maandag 9 juli 2018

Zomaar wat over steden

Ik probeerde het in het Frans (maar in die taal struikel ik van pure nervositeit al snel over mijn woorden) en ik probeerde het (sarcastisch) in het Engels, maar er was geen doorkomen aan. De Franstalige vrouw met wie ik in mijn droom sprak, bleef maar ratelen en hoezeer ik haar ook probeerde uit te leggen dat ik niet goed begreep wat ze zei, het leek haar niet te interesseren. Ze was een Waalse en ik dacht voor het eerst in mijn leven dat het misschien wel beter zou zijn als Walen en Vlamingen Engels met elkaar gaan spreken. Als dat de zaken vooruithelpt, waarom dan eigenlijk niet? In welk opzicht heb ik nog meer met een Waal te maken dan met een Italiaan? En nee, de Rode Duivels zijn (ook) in deze van geen betekenis.
De vrouw in mijn droom bracht geen enkel begrip op voor het feit dat ik haar maar half begreep terwijl ze mij al ratelend in haar moedertaal iets duidelijk probeerde te maken. Ze leek zo iemand te zijn die nog denkt dat Frans, mondiaal gezien, een belangrijke taal is (wat natuurlijk niet meer het geval is). Maar op een bepaalde manier begreep ik haar wel, zoals ik heel goed de Walen begrijp die geen Nederlands willen leren. Onlangs was ik in Philippeville, een dorp ten zuiden van Charleroi dat pretendeert een stad te zijn maar daar jammerlijk in faalt. Philippeville ligt zeker 70km onder de taalgrens en zoals ik niet van plan ben om Deens te gaan leren omdat ik niet van plan ben om naar Denemarken te gaan, zo leert een scholier in Philippeville geen Nederlands omdat hij niet van plan is om naar Vlaanderen te gaan. De kans dat een inwoner van Philippeville ooit in Vlaanderen is geweest, lijkt me op zich al zeer klein. Toevallig sprak ik enkele jaren geleden (in het Frans) met een leeftijdsgenote die afkomstig is uit Libramont (diep in de provincie Luxemburg). Dat meisje had op school nooit één les Nederlands gehad. Toen schrok ik daarvan, maar nu lijkt het mij logisch. Libramont moet op ongeveer 150km van de taalgrens liggen, Duitsland en Luxemburg zijn daarentegen minder veraf. Waarom dan in vredesnaam Nederlands leren? Om naar Het journaal met Martine Tanghe te kijken?
Het komt mij voor dat mijn droom zich afspeelde in een koffiebar in Louvain-la-Neuve. Het is zeker alweer vier of vijf jaar geleden dat ik daar voor het laatst ben geweest, in die stad. Awel, weetje wat, ik ga er een dezer nog eens naartoe. Maar niet alvorens ik heb opgezocht welke tegenwoordig de hotspots zijn die je als dagtoerist in die stad moet hebben gezien. Louvain-la-Neuve is al lang geen veredelde studentencampus meer, zo heb ik gelezen, maar wat het dan wel is, ik weet het niet echt.
En dan is er Charleroi. Op weg naar Philippeville passeerde ik er en ik had een klein uur de tijd om er rond te lopen. Is die stationsbuurt sterk opgewaardeerd, zeg. Het is daar gewoon netjes nu, ik kon mijn ogen niet geloven. En de overdekte winkelstraat die ze daar nu hebben deed me met zijn twee verdiepingen aan het winkelcentrum van Rotterdam denken. Heel proper, heel fancy, heel on-Charleroi en vooral heel ver buiten het bereik van het werkloze schorriemorrie dat zich dag na dag kapot verveelt ergens in de periferie. Toch hoef je je in Charleroi nog maar 200 meter buiten het stadscentrum te wagen om opnieuw met de groezeligheid te worden geconfronteerd waarom die stad al zo lang bekend staat. Buiten het centrum zijn de straten nog steeds vuil, lopen ongure types naar elkaar te roepen en voel je je al gauw wat op je ongemak.
Over stationsbuurten, ten slotte, valt tout court vanalles te zeggen. Ze zijn een visitekaartje, heel wat steden maken er een punt van om hun stationsbuurt tip top in orde te hebben. In Leuven zit het op dat punt ook goed. Kom je er uit het station dan sta je op het schitterende Martelarenplein (ik vind het zelf nog telkens een kleine sensatie, die grote open ruimte). Maar begeef je in Leuven naar bepaalde verderop gelegen stadswijken en je zal vaststellen dat het bestuur daar veel minder de moeite heeft genomen om de boel op te waarderen. Op en in de buurt van de Vismarkt waan je je, bijvoorbeeld, nog in de jaren 80. En dat kan natuurlijk alleen maar omdat men ervan uitgaat dat de toeristen daar niet gaan komen, wegens toch een beetje te ver uit de buurt van het prachtige stadhuis, enz.
Het stadhuis van Leuven is trouwens het mooiste bouwwerk ter wereld. Ik heb, echt waar, nog nooit in mijn leven een gebouw gezien dat ik mooier vind dan het Leuvense stadhuis. Misschien loop ik er een dezer nog eens voorbij om ervan te genieten. Waarom, bijvoorbeeld, niet vandaag?

Geen opmerkingen: