donderdag 1 maart 2018

Over verkeerde prioriteiten en de verdwijning van de man

Eerst dit. De Westerse wereld is de man aan het afschaffen. Was de man ooit een stoere jager met vele vaardigheden, dan verwordt hij nu steeds meer tot een hulpeloos wezen dat aangespoord door existentiële onzekerheid nog eens zijn haar in de plooi legt en bedremmeld naar zijn telefoon staart omdat hij geen verbinding kan maken met het wifinetwerk in zijn favoriete koffiebar - die ene waarin er overal spiegels aan de muur hangen.
*
We moeten naar een wereld waarin alles er anders zal uitzien. Te beginnen met onze ‘shopervaring’. Nu is een supermarktbezoek immers strontsaai en stomvervelend en dat we ook nog eens onze boodschappen aan een kassa - urgh, het woord alleen al - moeten afrekenen is helemáál godgeklaagd. Het kan toch niet zijn dat we onze boodschappen zelf moeten gaan zoeken in rekken die we niet altijd binnen de vijf seconden kunnen vinden? Fuck, man, dat tijdverlies, die inefficiëntie overal. Leg anders gewoon meteen de hele boel stil. De dingen moeten verdomme vooruit gaan. Ik wil niet twintig seconden moeten zoeken naar het juiste product en ik wil geen halve minuut moeten aanschuiven aan een fucking kassa, met twee wachtende neanderthalers voor mij. Mijn tijd is kostbaar, oké? Ik heb geen tijd voor dit soort shit. Het is daarom extreem belangrijk dat men eindelijk dat voorhistorische kassasysteem begint af te schaffen en dat men begint te werken aan de supermarkt 2.0 waarin ik via een scansysteem de producten die ik kies al zal kunnen afrekenen op het moment dat ik ze uit het rek haal. Dat is een goede eerste stap. Maar daar mag het bijlange nog niet stoppen. We moeten naar een shopervaring gaan waarin er bij voorkeur geen shop meer aan te pas komt voor mij als consument. Een winkel binnengaan, zoals we dat vandaag nog doen, is tijdverlies tot en met. Het is veel beter dat een robot in onze plaats weet wat we nodig hebben, zodat we onze spullen gewoon aan huis (of op ons werk) geleverd krijgen. Nog beter zou het zijn wanneer een robot zichzelf toegang kan verschaffen tot onze woning en daar onze producten al op hun plaats zet. Dat zou enorm handig zijn. Er zou ons ontzettend, echt ontzettend, veel tijd worden bespaard. Tijd die we kunnen gebruiken om een uur langer naar Netflix te kijken.
Ik wil trouwens ook een lans breken voor slaapvervangers. Het is ronduit lachwekkend dat we anno 2018 nog altijd enkele uren per etmaal moeten slapen om gezond te blijven. Please, iemand, breng asap een app op de markt (compatibel op Android én iPhone) die slaapt in onze plaats. Of een chip in onze hersenen die ervoor zorgt dat we geen slaap meer nodig hebben. Hoe handig zou dat zijn, zo’n chip! Zo kunnen we ons levensritme helemaal anders indelen en hebben we veel meer uren in een dag die we kunnen gebruiken om onszelf te fotograferen en naar Netflix te kijken.
Bon, heel even terug normaal. Ik lees dus in een column over nakende evoluties in de technologie dat winkelen in de supermarkt en aanschuiven aan de kassa ‘vervelend’ is. “Daar zijn we het allemaal over eens.” Euh nee, ik niet. Ik vind winkelen en aanschuiven aan de kassa niet bijzonder vervelend, ik heb met die gegevens geen noemenswaardige problemen. Geen flauw idee waar jij zo dringend naartoe moet, meneer de IT-journalist, maar voor mijn part mag winkelen zoals dat nu verloopt gerust nog wat blijven bestaan. Als we elke niet-vrijetijdsgerelateerde activiteit gaan bestempelen als tijdverlies, dan zullen we nog veel mogen schrappen. Maar een etmaal zal toch nog steeds 24 uur duren, hoor, en wat moeten we dan doen met de tijd die vrijkomt? Naar Netflix kijken? Waarschijnlijk wel hé.
(Ter info (maar u weet dat natuurlijk al): in vele gevallen kijkt men uit verveling tv en zit men uit verveling op internet. Dat is gewoon zo. Een concrete aanleiding om naar pakweg Facebook te surfen is eerder zeldzaam. Ik heb dat zelf jarenlang ondervonden.)
Netflix dus. Is me dat eventjes ‘red hot’ tegenwoordig. Net als het daarmee gepaard gaande fenomeen bingewatching. Over dat laatste zou ik graag het volgende statement willen maken (enkel voor mezelf trouwens, want u, chronische tokkelaar met nekklachten, bent al lang afgehaakt en leest dit toch niet; met uw aandachtsspanne die nog sneller verschrompelt dan uw ballen is deze tekst voor u immers veel en veel te lang) - maar oké, mijn statement dus: dat het sinds enkele jaren bon ton is om te zeggen dat je series ‘bingewatcht’, wijst erop dat de ‘slappe karakters’ (zowat de helft van alle mannelijke en hoogopgeleide ‘millennials’) opgang maken in de westerse wereld. Bingewatching komt immers voort uit verveling en een activiteit die ontspruit aan verveling verheerlijken, getuigt van mentale luiheid en dus een gebrek aan ambitie of, laat ik zeggen, mannelijkheid.
In de slipstream daarvan steken andere janettenfenomenen de kop op, zoals FOMO of FPFOMO. De Fucking Pathetic Fear Of Missing Out.
Missing out on what exactly? Missing out on die ene serie waarvan je vrienden hebben gezegd dat je die echt zo kei ongelooflijk hard moet hebben gezien omdat je anders echt niet meer méé bent? Of mist u dan toch de kloten aan uw lijf die u nog had vóór u besloot om uw virtuele imago beter te soigneren dan uw real life-persoonlijkheid?
En oh ja, nog dit over tijdverlies. Laatst stond ik tegen iemand te zagen dat ik nauwelijks nog met iemand over boeken kan praten. Mensen lezen niet meer, zo lijkt het wel (en de mop is dat ik dit enkel voor mezelf schrijf, want precies jij bent dit al lang niet meer aan het lezen, afgehaakt als je bent na drie zinnen omdat je een ‘snap’ binnenkreeg op je nieuwe Samsung Galaxy S9). Maar fuck, man, waarom zou je ook een boek lezen? Je zit toch niet meer in het middelbaar ofzo? Ten eerste duurt een boek lezen pokkelang en ten tweede is het supersaai. Wie gaat er dus in godsnaam een boek zitten lezen als je ook gewoon een foto van je interieur kan nemen, die op Instagram kan zwieren en er negentien likes mee kan oogsten? Allez, komaan. Een boek? Zijn we 1978 ofzo?
P.S.: Parate kennis is iets voor kwissers en andere freaks. Al wat je moet weten staat op internet.
P.P.S.: Lees niet wat er niet staat en concludeer dus niet dat ik gezegd heb dat vrouwen niet over vaardigheden zouden beschikken, of over minderwaardige vaardigheden. In tegenstelling tot mannen zijn vrouwen allesbehalve aan het verdwijnen in de Westerse wereld. Vrouwen kunnen integendeel meer dan ooit vrouw zijn in een klimaat waarin (vooral een bepaalde categorie hooggeschoolde) mannen vervellen tot janetten. (Of kijk naar wat er in de muziekindustrie gebeurt: mannelijke artiesten hebben en masse nooit eerder zo verwijfd geklonken als nu - Spotify staat er vol van.) De vrouw stond nooit eerder zo sterk als nu en het is haar van harte gegund. Maar in de liefde zullen vrouwen het moeilijker krijgen dan vroeger, want bij mijn weten vallen vrouwen niet op ‘halve mannen’ met slappe karakters en weinig vaardigheden. Ik weet waarover ik het heb want ik ben zelf het beste voorbeeld van zo’n man voor wie je nooit gevoelens zal hebben, omdat hij te veel praat en te weinig onderneemt. Wellicht ben ik, hoewel heteroseksueel, die halve homovriend aan wie je als vrouw dingen vertelt die je misschien nooit zou vertellen aan een echte man.
Maar daar ga ik me nu niet onnodig druk over maken. Ik ben ook maar een product van mijn tijd. Ik doe mijn best.

Geen opmerkingen: