy zijn?" is bijvoorbeeld instant zelfmoord. Onaangekondigd met een grap komen loopt maar zelden goed af. In het slechtste geval heeft ze je niet verstaan en vraagt ze je om het nog eens te herhalen. Ook kan ze het verkeerd begrijpen en je vragen om je te verduidelijken. Onthoud in deze context dan ook altijd dat het grapje dat jij spitsvondig vindt, niet noodzakelijk zo wordt geïnterpreteerd. De kans is groot dat je een raar figuur slaat en je kansen op succes onmiddellijk als sneeuw voor de zon ziet smelten.

4. De dooddoener: 'Ken ik jou van ergens?' is in deze situatie totaal not done. Vooral dan wanneer je al een aantal minuten samen aan de toog zit en in al die tijd niks gezegd hebt. In dezelfde categorie maar net dat ietsje minder fout: knipogen.

5. Een gesprek proberen aan te knopen met de barman en haar er proberen bij te betrekken? Beter niet, want redelijk doorzichtig. Overigens kan zo'n gesprek heel snel stilvallen en dan kom je in zogenaamde 'awkward silences' terecht, ook met de barman. Kan behoorlijk genant aflopen. Waarover moet dat gesprek overigens gaan? Eventueel over de muziek in het café of een andere halve evidentie, maar let er toch heel goed mee op.

+. Ten slotte moet je ten allen tijde beseffen dat wat je zegt ondergeschikt is aan hoe je het zegt, wanneer je het zegt en waarom je het zegt. Belangrijker dan een goeie openingszin zijn dus een frisse look, zelfvertrouwen, een vaste stem en blijk geven van het feit dat je perfect weet waar je mee bezig bent. Probeer ook te screenen waar zij zin in heeft, stel haar op haar gemak en dring haar zeker niks op. Dat maakt een egocentrische indruk.

En laat voor het overige de omstandigheden en het toeval hun werk maar doen. Teveel plannen en nadenken over hoe je het gaat aanpakken is ook niet goed. Het fnuikt de spontaniteit.

Succes!

Wow, dit is bijna een verhandeling geworden. Hopelijk is het niet totaal tevergeefs geweest en geeft de prof mij dan maar punten voor de moeite..
Die 'succes' staat daar trouwens best stom, maar de prof zal er de humor wel van inzien zeker? Fingers crossed.

maandag 24 oktober 2011

Grenoble

Natuurlijk zou ik graag even op en af gaan naar Grenoble. Grenoble, spreek die naam uit. En kijk eens op de kaart voor de ligging ervan. Dat moet daar mooi zijn, niet ver van Genève en Milaan. Frankrijk is overigens mooier dan België, en de regio rond Grenoble is sans doute mooier dan de onmiddellijke regio rond mijn stad. Of nog belangrijker: het is er altijd warmer.

Maar ik ga niet want ik heb andere katjes te geselen. Eerder sporadisch, maar toch. Gegeseld zal er, dag in dag uit, tot het grote moment daar is. Het grote moment dat het liefst van al toch redelijk klein blijft.

Neemt niet weg dat ik haar wil en zal zien. Of het nu in Grenoble of in Tel Aviv is. (Tel Aviv, spreek die naam uit.) Ik wil haar zien om haar een aai over haar bol te geven en om schattig Frans met haar te spreken. Ik wil haar zien om haar een hart onder de riem te steken. Het liefst van al wil ik haar zien in Grenoble. En ik wil ook Grenoble graag zien.

Ik zou erover kunnen doorgaan, maar dan word ik persoonlijk. En er meer woorden aan vuil maken dan goed is, is niet goed. Met bovenstaands is alles gezegd. En nu maar hopen dat het er van komt.

zondag 23 oktober 2011

On-demand-gedrag

'De Vlaamse media moeten zichzelf heruitvinden. Anders worden ze straks platgewalst door de Amerikaanse internetreuzen. "Jongeren willen geen jaar meer wachten tot 'True Blood' bij ons wordt uitgezonden," zegt nieuwe-mediagoeroe Jo Caudron.'

(platgewalst worden)

'In een nieuw boek schrijft [Caudron] dat de Vlaamse tv-zenders voor hun voortbestaan moeten vrezen (...) Uitgesteld kijken met de Belgacom- of Telenetdecoder is volgens Caudron een zwaar onderschat gevaar.'

(vrees - gevaar)

"We hebben nu een generatie jonge kijkers die on-demand-gedrag vertonen."

"Zoals [de Vlaamse zenders] nu bezig zijn, is het goed mogelijk dat [het grootste deel van inkomsten] naar het buitenland vloeit, (...). En nog erger Misschien gaat Studio 100 binnen een jaar in Amerika zijn programma's op een server opladen, om het via Apple te verkopen aan Belgen. Dan kijkt mijn dochter naar 'Mega Mindy' via Apple, zonder dat de plaatselijke media-industrie, op Studio 100 zelf na, er iets aan heeft."

(verergering)

"[De Vlaamse mediaspelers] moeten nu de ernst van de situatie inzien. En ik denk dat ze dat ook doen: elk mediahuis beseft dat de dreiging sneller op ons afkomt dan ooit tevoren."

(dreiging)

Bovenstaande citaten heb ik uit een interview met Jo Caudron uit De Standaard van vorig weekend geplukt. Wie Jo Caudron is, hebt u hierboven al kunnen lezen, een 'nieuwe media-goeroe'. Encyclo.nl leert mij dat een goeroe een 'gezaghebbende (spirituele) leider is'. En dat is Jo Caudron voor de Vlaamse media. We zullen de dramatische situatie waarin het Vlaamse televisielandschap zich bevindt dan ook bijzonder ernstig nemen.

Ik lees in dit artikel dat iPads, digitale kanalen en andere decoders de Vlaamse televisiezenders in moeilijke papieren zullen brengen. Dat is problematisch. Jo Caudron trekt aan de alarmbel nu de meubelen nog gered kunnen worden. Maar straks is het onherroepelijk te laat en kunnen de Vlaamse zenders hun kosten niet langer terugverdienen. Caudron geeft het niet graag toe, maar hij ziet de situatie somber in.

Want de Vlaamse media zouden weleens platgewalst kunnen worden. Wat betekent dat concreet? Dat er een hoop ontslagen zullen vallen bij VRT, VMMa en SBS? De Vlaamse media zouden immers geen geld meer kunnen halen uit reclame omdat deze middels digiboxen e.a. kan geskipt worden. Als dat zo is en de Vlaamse mediaconsument is zich daarvan bewust, dan is het toch de Vlaamse mediaconsument zelf die de Vlaamse media platwalst? Terwijl de nieuwe 'tools' in dit artikel de pletwals schijnen te zijn.

Dat brengt mij bij het schitterende begrip 'on-demenad-gedrag'. Jonge kijkers die 'on-demand-gedrag vertonen'. Klinkt alsof meneer Caudron geëxperimenteerd heeft met muizen. De conclusie is schrikbarend. Vrees. Gevaar. Opnieuw: het voortbestaan van de klassieke media wordt bedreigd en de oorzaak daarvoor wordt gelegd bij die nieuwe 'tools' die de hele boel naar een next level tillen.

Alsof dat 'on-demand-gedrag' als een opzichzelfstaand gegeven dan niet problematisch is. Dat de media daar aan tenonder zouden gaan is in feite totaal bijzaak. Het is het inhalige 'ik wil het nu'-gegeven dat veel erger is, maar daar wordt in de sérieux van dit artikel aan voorbij gegaan. Wat kan het mij schelen dat de klassieke tv-kanalen zouden vervangen worden door nieuwe media? Dat zal uiteindelijk toch niet gebeuren. Erger is dat mensen in deze snel-sneller-snelst-sfeer steeds inhaliger worden en steeds minder geduld lijken te hebben, tout court. Als het nu kan moet het nu. Niet straks, maar nu. Ik heb daar niet met betrekking tot de media, maar met betrekking tot de eigen psychologische persoonlijkheidsstructuur triestige dingen over gelezen. Over mensen die geen verlangen meer kennen en doorslaan als ze ergens op moeten wachten. Over mensen die uit hun lood geslagen zijn als ze eens een nee krijgen in plaats van de steeds door hen gewenste en verkregen ja. Over verwende mensen zonder ruggengraat kortom.

En als die mensen van de instant-voldoening dan het Vlaamse televisielandschap aan het wankelen brengen, wat is daar dan zo erg aan? Gevaar en dreiging, oppert Jo Caudron nog, maar ik zie het punt al lang niet meer. Dit artikel geeft een tendens weer, maar legt de vinger niet op de eigenlijke wonde. De kijker wordt gepamperd en het zijn de media die de kijker van nieuwe pampers moet voorzien. Wat een enge commerciële logica.

Laat ze maar doen, denk ik. Ik ben zelf eigenlijk helemaal niet mee met die hele nieuwe revolutie. Laatst beroerde ik voor het eerst een touch screen. Ik ken de iPhone, iPad, MacBook, Smartphone en BlacbBerry van naam maar niet van gebruik. Ik heb ook niet het gevoel dat ik iets mis. En persoonlijk ben ik zeer beducht voor on-demand-gedrag. Zo wil ik geen 'internet in mijn broekzak'. Het lijkt me immers bijzonder gevaarlijk om me in een sfeer te begeven waarin ik stande pede kan krijgen wat ik wil. De notie van verlangen bestaat dan niet meer en kunnen verlangen is heel belangrijk voor een mens. Daar zouden meer mensen bij moeten stilstaan.

De bergbeklimmer verlangt naar de top. Boven geniet hij van zijn prestatie en van het prachtige uitzicht. Daarna gaat hij weer naar beneden en is hij gelukkig. 'On-demanders' daarentegen blijven op de top zitten - het hoogst bereikbare. Maar die top gaat ook vervelen en de on-demander verlangt naar iets anders. Naar beneden gaan is echter geen optie want omlaag gaan is synoniem voor achteruitgang. En zo baalt de on-demander op de top die al lang niet meer top is.

De opwarming van de aarde is overigens ook een probleem dat om meer aandacht vraagt dan het instortende Vlaamse medialandschap. Want straks geen sneeuw meer op uw top, dan valt de wereld pas echt op uw kop.

zaterdag 22 oktober 2011

En ga weer zonder weerga

Hé J.,

Ik heb je dit al lang eens willen zeggen. Dat ik benieuwd ben om te weten wie je écht bent. Nu heb ik daarover enkel een persoonlijke, gekleurde indruk die wellicht te negatief uitvalt. Op je blog, die ik nog niet zo heel lang geleden ontdekt heb, vind ik je echter weergaloos. Ik had wel verwacht dat er iets in je zat waardoor ik je zou waarderen, maar dat het hilarische teksten, brieven, zouden zijn op een blog, nee, dat had ik niet zien aankomen.

Jij kan verdomd goed schrijven. Dat was me in onze krant, die ik eerlijkheidshalve amper lees, nog nooit zo opgevallen. Kranten lenen zich daar ook minder toe moet gezegd, maar die blog.. Weergaloos werkelijk. Het is, geloof ik, van mijn kennismaking met Onderhond geleden dat ik nog eens in de archieven van andermans blog gedoken ben. Soms duik ik nog eens in mijn eigen archieven en dan stel ik meestal vast dat ik tevreden ben over wat ik twee à drie jaar geleden zoal schreef. Ik had mijn stijl toen al wel gevonden en af en toe had ik een lezer die een thumb up deed. Door onregelmatig te bloggen ben ik, geloof ik, mijn lezers weer kwijtgeraakt. Maar dat alles volledig terzijde. Ik wil maar zeggen dat wijlen Onderhond en jij meer continuïteit aan de dag kunnen leggen én al van meet af aan erg leuke stukjes postten.

Onlangs schreef ik in een reactie na het lezen van vier of vijf van je brieven dat je de grappigste blog onderhoudt, die ik ken. Dat was welgemeend en ik vond het nodig dat je dat wist. Je bedankte mij in je antwoord. Graag gedaan, J.. Je bent echt goed. Een zeer entertainende schrijver. En ja, natuurlijk zegt die blog ook iets over jou. Dat je nogal wat situaties complex vindt enzo. Maar dat kan jij zelf beter uitleggen natuurlijk. Zelf blog ik voor het applaus en de bloemen. En als ik dan ook nog eens ontdek dat ik verdomd graag schrijf, dan is dat verdomd mooi meegenomen. Want shit ik schrijf graag. Hoe de zinnetjes eruit rollen, daar kan ik van genieten. Maar wat zit ik die hele brief eigenlijk voortdurend op mezelf te betrekken?

Misschien vanwege mijn aandachtszucht enerzijds, en omdat ik bang ben om me echt tot jou te richten anderzijds. 't Is weer die eeuwige en godgeklaagde onzekerheidsvermijding waar ik nog zo tegen ten strijde trek. We zijn allebei nogal terughoudend om het ijs te breken, denk ik. Bij mij gaat er, moet ik eerlijk zijn, zelfs een soort weerspannigheid vanuit terwijl ik het eigenlijk tòch wil. ("Het is het een of het ander," hoor ik een willekeurig iemand debiteren.) Maar als ik dan zeg dat ik het wil, vind ik dat toch ook weer overdreven. Ik zou mijn teen wel in het zwembad willen steken, maar in het water springen hoeft niet.

En jij? Ik ga niks over jou zeggen. Ik ga niet gissen en raden en vermoedens uiten. Maar het benieuwt me wel een beetje. Ook niet heel veel, maar wel net genoeg om er bij stil te staan. Heb jij een mening over mij waaraan je uiting zou willen geven? Iets zegt me dat je daar geen nood aan hebt.

Alleszins het allerbeste en misschien tot binnenkort,
en in de tussentijd geschifte brieven blijven schrijven hé,

Ali

vrijdag 21 oktober 2011

Posh

- "Beckham, was you into the Spice Girls beforehand?"
* "No, but I was into Posh."


Posh en Becks zijn op bezoek bij Ali G. en moeten alles vertellen wat we al lang weten. Maar dat zinnetje van Becks vind ik leuk. Hij is de verliefde jongen, verlegen bijna. En zij? Het is niet helemaal duidelijk wat zij ervan denkt.

Wanneer laaide de vlam op? Op welk moment raakte Becks into Posh? Was het bij het zien van de 'Wannabe'-clip? Het benieuwt mij wel, want Victoria was toch de stille Spice? Valt Becks voor stil?

Het was 1996 en ik kende 'Wannabe' enkel van naam. Mijn Engels was nog niet zo goed toen en ik sprak wannabe fonetisch uit. Uiteraard had ik geen benul van wat het betekende. Ik was meer into 'Bailando' toen, toen Becks into Posh raakte.

Nu ik vijftien jaar later door de Spice Girls-catalogus op YouTube ga - na een flard 'Wannabe' in 'Het goddelijke monster' op tv - raak ik ook een beetje into Posh. Omdat ze stil is (lijkt?) fascineert ze me het meest. Met als totale tegenpool die vreselijke Mel C.. Wat een lelijke stem, dat kind, en toch was zij zowat de frontzangeres. Posh daarentegen zong amper zelf. In 'Wannabe', de eerste single en grootste hit, zingt ze zelfs helemaal niet. De vier anderen wel, maar niet Posh. Die naam trouwens: Posh. Ook dat intrigeert mij. Sporty, Scary, Baby, Ginger (de rosse) en dan Posh. Heeft enig mysterie, vind ik.

Om to the point te komen: ze is de knapste. Daar zullen ze wel over nagedacht hebben. Laten we er een mannequin tussenzetten die eigenlijk niet kan zingen. En inderdaad. In 'Wannabe' staat Posh haar benen te showen, that's it, en haar hakken maken van haar de meest 'posherige', de sjiekste en duurste inderdaad. Overigens staat Posh ook beeldig met petrol (zie ook 'Stop' waarin ze zelfs een stukje zingt). Die kleur flatteert haar uitermate en zorgt ervoor dat ik een halve seconde te lang alleen naar haar kijk. Al hoeft dat niet echt te verbazen gezien de andere Girls gezamelijk lelijke kuikentjes zijn.

Een karakterstudie van Victoria Adams, euh Beckham, dringt zich op.

Ik vind haar enkel leuk in een aantal Spice Girls-clips, gewoon omdat ze de mooiste is, al moet ze een beetje opletten met die lelijke gezichten die ze soms trekt. In heel haar latere doen en laten laat ze me totaal koud en vind ik haar yet another toonbeeld van iemand die vrij gemakkelijk bekendheid heeft verworven en daarna maar met haar vingers hoeft te knippen om in de spotlights te blijven staan. Haar huwelijk met David Beckham heeft alles in gang gezet.

Nu is ze een ontwerpster, icoon en andere dingen waardoor ze weleens op een rode loper belandt. Ik zie haar een t-shirt met 'J'adore Dior' op dragen. Maar is ze echt die zakenvrouw of zijn de rollende bal en haar entourage met haar aan de haal gegaan? Ik heb altijd die indruk gehad. Posh lijkt me gewoon niet getalenteerd. Ze heeft een team dat een pad voor haar uitstippelt. Laten we een Posh-zonnebril lanceren. Een Posh-kledinglijn. Maar wat is het verhaal daarachter?

Heeft Posh een verhaal? Een écht verhaal, geen door haar yes-men verzonnen verhaal. Ik twijfel er sterk aan. Haar huwelijk is haar verhaal. Haar stervoetballer heeft haar gemaakt en samen hebben zij vier kinderen op de markt gebracht. Van goeie marketing gesproken. Samen vormt de familie Beckham een ideaal gezin. Zij vertolken een rol als die van Brangelina, minus de adoptietoestanden. En minus het charisma. Ik vind dat jammer. Dat Posh eigenlijk een lege doos is.

donderdag 20 oktober 2011

Nu zaterdag ofzo

"Vanavond ga ik uit
En niemand houdt me tegen
Vanavond ga ik uit
Totdat ik heb gekregen
Wat de nacht je geven kan
Als je verdwijnt in vuur en vlam
Vanavond ga ik uit
"
- Clouseau

Ik dus niet. Ik denk ik niet. Nooit bijna. Echt uitgaan bijna nooit. Wel op café met één vriend, hoogstens twee. Maar uitgaan, laat, met veel mensen, disco's, drank, nee, da's tijden geleden.

En ik zit er een beetje mee, anders begin ik er niet over. Ik wil wel nog eens, maar ik weet niet hoe ik het moet aanpakken. Ik heb er de vrienden niet (meer) voor en weet niet (meer) waar het leuk zou kunnen zijn. Nergens, ben ik geneigd te denken. Het is nergens leuk, uitgaan is niet leuk, niet voor mij. Er zijn zo veel dingen die ik er niet wil bijnemen. Om te beginnen: de onherroepelijke zattigheid, of, uch uch, de rokers en meer bepaald de geur die ze in mijn kleren blazen.

En wat wil ik eigenlijk van dat uitgaan? Dansen? Los gehen? En waarom precies?

Om mensen te leren kennen? Om mezelf 'op de kaart te zetten'? Om telefoonnummers te vragen en met zatte meisjes te kussen? Allemaal dingen die me toch niet zouden lukken.

Geregeld speelt zich op zaterdag een identiek scenario af. Ik wil wel, maar doe niets. Ik neem me tijdens de week voor te gaan, maar op zaterdagavond ga ik juist nergens heen. Ik laat het elf uur worden en hak dan de knoop door. Steeds weer ga ik dan niet. Ik ben er te moe voor of ik heb er geen zin in of ik voel me alleen. Er is altijd wel een reden.

Niets is erger dan alleen de stad in te gaan, terwijl je eigenlijk niet weet waarheen. Daar kan ik compleet gedeprimeerd van terugkeren. Daar komt dan zomaar wat in het ijle rondlopen van. Er is veel drukte op straat en daar passeer ik dan als enige zwijgend. Zij zijn bezig en uitgelaten, ik ben stil en zoekend naar 'iets'. Onduidelijkheid over mijn hele aanwezigheid, een al verloren zoektocht op het moment dat ik mijn kamer verlaat. En dan gebeurt het soms dat ik per toeval iemand tegenkom die dan als reddingsboei kan dienen. Daar komt dan ook nog weleens iets leuks van. Maar zo'n ontmoeting is een zeldzaamheid.

Toch had ik er zo eens een hele goeie. Dat was een avond die in de gekadreerde archieven ging. Een avond om tegen anderen over te vertellen. Zo'n avond die een nacht werd en daarna een dag en al.

Een avond om nu op mijn blog op terug te komen. Een avond om opnieuw naar op zoek te gaan. Nu zaterdag ofzo.

woensdag 19 oktober 2011

Flip en Joost

In mijn cd top 100 van het vorige decennium staan het titelloze debuut van Novastar en 'Ocharme Ik' van Flip Kowlier respectievelijk op nummers 21 en 59. Ze staan daar niet toevallig, die top 100 kwam na minutieuze berekeningen van gemiddeldes en waardeschalen tot stand. Mocht ik het kunnen overdoen, sommige dingen zouden wellicht anders uitdraaien, maar ik schat dat Nova en Kowlier nog steeds hoog zouden scoren. Bij de beste Belgen ook. Ik kan voor de aardigheid even kijken waar de overige Belgen in mijn lijst stonden.

08. Mauro Pawlowski & The Grooms: 'Black Europa'
10. Soulwax: 'Any Minute Now'
17. The Hickey Underworld: 'The Hickey Underworld'
46. Mauro: 'Songs From A Bad Hat'
47. Dez Mona: 'Moments of Dejection and Despondency'
48. Mintzkov Luna: 'M For Means and L For Love'
55. Hooverphonic: 'The Magnificent Tree'
62. Daan: 'Victory'
63. Ozark Henry: 'Birthmarks'
65. dEUS: 'Vantage Point'
81. Sukilove: 'Good Is In Your Bones'
83. Wixel: 'Heart'

(Mensen zijn zot van lijstjes. Ik nog het meest van al.)

Maar om door te gaan op Novastar en Flip Kowlier: beide leverden zij een geweldige debuutplaat af die sindsdien niet overtroffen werd, iets wat waarschijnlijk ook niet meer zal gebeuren.

Maar ik las ook andere meningen, ik weet niet precies meer waar. In een recensie over Kowliers 'De Man van 31' (2007) stond geschreven dat die zijn beste was tot dan toe. Goed, ik heb die ceedee nooit gehoord, dus kan ik het niet weten, maar ik weiger het te geloven. 'Ocharme Ik' was zo lief, klein en mooi.

Eenzelfde verhaal naar aanleiding van Novastars 'Almost Bangor' (2008). Op goddeau - hier heb ik de link dus nog wel - staat in de laatste alinea te lezen dat dit Novastars sterkste plaat tot dan toe is. Ben ik het totaal niet mee eens. Het debuut is zoveel pakkender, intiemer, 'dichter'. En die 'Almost Bangor' heb ik gehoord, dus ik weet waarover ik het heb.

Beide debuten zijn nu tien jaar oud en ik hou nog steeds intens van ze. En dat staat los van de personen Joost Zweegers of Flip Kowlier. Kowlier laat mij koud en vind ik hoogstens grappig bij 't Hof van Commerce - Zweegers vind ik een fascinerendere figuur, maar hij heeft mij in interviews eigenlijk nooit echt over de streep getrokken. Hij lijkt interessant, maar ik kan er de vinger niet op leggen.

Maar los van hun persoontjes hebben Joost en Flip belangrijke Belgische plaatjes gemaakt. Persoonlijke klassiekers. 'Novastar' is iets speciaals. Zo àf, zo volwassen. Zijn eerste single, 'Wrong', is gemaakt voor de Tijdloze. En ook echt tijdloos, volgens mij. Niet zomaar een single, nee, een liedje met een randje. Iets internationaals waar de 'mindere goden' in eigen land - mensen die het volgen, weten perfect wie - een arm voor veil hebben. Deze mindere goden gooien het vervolgens over een andere boeg om zich niet te zeer belachelijk te laten maken door bijvoorbeeld een nummer als 'Moreau', ook uit 'Novastar'. Hij klinkt eigenlijk constant alsof hij net wakker is, Zweegers. Achteloos en nonchalant zo'n beetje. Spaarzaam en uitgebalanceerd. Er is over nagedacht, maar ook niet te veel zodat het talent mooi tot uiting komt. Nummers als 'Moreau' - geen YouTube te vinden - of 'The Best Is Yet To Come' passeren niet onopgemerkt op de radio. 'Lost & Blown Away' al helemaal niet. Ik ben een sucker voor de ballads, maar de plaat als geheel staat als een knus huisje. Nog het meest lijkt het op een soort cum laude afstudeerproject.

'Ocharme Ik' is anders. Verrassender. Leuker, op een bepaalde manier. Iets minder toegankelijk, niet eens vanwege Kowliers West-Vlaams, maar door de bij wijlen bijna sinistere liedjes. Kowlier, toen nog enkel bekend van 't Hof van Commerce, deed plots iets anders, iets serieuzer, iets eerlijker. Plots wilde de Leverancier iets zéggen. Wie had dat zien aankomen?

Ik was 14 toen ik 'Welgemeende' op TMF zag. Eerst wist ik niet wie hij was, ik legde de link niet met 't Hof. Ik had er ook geen mening over, denk ik. Een tijdje daarna won ik 'Ocharme Ik' met een quiz op Studio Brussel - dàt is lang geleden - en ontdekte ik Kowlier in zijn nieuwe hoedanigheid. Het was totaal anders dan ik had kunnen vermoeden, veel kleiner en interessanter. Met teksten die mij intrigeerden. De trage nummers die bijna depressief aandeden. 'Ik ben moe' waarin hij het beu is. 'Moeder lieve moeder', over een man die zijn ouders uitlegt dat hij homo is. 'Ti woa' over een man die trouw wil beloven. Het geweldige 'Vredeslied', een melancholische mijmering. En afsluiter 'In 't park', een weergaloze nostalgische reflectie op zijn puberteit. Ook op 'Ocharme ik' heb ik de trage nummers het meest lief, maar ook hier kan ik probleemloos de volledige rit uitzitten. Er zijn zo veel kleine hoekjes om in te kruipen en gekke zinnetjes om te ontleden. Het is ook zo leuk meezingen, zonder dat je helemaal precies weet wat je eigenlijk aan 't zeggen bent.

Heb ik een beetje duidelijk gemaakt waarom de debuten van Novastar en Flip Kowlier wel degelijk hun beste platen zijn? Naar hun latere platen heb ik nooit bijzonder uitgekeken. Bij Flip Kowlier heb ik het niet eens meer geprobeerd, want ik vond de singles slecht, al heb ik nu flarden van zijn reggae-plaat gehoord die ik wel goed vind ('Mo bo nin'). Zweegers ben ik wel blijven volgen, maar hij ging gepolijster klinken en daar haakte ik op af. Hij duikt ook altijd weer een paar jaar onder, waardoor ik hem vergeet. Maar hé.

(En als u 'Novastar' en 'Ocharme ik' dus nog niet kent, moet u die nu maar eens gaan zoeken hé.. Enjoy.)

dinsdag 18 oktober 2011

Snake

Trillende onderarmen, hoofd begraven in mijn handen, wanhoop in mijn blik, angst in mijn hoofd. Ik raak maar niet aan de magische grens van 2000 punten op Snake, het spel, onderaan mijn blogpagina. Ik was er zo fucking dichtbij. 1913. Eén snelle en ik was er, maar ik was te nerveus, ik dacht niet meer helder en boorde mezelf vast. En dan wil ik natuurlijk nog eens en nog eens en nog eens. Ik ga dat spel gewoon van mijn blog moeten gooien, het doet mij dood.

Wat een vreselijke dagen. Mijn favo kotgenoot denkt dat ik aan de drank zit, zo raar doe ik. Ik beweeg mij als een dronken man en praat niet coherent. Coherentie is atijd wel een probleem voor mij, maar nu is het erger. Ik heb geen kloten te doen en daarom heb ik zelfs geen tijd om te douchen. Ik draag een pet omdat ik me anders niet kan vertonen. Nog goed dat ik me amper vertoon. Of nee, da's slecht. Een mens die doodgaat, vertoont zich beter wél. Daar kikkert hij van op.

Een alfabetische muzieklijst blijft maar doorlopen. Bibio, The Bird and The Bee, The Black Keys. Ik sla er nauwelijks acht op. Nee, ik moet die 2000 halen. 1742, 1689, 1245, soms een hoogst irritante 720 ofzo, gewoon omdat mijn vingers alle coördinatie verliezen.

Please, kan iemand mij komen coördineren?

Wat ik zelf kan is mijn wekker zetten. Opstaan is iets anders. Ontbijten is gewoon moeilijk. En al de rest is praktisch onmogelijk. Een sollicitatiebrief schrijven? Dat zal er vandaag niet inzitten. Zeker niet. Ik zal me, denk ik, nog net naar de bib kunnen slepen om daar een middagdutje te doen. Als ik ook maar even bij die rottige computer weg ben, dat zou ook al helpen.

Ik moet ook dat meisje nog antwoorden dat ik gecontacteerd had op CouchSurfing. Dat ik natuurlijk niet kom, maar dat ze wel bedankt is voor de informatie. Dat is de mèrde, dat ik weg wil, maar niet kan. Er is geen aanleiding enz. Ik ben een werkzoekende en werkzoekenden zitten thuis op Jobat, Stepstone en Vacature. Vervolgens schrijven ze brieven en krijgen ze antwoorden als "Bedankt voor uw interesse, maar inmiddels is deze vacature reeds ingevuld." Of: "Helaas moeten wij u meedelen dat u niet geselecteerd bent om op gesprek te komen. Wij wensen u nog veel succes in uw verdere carrière." Een mens gaat daar altijd een beetje van dood.

Ik ben een jonge god van 24, heb een aantal vaardigheden, wil die vandaag nog ter beschikking stellen en moet verdomme veertig brieven schrijven alvorens nog maar uitgenodigd te worden. Da's kut, ziet u?

Niet te verwarren met de gelijknamige Congolese stad

Boembabeloe
Het circus komt eraan!
Boembabelie
Waar is die kleine clown?
Boembabela
Wat is zijn naam?
Boemba!
Boembaloe!
Boemba!

zondag 16 oktober 2011

Duidelijkheid

'Dat het leven snel gaat. Dat wou ik even zeggen. Sta daar gerust af en toe bij stil.' - Huiverinkt.

Is het? Gaat het leven snel? En zijn wij dan te traag om het tempo van dat leven te kunnen volgen? Er zijn 24 uren in een dag, 30 dagen in een maand, 12 maanden, u weet wel. Dat is zo en zal altijd zo blijven. Is dat snel? Dat is constant.

Ook worden we ouder dan vroeger. Het snelle leven duurt dus langer. En lange tijd snel gaan, wordt vanzelf weer trager, want al gaan we dan snel: het valt niet meer op. Gewoonte treedt op, en gewoonte gaat traag. Het leven van oude mensen gaat traag. Denk ik. Zij die zeggen dat het leven snel gaat, zijn nog te jong om oud te willen zijn.

Dit onderwerp is hopeloos, want voor veel te veel interpretatie vatbaar. Daarom wat windhozen uit mijn hoofd:

Het leven gaat niet snel. Ook niet traag, maar zeker ook niet snel. Eerder traag? Nee, dat wil ik nu ook niet gezegd hebben.

Het leven gaat snel voor de jonge god in mij. Het leven gaat traag voor de oude ziel in mij. Dat is duidelijk en heb ik daarnet al vastgesteld voor mensen meer in het algemeen.

Hier valt, los van alle concretiseringen niks zinnigs over te zeggen - ik fiets in een kringetje. Sommige mensen noemen dit tijdverlies, anderen een interessante denkoefening. Soms heb ik echt nood aan duidelijkheid.

Duidelijkheid is veel te abstract voor mij. In mijn hoofd hoor ik mijn stem die zegt: dit is totaal onduidelijk voor mij. Omdat ik dat weleens zeg, en omdat het dat weleens is. En ook dat is tijdverlies.

Snel en onduidelijk leven gaan hand in hand, net als - kassucces - snel en duidelijk leven. Traag en duidelijk leven is een keuze - kwaliteit -, enkel traag en onduidelijk leven lijkt me niet erg de moeite.

(De moeite? Wat is moeite? Definieer dat begrip. Het loont.)

(...)

vrijdag 14 oktober 2011

Wat het niet is

Nu ik oud ben en niet langer gechargeerd, zit ik regelmatig in de bibliotheek. Ik lees er smeuïg proza van Jef Geeraerts en heb niet het gevoel dat ik iets zou missen mocht ik het niet doen. Maar ik doe het toch. Ik kan me immers niet herinneren wat ik ook weer van m'n pensioen verwachtte, maar ach, wat doet het er toe.

Om de tien bladzijden heb ik het wel even gehad met dat droogneuken en ga ik een eindje lopen door boekenrekken, alfabetisch geklasseerd in verschillende interessegebieden. De poëzie is er zo eentje waar nooit een hond komt. Ik kom er ook niet vaak, want, zou ik er zo pardoes kunnen uitflappen:

Die rijmelarij, is niks voor mij.

Loop ik verder door de fictie, stoot ik op de Brij van Brijs - 'De engelenmaker'! - en daarna de Brus van -selmans. Heeft die veel boeken geschreven zeg. 'Brusselmans [1957] publiceerde meer dan veertig boeken. Hij wordt zowel verguisd als verafgood. Hij is een zeer belangrijk schrijver', lees ik standaard op 's mans achterflappen. Het zal wel, denk ik, maar toch pluk ik een van zijn boekwerkjes uit het rek. 'Het zinneloze zeilen', zijn debuutroman, al bij al zijn beste, heb ik horen fluisteren door iemand die ik ken. Die Iemand die ik ken, moet u weten, nam zich enkele jaren geleden voor om al Brusselmans' boeken in chronologische volgorde te lezen. En gezien Iemand die ik ken een snelle lezer is wist hij net zo snel te zeggen dat Brusselmans er in zijn boeken trapsgewijs op achteruit boert. 'Het zinneloze zeilen' zou nog ergens over gaan, vernam ik. Vandaar bijgevolg mijn keuze voor dit boek.

En wanneer ik uit curiositeit, of noem het baldadigheid, dat boek opensla, bemerk ik een schamel papiertje met daarop een gedicht, of een tekst die zo opgesteld staat

want uiteindelijk zou,
je dit, omdat
het zo geschreven
staat, ook een gedicht
kunnen noemen
.

Wat het niet is.

Het gedicht dat ik aantref - het heet 'Verweerd & verteerd' - is getekend Geert Simonis. Die naam zegt me iets, maar ik kan 'm niet meteen thuisbrengen. Eens kijken wat deze Geert te zwetsen heeft.

Interessantdoenerij, als je het mij vraagt. Hij haalt ene Shakira aan en laat haar wijn drinken met zijn vrouw. Dat zal wel, denk ik, en ik sla het debuut van Brus weer dicht. Ik heb nooit veel geduld gehad met poweezie.

donderdag 13 oktober 2011

Heavy

Grappig wat je zoal leest als je oude schoolschriftjes vanonder het stof haalt. Zo werd mij in het vijfde leerjaar blijkbaar in de godsdienstles geleerd dat negers eigenlijk blanke mensen zijn die door onveilige anale seks Aids hebben opgelopen en daardoor van huidskleur veranderd zijn en naar Afrika verscheept zijn. Best heavy voor een elfjarig kind, die informatie. Mijn hanepoten schreven het vrij kalligrafisch op, als betrof het een Heilige Frase. Maar ondertussen weet ik natuurlijk beter en ik hoop dat mijn toenmalige godsdienstleraar - een man die steevast Het Laatste Nieuws zat te lezen wanneer wij binnenkwamen - moge branden in de Hel.

woensdag 12 oktober 2011

Web admin

Toen hij zei dat ze een nogal Amerikaanse bedrijfssfeer hebben - targets, deadlines -, wist ik al dat het moeilijk zou worden. Hij liet wel doorschemeren dat ze die sfeer zouden willen veranderen, maar zei niet wat daarvoor nodig zou zijn. En bovenal zag hij er zelf niet uit alsof hij niet kan functioneren in zo'n Amerikaanse bedrijfssfeer. Hij was niet overdreven vriendelijk, liep heen en weer alsof hij veel tijd aan het verliezen was met ons, de sollicitanten, en gaf nooit de indruk dat hij met ons een werkvloer zou willen delen. Vreemd dus eigenlijk dat uitgerekend hij een beetje negatief, bijna verontschuldigend, sprak over die prestatiegerichte Amerikaanse aanpak.

Er hing meer in het algemeen een rechts sfeertje in de lucht, maar da's waar ik bedrijven sowieso mee associeer. (Ik kan me dan ook niet voorstellen dat ik 'blij' zal zijn als ik bij een bedrijf aan de slag kan, zelfs al gooi ik daarmee mijn ruiten in.) Zo'n sfeertje van onbeduidende marketing en bijhorende naar-de-mond-praters die vlot zijn als ze je nodig hebben en kort op elk ander moment. Het type dat een bedrijfsfeestje aangrijpt om je te leren kennen, maar op kantoor geen belangstelling toont. Bedrijfsfeestjes hoogstwaarschijnlijk die mij zo al zouden doen gruwelen.

We waren zes jonkies in strijd om twee plaatsen op deze vloer en moesten enkele gewichtige testjes ondergaan. Uit een voorgelezen verhaal met een vijftal personages moesten we samen overeenkomen wie de 'goeie' en wie de 'slechte' was. Qua stijloefening was dat best leuk en ik liet me gelden. Vervolgens kwam er nog een test waarbij we moesten discussiëren over 'goeie' Belgische uithangborden en 'slechte'. Kim Clijsters, het Atomium, frieten, e.a.. Ik werd benieuwd naar nog meer van dattum, want deze tests hadden bij mij een komische effect gesorteerd, mede omdat liefst drie marketiereliers gedurende dat alles vlijtig vanalles hadden zitten noteren.

(As we speak krijg ik telefoon met de melding dat ik de job niet heb. Ik had ze moeten vertellen dat ik hen net een lofzang aan het schrijven ben, maar vertelde hen in plaats daarvan dat ik de functie toch niet echt zag zitten.)

Helaas, toen werd het menens en was de fun eraf. We kregen een opdracht en moesten die binnen de zoveel minuten ten uitvoer brengen. Dat lukte. Er volgde nog een vragenlijst die peilde naar mijn profiel, achtergrond enzo, en die ik met een, volgens mij, on-Amerikaanse eerlijkheid invulde.

Eens buiten op de stoep was ik het er met drie van mijn concurrenten over eens dat dit het niet was. Nee, mij zouden ze niet bellen om te zeggen dat ik hun nieuwe web admin ben.

dinsdag 11 oktober 2011

Bart en de bakfiets

De Standaard berichtte er al in maart over en na het lezen van betreffend artikel moest ik mezelf de vraag stellen: hoe sta ik tegenover de bakfiets?

Positief, tiens. Wat is er mis met een fiets waarmee je ook nog eens kinderen of goederen kan vervoeren? Volstrekt niks. Ecologisch verantwoord, gezond, en vooral: niet gemotoriseerd.

Maar dan die negatieve stemmen, uit alle mogelijke hoeken, niet in het minst van die van tuutclub Koning Auto: staat in de weg, dat ding vertraagt het verkeer, en de ergste: zo'n ding is iets voor linkse bobo's. Die laatste ontsproot aan het brein van Bart De Wever die er met zijn corpulente lijf zelf deugd van zou hebben om zijn vier kinderen in zo'n bak voort te duwen.

Maar De Wever kiest voor populisme. Hij creëert onverdraagzaamheid omdat rechtse mensen dat sneller zijn - geen nuance - en hij daar dus wel bij vaart. Linkse bobo's. Wat een verwijt. Linkse bobo's dat schijnen mensen te zijn die een progressief imago cultiveren, maar er eigenlijk elitaire gewoontes op nahouden. Begrippen als methode-onderwijs, andersglobalisme, wereldwinkels en ecologie zijn dan niet van de lucht. Deze bobo's zouden hypocriet zijn en de daden niet bij de woorden voegen.

Misschien, ik weet het niet. Misschien. Zoiets moet natuurlijk genuanceerd benaderd worden.

Zeer zeker zijn ze hypocriet, aldus politiek rechts. Laten we daar vooral zwart-wit over denken.

Eén ding is wél zeer zeker: zo'n bakfiets is iets dat in deze tijd niet misstaat in het straatbeeld. De tegenhanger, de 4x4, verdient veel meer boegeroep. Een bakfiets speelt in op kleinschaligheid, ecologie, gezondheid en, durf ik zeggen: sociaal contact. Wat kan daar in godsnaam mis mee zijn? Of ben ik nu te subjectief? Ik denk dat voornoemde belangrijke waarden zijn aan het begin van de 21ste eeuw.

En dan stelt zich ook de vraag of de achterban van Bart De Wever dan niet met een bakfiets màg rijden? Is er dan een ander uitverkoren vervoermiddel waarmee die mensen zich moeten verplaatsen, opdat hun leider het goed zou vinden? Met de auto, gewoon omdat het geen bakfiets zou zijn? Is gewoon fietsen toegelaten? Is de 4x4 oké? Claimt rechts de 4x4?

Waar haalt een mens het idee om een 'ding' als een bakfiets aan te grijpen om een politiek statement te maken? Wat een negatieve attitude. Op termijn komen daar hartaanvallen van. Vooral bij mensen met overgewicht.

Gaat Bart De Wever de bakfiets verbieden als Antwerps burgemeester? Zijn - een deel van - zijn ideeën die van een klein burgermannetje?

Zeer zeker.

maandag 10 oktober 2011

De werktitel

"Goed geslapen, Tim?"
"Ja hoor, Tom. Bovendien heeft Peter net gesmst dat De Standaard weer geflaterd heeft. Kunnen we vandaag een lang stuk aan wijden."
"Allright!"

Ik ben Apache een beetje beu, en meer bepaald hun rubriek '(*)nvdr' waarin ze artikels uit de 'gewone' pers ontleden en op foutjes betrappen. Vervolgens legt Apache uit hoe het wél moet, wijsvingertjes in de aanslag.

Ook afgelopen week hadden ze weer een frisse vangst met titels als: 'De Standaard verkoopt grap over Carla Bruni als nieuws', 'Verkrachting op pagina één van de krant' en 'De res publica van 'Terzake''. Goed gedaan, jongens, dat hebben jullie goed opgemerkt.

Ik lees die artikels diagonaal tegenwoordig. Ik kan zelf ook wel raden wat er scheef zit en wat beter kan. Ja, wat te veel op sensatie belust. Nee, niet diepgaand genoeg. Inderdaad niet goed gecheckt. Ja, er moet verkocht worden. Enzovoort.

Let wel: ik vind dat Apache er mag - een jaar geleden zei ik nog: moet - zijn. 'Omdat het nodig is [in een achteruitboerend, gecommercialiseerd medialandschap]' zoals ze dat zelf uitleggen. Maar dat belerende toontje begint mij te storen. De houdbaarheidsdatum daarvan is voorbij. Apache zou zich meer op zijn eigen nieuwsberichtgeving moeten concentreren in plaats van een rubriek op te starten die andere media op de vingers tikt. Want wie zich dat laatste permitteert kan er maar beter voor zorgen dat hij zelf stevig in zijn schoenen staat. Maar niemand die ik hoor zeggen of onze indiaan stevige schoenen draagt. Dragen indianen eigenlijk wel schoenen?

Er is dus nood aan een nieuwe site die de artikels op Apache aan de kaak stelt, zonder zelf nieuws te brengen. Met een tagline - overeenkomstig met die van Apache - als: 'Waarom staat dit stuk vandaag op Apache? [Ali] vertelt het u.' Dat niemand dat idee al ten uitvoer heeft gebracht. Zonde. Samen met een man of tien wil ik er hoogstpersoonlijk mijn schouders onder zetten. We zouden altegader echter dagelijks ongeveer dezelfde conclusie naar voren kunnen schuiven: 'Omdat de mensen achter Apache weliswaar een punt hebben, maar een ietsiepietsie te betweterig zijn en bovendien last hebben van zuurpruimerigheid. Wat meer buitenkomen, jongens! Ga eens smoutebollen eten.'

Iemand interesse om een dergelijke kritische site op poten te zetten? We zouden ons project voorlopig 'De werktitel' kunnen noemen.

zondag 9 oktober 2011

Rode hond

Woef woef woef! Waf waf!

Chris Dusauchoit is op de radio in het programma 'Friedl'', met de gelijknamige Friedl' Lesage. En wat is die Dusauchoit sàài geworden. Zo'n ouwe vent, schijnbaar overgeleverd aan sentiment en zo goed als uitsluitend geïnteresseerd in hondjes, diertjes, onschuldige, zachte kindervriendjes. Chris krijgt hartepijn als een poesje miauwt bij de geur van spek. Chris praat op een ernstig toontje over de parkiet die hij als tienjarig jongetje op zijn kamer hield. Serious business, jongens en meisjes.

Zo'n man ook, die Chris, die in alle omstandigheden praat alsof hij een kinderboek aan het voorlezen is. Of iemand die aan iedereen gezegd wil hebben dat hij er geen probleem mee heeft om zijn emoties te laten zien, dat hij wel eens zit te snotteren terwijl hij naar een reportage over kinderleed kijkt. Om 'de wubbes' van te krijgen, om het met een uitdrukking van vrolijke Cath Luyten te zeggen.

Onlangs draafde dierenvriend Dusauchoit op in een, overigens niet onzinnige, reclamespot voor een ecologische Volvo. "Tv-presentator en groene jongen Chris Dusauchoit (..)". Hij was bijzonder te spreken over die Volvo. Helaas ben ik de precieze redenen daarvoor alweer vergeten. Wel kwekte hij iets over zijn hondjes - duh -, want die konden probleemloos in die Volvo. Plaats genoeg, immers, voor Chris en zijn twee trouwe viervoeters, zijn beste vrienden, luisterende hangoren in bange dagen.

In gesprek met Friedl' is de groene tv-presentator weerom niet te houden. Tussen veel te serieus gebracht en leeg gelul over 'de liefde' door doet hij enkele uitspraken die dat moeten illustreren.

"Ik weet wel zeker dat er een verschil is tussen hondenmensen en kattenmensen. Hondenmensen zijn wat aaibaarder, wat slordiger, wat sloeberachtiger. En kattenmensen zijn zo wat meer op zichzelf."

Oh well.

Friedl': "Waarom heb jij honden, denk je?"
Chris: "Weet je, dat is heel moeilijk om uit te leggen. Ik heb ergens een citaat gelezen: 'honden zijn niet uw hele leven, maar ze maken uw leven wel heel.' Dat vind ik een mooie. Als ze er niet zijn, dan mis ik ze. Als je helemaal alleen thuiskomt in het holst van de nacht, dan zijn ze altijd wakker, altijd blij, altijd goedgezind. Allé, honden, je kunt er alles aan vertellen, wat veel mensen ook doen: een hond als psychiater nemen."

"There's no psychiatrist like a little puppy licking your face."

Enzovoort, enzomeer. Herhaaldelijk komt zijn lof voor de hond terloops aan bod, zodat ik de hele passage niet kan overnemen, maar dat deert niet. Al wat ik kan denken is: wat een saaie man. Wat een gelukkige, evenwichtige, saaie man. Spijtig is dat, want toen hij vroeger op Studio Brussel presenteerde, vond ik hem best aangenaam. En nu ik verneem dat zijn honden toen al aan zijn voeten in de studio lagen verandert daar ook niks aan. Ik vond hem cool en ad rem. Tien jaar later is hij dat helaas niet meer, anders zou ik dat zeker niet verzwijgen.

Maar nee, die tijd is voorbij. Nu loopt de hond als rode draad doorheen een programma over boeken. Ik sluit niet uit dat ik te jong ben voor dit soort radio. En als dat zo is, mag ik mezelf op de borst kloppen.

Woef woef woef! Waf waf!, nog aan toe.

zaterdag 8 oktober 2011

Le prix citron me plaît

(Vandaag heb ik het over een tennisser. Misschien kan u eerst dit filmpje bekijken, of maar enkele seconden ervan. Dan bent u beter mee, als u wilt.)

Enkele seconden zijn al genoeg: hij is weergaloos. Zijn nonchalance, al dan niet gespeeld, onderscheidt hem van de rest. Hij heeft bakken talent, Marcelo Rios. Le prix citron van het peloton. Een week of zes achteloos op nummer één. In 1998 toen hij zin had en de tijd nam om enkele tornooien te winnen. Ze haatten hem daarom.

Het is smullen van die ogenschijnlijk timide blik die net zo goed voor arrogant kan doorgaan. Hij is geen crowdpleaser zelfs al heeft zijn speelstijl alles mee. Hij is een understatement als persoon. Niet zo'n drukte, mensen, ik ben geniaal maar daarom hoeft u niet zo'n kabaal te maken. Wanneer is het hier gedaan, zie je hem denken. Ze haatten hem daarom. Opponenten en tennisliefhebbers. Zijn onconventionele gedrag werd niet geapprecieerd, kon hij niet gewoon doen? Hij gaf kleine jongetjes geen handtekening, hij zocht geen contact met spelers of publiek. Hem ging het om de geniale dropshots, maar het publiek wilde meer. Stom publiek.

Deze drievoudige winnaar van de Prix citron - een 'prijs' voor de meest onsympathieke tennisser - bracht rock'n'roll op de baan. Als ik hem op YouTube bezig zie, straal ik, ben ik helemaal mee. Straffer nog: ik krijg kippenvel, heimwee. Er zijn geen coole tennissers meer. Ze zijn zo netjes allemaal. Ongelooflijk goed, maar zo lief. Wie krijgt de Prix citron? Ook mis ik een type als Marat Safin. Nog zo'n genie. Daarvoor zou ik 's nachts zijn opgestaan, bij wijze van spreken. Hoe hij ooit een challenge aanvroeg voor een bal die dertig centimeter uit was. Smullen. Zijn tegenstander, Federer, wist niet wat er gebeurde. Helaas verloor Safin kansloos.

Marcelo Rios durfde de tegenstand belachelijk te maken. Ze haatten hem daarom. Maar wat hij deed was ongezien en nooit zal iemand zoiets nog doen. Alleen Marcelo kon dat. Hij was de citroen, hij kon doen wat hij wou.

Hij schoffeerde journalisten, zei dat ze stomme vragen stelden. Hij kneep zijn vrouwelijke collega's in de billen tijdens het aanschuiven in de spelerscafetaria. Hij veroorzaakte een auto-ongeluk, sloeg zijn vrouw en las wenend voor de camera een brief voor waarin hij bij haar om vergiffenis vroeg. Wat een geweldige Chileen.

En omdat hij was wie hij was, de citroen, de eikel, stopte hij op zijn 27. 27, jawel, hij had er genoeg van. Hij had ook blessures, maar toch. Geen zin meer. Mààr tennis. Whatever. Nummer één gestaan, zes weken. Bewezen wie hij was, wat hij kon. Wie had daar nog een antwoord op?

Intussen krijgt deze tekst het air van een rest in peace, wat het absoluut niet is, al sluit ik niet uit dat meneer Rios as we speak een dodelijke cocktail van drugs en slaappillen in zijn lichaam ramt. Nee, dit is een lofzang op de rebellie, op het lef om anders te zijn. Dit is de opwinding om het nonchalante genie, de adrenalinestoot om de supergetalenteerde je m'en foutist.

vrijdag 7 oktober 2011

Voze Jef

Schrijft die voze Jef Geeraerts op bladzijde 132 van zijn 'Black venus' nu dat hij seks heeft met de zus van een meisje van tien, terwijl dat meisje van tien erop staat te kijken? Wat een walgelijke vetzak. Dat hele 'Black venus' is trouwens een walgelijk boek. Wat een vieze vent, wat een macho. Hij schrijft zonder punten en hoofdletters omdat hij daar tussen al zijn gretig beschreven neukverhalen gewoon geen tijd voor heeft. Broek uit, beha uit, de een na de ander, zeker twintig ondertussen, van twintig verschillende 'wijfjes', zoals hij dat noemt. Hij praat over negers als over dieren. Hij praat dus over 'negers', maar in de context neem ik daar, toegegeven, geen aanstoot aan.

En ondermeer daarin - in die 'neger' - zit 'm een andere mogelijke interpretatie van dit boek en alle viezigheid die erin beschreven staat: Geeraerts is wel doodeerlijk. Hij zal zo eerlijk en expliciet geweest zijn om het politiek correcte establishment, de zelfgenoegzame post-kolonialen van 1967, de stuipen op het lijf te jagen en met een andere versie van de waarheid te confronteren. En dat is hem ook gelukt, want op de achterflap van deze uitgave, die ik bij de Humo kocht, staat geschreven hoe het boek 'verguisd' werd en hoe er zelfs 'interpellaties in Kamer en Senaat' aan te pas kwamen. Een beter argument voor het bestaansrecht van een boek bestaat wellicht niet.

Dus Geeraerts zit in Congo en is geen-idee-wat-precies. Hij lost bepaald weinig over zijn takenpakket. Hij schiet op olifanten en buffels en zit constant in kleine dorpen bij plaatselijke stammen die hij kennelijk de beschaving moest zien bij te brengen. In 1955 en de daaropvolgende jaren, that is. Hij beschrijft occasioneel ook administratief werk en wordt door de negers wel eens aangesproken als inspecteur.

Maar zijn hoofdbezigheid is neuken en alles wat past in de concentrische cirkels daarrond. 'Wijfjes' uitkleden, als ze al niet naakt zijn, geilen op de pronte borstjes van vijftienjarigen, de juiste welvingen van de slavinnen. Soms roept hij God erbij in zijn woordenstroom zonder punten en vraagt hij zich luidop af waarom Hij deze 'wezentjes' geschapen heeft, deze wezentjes waaraan het libido van de man toch onmogelijk kan weerstaan. Het libido van een losgeslagen koloniaal, moet ik daar dan wel bij denken, want dit is zeker niet waar de gemiddelde vent zich aan tegoed zou doen.

Op zijn best zou ik Geerarts' kloten er willen afsnijden. Want mensen, die voze bewoordingen en hoe hij hiërarchische patronen beschrijft. Hij maakt een slaaf wakker die hem dan 'als de wind' een spiegelei moet bakken. Hij roept een stamhoofd bij zich en verzoekt hem een wijfje te sturen om de avond, en meteen ook de nacht, mee door te brengen. Hij heeft meer orgasmes dan hij doucht. Hij neukt vaker dan hij pist.

Geen twijfel mogelijk dus dat dit verhaal doorspekt is met bewust provocerende symboliek. Ik kan me immers niet voorstellen dat een man een boek uitgeeft waarin hij ook zijn vrouw en twee kinderen - gedrieën in 'de Congo' aanwezig, weze het niet op de missiepost van man- en vaderlief - zo harteloos in hun hemd zet. Hij neukt in het rond dat het knalt en ondertussen geeft hij zijn gezin - die kille westerlingen, waar hij back home desalniettemin een intieme band mee heeft opgebouwd - al eens een tik. Want ja, soms ontsteekt Jef in een woede die hem tot een moord zou kunnen inspireren. Niet zelden zijn deze passages intriest en pathetisch. Wat een zielige vent, is dan de enige conclusie. En: waar waren zijn oversten, de mensen die hem daar weg hadden moeten halen en hem op de boot naar België hadden moeten zetten, de enige relevante vragen. Waar zaten de Belgen meer in het algemeen met hun gedachten daar in 'de Congo'?

Wellicht is dat een belangrijk thema in dit boek. Een onomfloerste aanklacht tegen een uit de hand gelopen systeem. En Geeraerts geeft zichzelf bloot, wat pleit voor hem, want ik kan zo meteen geen schrijver bedenken die minder als schietschijf zou kunnen dienen. Maar zie: decennia later lijkt hij ermee weggekomen te zijn.

En nu dus snel zijn kutboek uitlezen. De meet ligt nog 74 bladzijden ver, maar stoppen zal ik nu niet meer. En daarna begin ik vanzelfsprekend aan 'De goede moordenaar', het tweede deel in zijn Gangreenreeks. Omdat ik het met mijn eigen ogen wil gelezen hebben, al die troep. Toch hoop ik dat het echt niet op deze gore manier blijft voortdenderen. Want een man met zò'n pik heeft kennelijk geen besef van eentonigheid.

donderdag 6 oktober 2011

Els Tibau

Toen ik bij de bakker om een bruin brood ging, griste ik een Pas uit mee. Els Tibau stond op de cover en dat voerde me terug naar 'vroeger'. Toen Els nog omroepster bij vtm was. De mooiste, wat mij betrof, mooier alleszins dan Ilse De Meulemeester van wie ik al kon zien hoe ze er over twintig jaar zou uitzien. Els daarentegen zag eruit als een onaantastbaar wassen beeld, en zie: ruim vijf jaar later, of zelfs tien, ziet ze er nog steeds fantastisch uit. Een huid als van een baby.

Ze loodst me binnen in een parallel Vlaams universum. Dat van Vijf-tv, Vitaya en andere zenders waarvan ik niet zeker weet wat ze doen, waarom ze bestaan en wie er behoefte aan heeft. Ik lees over de digitale kanalen Life!tv en Anne en vraag me af in welke woonkamers deze 's avonds het entertainment uitmaken. Alsof ze een afsplitsing zijn van wat ik onder de werkelijkheid versta. Wat is digitaal kijken eigenlijk ook weer? En 3D? Wat is de rode knop waar Bart Peeters in zijn Eurovisie-voorrondes altijd op een 'ik-weet-er-ook-het-fijne-niet-van'-toon naar verwees? Wat is tv kijken in uitgesteld relais, zoals ik geloof dat dat ook een benaming is voor iets achter dat gordijn der digitaliteit?

Ik ben afgedwaald: Els Tibau loodst mij binnen in een parallel Vlaams universum. Het universum van schijnbaar subtiel afgeserveerde bekendelingen als Gene Thomas, Sophie Dewaele, Dean Delannoit en Bieke Ilegems. Els heeft zélf de keuze gemaakt om bij Vijf tv te werken. Ze zegt het niet met die woorden, maar uit wat ik lees maak ik op dat ze bij die zender op meer doorgroeimogelijkheden kon rekenen. Nu presenteert ze voor enkele tienduizenden kijkers het programma 'Weekendje weg'. En dat doet ze graag, of hoe kan het ook anders.

Ik ga niet verklappen hoe ik er terechtkom, maar plots zit ik op de website van Brigitta Callens, Miss België 1999 - ik heb dat bij volle bewustzijn meegemaakt. Brigitta is wég, op meerdere vlakken. Weg van het scherm en weg van de wereld, al zal ze dat laatste natuurlijk ontkennen en wie ben ik eigenlijk om zo over haar te oordelen enkel en alleen omdat ze tot over haar oren in de yoga zit.

En zo gaat dat door. In een wereld van verloren BV's breng ik mijn verloren voormiddag door. De Pas uit is daarvoor ideaal, voor een moment van vulsel bij totaal gebrek aan beter.

Ten slotte verklap ik graag dat de oplossing van het kruiswoordraadsel in Pas uit 'Engelsman' is. Geen mens die hier komt die de kruiswoordraadsels in Pas uit niet achteloos aan zich voorbij laat gaan.

Voor 31 oktober zal ik weten of ik gewonnen heb. Voor 31 oktober zal ik ook vergeten zijn dat er een parfum te winnen is. Een parfum, godbetert.

woensdag 5 oktober 2011

Een re-break

'En, in Mons?'

Ik sms hem, enigszins geamuseerd - niet dat dat kan vandaag, - omdat hij gisteren aankondigde dat hij daarheen zou gaan. Ik ben benieuwd, wat zeg ik: heel benieuwd naar zijn antwoord. Dat er vijf minuten later nog niet is.

Geen plek waar hij vandaag liever wilde zijn dan Mons. Misschien had ik met hem mee moeten gaan, want geen plek waar ik vandaag minder graag wil zijn dan in deze kamer. Een mens richt met de beste bedoelingen een kamer in met posters en zijn goeie smaak, om mogelijk al de dag erna te willen vluchten naar onduidelijk waar.

Naar Mons, de ene, en ik wil om een of andere reden verhongeren in Luxemburg, een wel heel erg raar idee.

Misschien zit hij in de tribune nu en staat er eentje op het punt een re-break te forceren. Je kan dat allemaal niet weten als je er niet bij bent en geen sms'je terugkrijgt. Zou hij vanmorgen vroeg zijn opgestaan om zijn Go Pass in te vullen en de NMBS-site te raadplegen? Zou hij echt zo toegewijd zijn, het lijkt absurd. Maar hij klonk heel serieus toen hij zei dat hij erbij moest zijn. Ze deden immers allemaal mee en dat mocht hij niet missen, hij, zo dichtbij en met lege dagen op overschot.

Maar om te sms'en heeft hij het te druk.

dinsdag 4 oktober 2011

Telkens ik 'anoniem' wil schrijven, moet ik opzoeken hoe dat gespeld wordt*

Als stomme verbazing in mijn gamma aan, euh, emoties zat, was het waarschijnlijk mijn deel geweest toen ik op haar bureau het Nieuwe Testament zag liggen. 't Is dat bijna niks mij nog verbaast, maar daarover misschien meer bij een andere gelegenheid.

Het Nieuwe Testament op haar vakbondsbureau, dus. Haar anonieme vakbondsbureau, een druppel in een onduidelijke oceaan. Verbazing, zij het geen stomme, overviel mij wel degelijk.

Wat doet ze daar aan dat bureau op momenten dat ze geen teneergeslagen nozempjes moet doorverwijzen naar weer eens een ander opstakel in hun leven? Ze leest de bijbel. En tussendoor laat ze koffie brengen door een grijze collega die een grijze opmerking maakt, quasi ongeïnteresseerd in haar oninteressante antwoord. Het heeft de schijn van slechtbetaalde uitzichtloosheid. Wanhoop die ook doet leven. Of: helemaal niets van dat alles. Want zij leest de bijbel. Waar hij Hij is, en hoop Hoop.

Het duurde te kort om er lang over door te gaan. Ze overhandigde me de papieren en ik ging heen. Naar zomaar ergens.

* Anonimiteit is een vaak weerkerend thema in mijn oeuvre. Het wordt dan ook tijd dat ik de spelling van dat woord leer onthouden.

maandag 3 oktober 2011

Bangkok

E.,

Dat ik helemaal naar Bangkok zou reizen om niet opnieuw naar de VDAB te moeten gaan, ik had het ook niet verwacht. Tot voor drie dagen geleden dus, toen ik mijn ticket boekte bij SN Brussels Airlines. Vannacht ben ik dan vetrokken in Zaventem en nu zit ik hier in een internetcafé waar het krioelt van de Thaise mieren, waarmee ik bedoel: het Thaise volk dat op een doordeweekse maandag blijkbaar niet op kantoor zit maar gewoon door de straten suist zonder duidelijk doel.

Werkzoekenden zouden ze standaard anti-depressiva moeten voorschrijven. Niks erger dan te willen werken, te kunnen werken en niet de kans krijgen om te werken. Ze gingen mij bellen, maar ze belden mij niet. Ik belde hen, maar ze namen niet op. Ik mailde hen, maar ze mailden niet terug. Ik belden hen nog eens, het was antwoordapparaat. Ik sprak iets in, de lijn werd verbroken. Ik ging naar mijn jobcoach en die herkende mij niet meer. Ze herinnerde zich mijn naam noch mijn gezicht. Ze zei dat ze niks voor mij kon doen.

Dus wat doe ik in Bangkok en wat ben ik van plan? Meteen extreem: ik ga me laten ombouwen tot een kathoey. Verder wil ik daar voorlopig liever niks over zeggen.

Of ik gelukkig ben? Niet al te. Maar, zeg ik soms tegen iemand die zo'n advies kan gebruiken: het enige wat je daar aan kan doen is dingen ondernemen, anders hang je je beter gewoon op. Daarom dus Bangkok.

Intussen zitten mijn vijftien minuten internet er hier zo goed als op. Snel dus nog even mijn moeder een mailtje sturen om te zeggen dat ik in Thailand ben en niet in Oostduinkerke zoals ik haar had verteld toen ik zei dat ik er eventjes tussenuit moest.

Hopelijk loopt alles hier los en is het Engels van de gemiddelde Thai iets beter dan dat van de uitbater van dit, wat ik nog het best kan omschrijven als een, hutje.

Binnenkort wellicht meer details, zeker niet ongerust zijn en blijf ze vooral jazzen,

Ali

zondag 2 oktober 2011

Zitten II

Zit Ali hier nu weer te zitten wachten op applaus, voor hem de grote schrijver.

zaterdag 1 oktober 2011

Zitten

Zit Ali hier toch weer op zijn eigen blog te zitten zitten zeker?