Ik vraag me af wat het is om van iemand te houden zoals dat in een goede liefdesrelatie tussen twee mensen het geval schijnt te zijn (of zou moeten zijn). Eigenlijk heeft het me altijd enorm verbaasd dat zoveel mensen tot zoiets als liefde in staat zouden zijn. Ik denk eerlijk gezegd dat de meeste mensen geen werkelijke liefde kennen; zij voelen ‘iets’ voor die ander en sluiten met de nodige toeters en bellen een soort akkoord af dat ze ‘relatie’ noemen. Echte liefde (waarbij je je partner bv. volledige vrijheid gunt) is als dusdanig behoorlijk hooggegrepen voor de al bij al eenvoudige, vrij primitieve mens. Bovendien, en dat hoor ik vreemd genoeg nóóit iemand zeggen, lijkt het mij heel aannemelijk, bijna vanzelfsprekend zelfs, dat een significant percentage mensen gedurende zijn leven nooit te maken krijgt met iemand die werkelijk verliefd is op hem of haar. Er zijn immers zoveel mensen die quasi over de hele lijn vrij onaantrekkelijk en inwisselbaar zijn. Ze lijken op elkaar, hebben eenzelfde kledingsstijl, zien er niet opvallend goed uit, hebben weinig of geen charisma, zijn niet bijzonder intelligent en hebben weinig boeiends te vertellen; ze zijn kortom enorm doorsnee en inwisselbaar, met hun vaalbruine haar, de doffe blik in hun niet erg mooie ogen, hun diploma industrieel ingenieur of communicatiemanagement en hun stomvervelende passie voor all things reizen. Op elke straathoek vind je een van hen en bijna allemaal hebben ze gelijkaardige interesses. Dat er ooit iemand voorbijkomt die op zo’n doorsnee persoon verliefd wordt, is op zich eigenaardig. Dat de doorsnee persoon die ik beschrijf vervolgens tot echte liefde in staat zou zijn, is zelfs ronduit twijfelachtig. Voor deze persoon is het concept relatie (het contract, de ‘deal’) wellicht het hoogst haalbare. Hij sluit een deal met zijn partner, een onuitgesproken akkoord om veel tijd met elkaar door te brengen en zich als koppel aan hun omgeving te presenteren. Om niet alleen te zijn, ook. Voorál daarom. Maar echte liefde? Nee, daarvan is bij de meeste van deze mensen wellicht geen sprake. En daar hoeven ze zich niet voor te schamen. Ware liefde vereist volgens mij een hoge mate van bewustzijn en offerbereidheid die maar voor weinig mensen haalbaar zijn.
Ik weet niet of ware liefde voor mij haalbaar is. Enorm veel om iemand geven lijkt me al moeilijk genoeg. Mijn verstand verliezen omwille van die persoon, helemaal ontdooien vanwege die persoon. Geen slag om de arm houden, geen reserve inbouwen, me helemaal smijten. Zou het? Zou ik daar vanuit mijn enorme zelfbewustzijn en mijn lichte zelfobsessie toe in staat zijn? Zou het voor mij niet eerder als een oefening of zelfs als een experiment aanvoelen? Ik kan me er werkelijk niet veel bij voorstellen. Verliefd zijn, dat wel. Ik weet heel goed wat verliefdheid is. Maar verliefdheid verhoudt zich tot echte liefde zoals de kleuterschool zich verhoudt tot een postdoctorale studie. Ze hebben weinig met elkaar te maken. Ik zou de liefde dolgraag willen ervaren, dat wel, en liefst ook niet pas over tien of twintig jaar, als het even kan. Als ik in dit leven nooit naar echte liefde zal hebben gestreefd, zal ik daar aan het eind veel spijt van hebben. Dat staat vast. De zoektocht naar ware liefde maakt deel uit van het leven.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten