woensdag 12 oktober 2011

Web admin

Toen hij zei dat ze een nogal Amerikaanse bedrijfssfeer hebben - targets, deadlines -, wist ik al dat het moeilijk zou worden. Hij liet wel doorschemeren dat ze die sfeer zouden willen veranderen, maar zei niet wat daarvoor nodig zou zijn. En bovenal zag hij er zelf niet uit alsof hij niet kan functioneren in zo'n Amerikaanse bedrijfssfeer. Hij was niet overdreven vriendelijk, liep heen en weer alsof hij veel tijd aan het verliezen was met ons, de sollicitanten, en gaf nooit de indruk dat hij met ons een werkvloer zou willen delen. Vreemd dus eigenlijk dat uitgerekend hij een beetje negatief, bijna verontschuldigend, sprak over die prestatiegerichte Amerikaanse aanpak.

Er hing meer in het algemeen een rechts sfeertje in de lucht, maar da's waar ik bedrijven sowieso mee associeer. (Ik kan me dan ook niet voorstellen dat ik 'blij' zal zijn als ik bij een bedrijf aan de slag kan, zelfs al gooi ik daarmee mijn ruiten in.) Zo'n sfeertje van onbeduidende marketing en bijhorende naar-de-mond-praters die vlot zijn als ze je nodig hebben en kort op elk ander moment. Het type dat een bedrijfsfeestje aangrijpt om je te leren kennen, maar op kantoor geen belangstelling toont. Bedrijfsfeestjes hoogstwaarschijnlijk die mij zo al zouden doen gruwelen.

We waren zes jonkies in strijd om twee plaatsen op deze vloer en moesten enkele gewichtige testjes ondergaan. Uit een voorgelezen verhaal met een vijftal personages moesten we samen overeenkomen wie de 'goeie' en wie de 'slechte' was. Qua stijloefening was dat best leuk en ik liet me gelden. Vervolgens kwam er nog een test waarbij we moesten discussiëren over 'goeie' Belgische uithangborden en 'slechte'. Kim Clijsters, het Atomium, frieten, e.a.. Ik werd benieuwd naar nog meer van dattum, want deze tests hadden bij mij een komische effect gesorteerd, mede omdat liefst drie marketiereliers gedurende dat alles vlijtig vanalles hadden zitten noteren.

(As we speak krijg ik telefoon met de melding dat ik de job niet heb. Ik had ze moeten vertellen dat ik hen net een lofzang aan het schrijven ben, maar vertelde hen in plaats daarvan dat ik de functie toch niet echt zag zitten.)

Helaas, toen werd het menens en was de fun eraf. We kregen een opdracht en moesten die binnen de zoveel minuten ten uitvoer brengen. Dat lukte. Er volgde nog een vragenlijst die peilde naar mijn profiel, achtergrond enzo, en die ik met een, volgens mij, on-Amerikaanse eerlijkheid invulde.

Eens buiten op de stoep was ik het er met drie van mijn concurrenten over eens dat dit het niet was. Nee, mij zouden ze niet bellen om te zeggen dat ik hun nieuwe web admin ben.

Geen opmerkingen: