zondag 25 maart 2018

De wurggreep van Facebook

Facebook wil alles over ons weten, maar in ruil krijgen wij liefst zo weinig mogelijk inzage in hoe Facebook functioneert. Oh, wat heeft die organisatie veel potjes waarvan het deksel niet mag worden opgelicht. We hebben totaal geen benul.
Dat wij in die logica mee (zijn) willen gaan, het is nauwelijks te begrijpen. Een andere, intelligentere, soort dan de mens had dit snel kunnen doorzien en had kunnen zeggen dat ze die hele Facebook niet nodig had om zich goed (of belangrijk) te voelen. Die soort had het bespottelijk gevonden dat ze allerlei privégegevens zou overmaken aan een schimmig bedrijf. Maar wij, mensen, zijn helemaal overstag gegaan voor het idee dat we thuis vanachter onze computer immens belangrijk zouden kunnen worden als we het via Facebook (of andere sociale media) een beetje slim zouden aanpakken. Facebook beloofde de mogelijkheid om je leven als het ware een doorstart te geven, om je nu ook online op de kaart te zetten, met foto’s en statussen waaruit zou blijken wat een leuke persoon je bent. Facebook was dat forum waarop je je aan iedereen die het maar wilde weten kon presenteren als iemand om te ‘liken’. Moest je voorheen nog een hele inspanning doen om mensen te bereiken of om met hen in contact te komen/blijven, dan was het voortaan genoeg om een vriendschapsverzoek te sturen. Wat een comfort, wat een genot. Je kon nu 24/7 bereikbaar zijn en evenzoveel een ander bereiken. Je was nu 24/7 the coolest kid in town. Een bepaalde stof in ons lichaam of in onze hersenen die tot dan toe heel normaal had gedaan wat ze moet doen - ons een goed geven wanneer we aandacht krijgen - moest plots een versnelling hoger schakelen. We wilden nu veel meer dan vroeger aandacht van een ander, we kregen daaraan een enorme behoefte. Elk moment waarop we geen aandacht kregen, voelde nu aan als een verloren moment, daar waar een moment van afzondering tot voor kort heel gewoon was geweest. ‘Delen’ werd iets dat je deed vanachter je scherm. Waar je vroeger nog met je afgedrukte reisfoto’s naar je vrienden thuis ging om te tonen waar je was geweest (je wist dat je foto’s bekeken en becommentarieerd zouden worden, dat het waarschijnlijk gezellig zou worden), daar postte je die foto’s nu op Facebook en hoopte je op virtuele appreciatie van diezelfde vrienden. Die er niet noodzakelijk kwam, omdat je vrienden je foto’s misschien niet hadden opgemerkt of omdat ze je foto’s gewoon niet interessant of ‘leuk’ vonden. Jij zat thuis in vertwijfeling over wat er aan de hand kon zijn. Je was fucking alleen in je kamer.
Dát is Facebook, onder andere. Een perverse isolatiemachine die je van binnenuit opvreet en die draaiende wordt gehouden door graaiers met mooie praatjes maar zonder normbesef of ethische principes.
Ga kijken naar de schitterende documentaire ‘The Cleaners’ van (...) en stel vast hoe Facebook de wereld naar de kloten helpt. Ik zou met Facebook kunnen kappen, maar dat zou inhouden dat mijn contact met een aantal mensen zou verwateren en dat wil ik niet. Ook zou ik met mijn teksten helemaal niemand meer bereiken en dat wil ik ook niet. De likes en de foto’s van mijn vrienden zou ik niet missen, net zomin als de hele shitload aan onzin die ik op mijn wall te zien krijg. Ik zou als mens zonder Facebook kunnen, dat zou niet zo’n groot probleem zijn, maar sociaal gezien heb ik me ‘vastgezet’, ik heb me van Facebook afhankelijk gemaakt en zonder Facebook zal ik onherroepelijk in een vreemdsoortig isolement terechtkomen dat ik niet zie zitten. Ik vind dat buitengewoon jammer en bovendien vrij zorgwekkend.
Enkele mensen die, zeg maar, deel uitmaken van mijn dagelijks leven zouden niet langer deel uitmaken van mijn dagelijks leven mocht ik met Facebook stoppen. Ik zou met die mensen moeten gaan mailen of bellen en geen van ons zou dat zien zitten. Het contact tussen ons zou ongetwijfeld afnemen of verwateren en dat zie ik simpelweg niet zitten. Ziedaar hoe Facebook mij in de tang heeft. Ik had dat niet mogen laten gebeuren, maar hé, ook ik viel als een blok voor dat medium dat mij appreciatie en vriendschap bracht, zonder dat ik ervoor hoefde buiten te komen. Snakkend naar liefde en erkenning ben ik onoplettend geweest. Het had niet gehoeven, maar ik heb het laten gebeuren, hoewel ik van meet af aan wist dat de zaak niet pluis was, dat Facebook een monster was dat mij wilde verslinden - dat die Mark Zuckerberg een robot is die alle achterpoortjes kent en alle grenzen van de legaliteit aftast, op zoek naar toch maar dat ene extra duwtje in de, voor ons, onnozele burgers, verkeerde richting.
Mijn god, wat zijn wij onnozel (geweest).
‘The Cleaners’ van (...). Probeer die documentaire te bekijken. Het is op zich geen eye-opener, maar hij doet je eens te meer beseffen dat wij in een situatie zijn beland die voor ons totaal niet wenselijk is. We moeten Facebook massaal de rug toekeren. Massaal. Zoals het nu loopt, leidt Facebook ons naar een wereld waarin wij meer gemanipuleerd dan geïnformeerd zullen worden door nieuwsmakers. We zullen niet meer weten wat echt is en wat niet. Het zal ons op termijn ook niet meer interesseren om te weten wat echt is en wat niet. Als we er maar emoties bij zullen voelen, bij wat we te zien zullen krijgen. Een duim, een hartje, een boos gezichtje enzovoort. Als we er maar over zullen praten, als we maar zullen ‘delen’. En dat zal dan onze werkelijkheidsbeleving zijn. Wij, allemaal samen, met elk ons eigen nieuwsoverzicht.
(Oh, en als ik nu een hele onschuldige foto van een vrouw met blote borsten upload, zal je mij hier waarschijnlijk binnen enkele uren niet meer terugvinden. Want net als Big Brother zien ze alles wat je doet.)
*
In Sillicon Valley schijnt men intussen zodanig dronken te zijn van eigendunk, dat men er (hun) technologie openlijk een goed alternatief noemt voor... de politiek. Nationale regeringen zijn achterhaald, laat technologie regeren over de hele wereld. Zoiets.
Vind ik leuk!

Geen opmerkingen: