donderdag 31 juli 2008
Eentje voor de metalfans!
Kent u Mist uit Amsterdam? Hun debuutplaat "We Should 've Been Stars" vind ik best de moeite, en daaruit is dit een live-versie van het openingsnummer. Doet wat denken aan Low.
dinsdag 29 juli 2008
Wederom een brief die ik je niet verstuur
Lieve F.,
ik stalk je, heeft A. gezegd. Omdat ik je maar niet uit m'n hoofd krijg, enkel om die reden. Want ik kom niet naar je huis en ik bel je niet (ook al moet ik me daar soms zo vreselijk voor inhouden). En het is alweer een half jaar geleden dat ik je nog zogenaamd "per ongeluk" smste, ik bijt op m'n tanden om je niet "per ongeluk" te sms'en.
En waarom? Omwille van een Platoonse gedachte die m'n hoofd heeft ingepalmd, zoals er wel meer gedachten als betonnen muren in m'n hoofd gebouwd staan. Je wás vanalles, F., en ik koester de idee dat je dat allemaal nog steeds bent - wie zal zeggen of dat ook werkelijk zo is? Maar zo lang ik dat niet weet, moet ik voort met die idee, en die idee blokkeert me, die maakt dat ik niet voort kan. Ik wacht je dus op achter elke hoek, waar je zou kunnen zijn, waar je nooit bent. En wat ik dan zou zeggen.
"Hey F.! Super om je nog eens te zien." (mijn onnatuurlijke enthousiasme zou je na al die tijd nog steeds heel vreemd vinden). "Hoe gaat het? Hoe komt dat ik je zo weinig zie? Waar hang je uit? (Niet zo indiscreet meteen!). "Heb je tijd om iets te drinken, ergens?" (to the point komen, niet teleurgesteld zijn, en mocht ze tijd hebben, als het er dus van komt, het dan gewoon vertellen, want doet het pijn of niet?).
Het doet pijn, het niét stalken, het niét oplossen, het doormalen, het sluimeren, het niet voort kunnen. Ik ging je schrijven, F., ik deed het niet. Ik ging je bellen, erover, ik deed het niet. Ik ging je zomaar toevallig tegenkomen, het gebeurde niet. Je weet dat allemaal niet, F., maar het is niet erg. Het is maar mijn chronische verliefdenverdriet.
ik stalk je, heeft A. gezegd. Omdat ik je maar niet uit m'n hoofd krijg, enkel om die reden. Want ik kom niet naar je huis en ik bel je niet (ook al moet ik me daar soms zo vreselijk voor inhouden). En het is alweer een half jaar geleden dat ik je nog zogenaamd "per ongeluk" smste, ik bijt op m'n tanden om je niet "per ongeluk" te sms'en.
En waarom? Omwille van een Platoonse gedachte die m'n hoofd heeft ingepalmd, zoals er wel meer gedachten als betonnen muren in m'n hoofd gebouwd staan. Je wás vanalles, F., en ik koester de idee dat je dat allemaal nog steeds bent - wie zal zeggen of dat ook werkelijk zo is? Maar zo lang ik dat niet weet, moet ik voort met die idee, en die idee blokkeert me, die maakt dat ik niet voort kan. Ik wacht je dus op achter elke hoek, waar je zou kunnen zijn, waar je nooit bent. En wat ik dan zou zeggen.
"Hey F.! Super om je nog eens te zien." (mijn onnatuurlijke enthousiasme zou je na al die tijd nog steeds heel vreemd vinden). "Hoe gaat het? Hoe komt dat ik je zo weinig zie? Waar hang je uit? (Niet zo indiscreet meteen!). "Heb je tijd om iets te drinken, ergens?" (to the point komen, niet teleurgesteld zijn, en mocht ze tijd hebben, als het er dus van komt, het dan gewoon vertellen, want doet het pijn of niet?).
Het doet pijn, het niét stalken, het niét oplossen, het doormalen, het sluimeren, het niet voort kunnen. Ik ging je schrijven, F., ik deed het niet. Ik ging je bellen, erover, ik deed het niet. Ik ging je zomaar toevallig tegenkomen, het gebeurde niet. Je weet dat allemaal niet, F., maar het is niet erg. Het is maar mijn chronische verliefdenverdriet.
maandag 28 juli 2008
Krrie bells
N- iets ma- wel nie- nietzsch te zeg-
ik v-jóél instead ik v-woel in bed
da- di- di- di- dizz- zalig iz
zen –en –en -en verba- zz en d iz
zo la- la- lang zo
lang het d uur
t ik t en ik en en zo zo lil- lik
hier lig hierlik lek kerijsje
l- ik khebhaardig aardigmeisje
h-eerlijk buik ik
buiten duik ik uit- en fluit-
en luid en lui mijn
inem ine mijne muze
kwilu quil-ik kwil u kusz –e
ik v-jóél instead ik v-woel in bed
da- di- di- di- dizz- zalig iz
zen –en –en -en verba- zz en d iz
zo la- la- lang zo
lang het d uur
t ik t en ik en en zo zo lil- lik
hier lig hierlik lek kerijsje
l- ik khebhaardig aardigmeisje
h-eerlijk buik ik
buiten duik ik uit- en fluit-
en luid en lui mijn
inem ine mijne muze
kwilu quil-ik kwil u kusz –e
zondag 27 juli 2008
Pap kortom
Pap.
Wat de aanleiding was, ik herinner het me niet, maar gisteren stonden A. en ik op een bepaald moment onze spierballen aan elkaar te tonen. Opgespannen armen, weet u. Pap, voor wie ons kent. Het was potsierlijk, dat wisten we zelf ook wel ("duh!"), maar het bleef wat hangen bij mij, schriel als het was, van een gebrek aan sport als het getuigde. Eigenlijk wil ik het anders.
Maar 't is mijn lichaamsbouw, en ook die van A.. Schriel, smal, niet echt klein en daarom misschien des te opvallender. Wij zijn "sprieten", zoals de tantes dat zeggen. 'Magere sprieten'. Net geen slungel, ik. Daarvoor ben ik gelukkig toch te klein.
In "Oh Your God" zingt Tommy Barman over een fenomeen dat ik met turnlessen uit het zesde leerjaar associeer: push-ups ("pompen"). Dat gaat van "did 34 push-ups, should've done 68" waaruit ik concludeer dat de heer Tommy óf nogal opgefokt is/was, óf in goede conditie wil zijn (beroepsernst!), óf een godenlichaam ambieert, in de wetenschap dat hij voor sexy Mauro P.'s magnifieke kop toch de duimen moet leggen.
Die laatste reden sluit ik maar meteen uit, die gasten zijn 36 , en eerlijk gezegd who cares waarom Barman aan sport doet. Stef Kamiel fiétst naar al zijn optredens, zo zegt hij, dus zo uitzonderlijk is het helemaal niet. En waarom zou het dat ook? Waarom ben ik geneigd muzikanten een geheel onsportief bestaan toe te dichten?
Maar wat ik wilde zeggen (u voelde het al aan uw kleine teen): ik ben aan de pomp gegaan, ik heb geprobeerd te pompen. Kont naar beneden, handjes uit elkaar en van de eerste keer al meteen 4 (vier!) keer opgedrukt. Weinig? Jazeker. Maar ik verlies de moed niet. De keer daarna deed ik er tien, u weet wel, negen en dan nóg eentje. Van die laatste onderneming ben ik een tiental minuten later evenwel nog steeds herstellende. En 'leuk' vond ik het ook al niet meer, met al dat bloed dat naar mijn hoofd steeg.
Pap kortom.
Wat de aanleiding was, ik herinner het me niet, maar gisteren stonden A. en ik op een bepaald moment onze spierballen aan elkaar te tonen. Opgespannen armen, weet u. Pap, voor wie ons kent. Het was potsierlijk, dat wisten we zelf ook wel ("duh!"), maar het bleef wat hangen bij mij, schriel als het was, van een gebrek aan sport als het getuigde. Eigenlijk wil ik het anders.
Maar 't is mijn lichaamsbouw, en ook die van A.. Schriel, smal, niet echt klein en daarom misschien des te opvallender. Wij zijn "sprieten", zoals de tantes dat zeggen. 'Magere sprieten'. Net geen slungel, ik. Daarvoor ben ik gelukkig toch te klein.
In "Oh Your God" zingt Tommy Barman over een fenomeen dat ik met turnlessen uit het zesde leerjaar associeer: push-ups ("pompen"). Dat gaat van "did 34 push-ups, should've done 68" waaruit ik concludeer dat de heer Tommy óf nogal opgefokt is/was, óf in goede conditie wil zijn (beroepsernst!), óf een godenlichaam ambieert, in de wetenschap dat hij voor sexy Mauro P.'s magnifieke kop toch de duimen moet leggen.
Die laatste reden sluit ik maar meteen uit, die gasten zijn 36 , en eerlijk gezegd who cares waarom Barman aan sport doet. Stef Kamiel fiétst naar al zijn optredens, zo zegt hij, dus zo uitzonderlijk is het helemaal niet. En waarom zou het dat ook? Waarom ben ik geneigd muzikanten een geheel onsportief bestaan toe te dichten?
Maar wat ik wilde zeggen (u voelde het al aan uw kleine teen): ik ben aan de pomp gegaan, ik heb geprobeerd te pompen. Kont naar beneden, handjes uit elkaar en van de eerste keer al meteen 4 (vier!) keer opgedrukt. Weinig? Jazeker. Maar ik verlies de moed niet. De keer daarna deed ik er tien, u weet wel, negen en dan nóg eentje. Van die laatste onderneming ben ik een tiental minuten later evenwel nog steeds herstellende. En 'leuk' vond ik het ook al niet meer, met al dat bloed dat naar mijn hoofd steeg.
Pap kortom.
zaterdag 26 juli 2008
"You can try the best you can."
Waarom ik vandaag tofkes vind?
Omwille van verschillende stapeltjes goede cd's:
* Nick Drake: Five Leaves Left
* Hellwood: Chainsaw of Life
* PJDS: Suits You
* Aroah: No Podemos Ser Amigos
* Lenny Kravitz: Mama Said ("guilty alarm!")
* aMute: The Sea Horse Limbo
* Wixel: Heart
* Randy Newmans debuut
* Barzin: My Life In Rooms
* Bodies of Water: A Certain Feeling
* Radiohead: Kid A
Over Nick Drake en Radiohead wil ik later nog wat kwijt, maar eerst wat ander tofs.
De Tour:
* een tijdrit
* Michel Wuyts (uitstekend)
* Carlos Sastre: een toffe winnaar
* 'sport' an sich kan me ook gelukkig maken (de fysieke inspanning)
* die pothelmen!
* die emoties, zo écht.
Lectuur: Sandro Veronesi: Kalme Chaos (uitstekend)
* met dat boek naar buiten gaan, en op een bank lezen.
Aansluitend: de zon.
* en haar gloed op mijn huid.
Voor het eerst opnieuw een hemd dragen dat ik al jaren niet meer vond.
In dezelfde rubriek: kousen noch schoenen dragen (ook geen fuckin' "teensletsen").
De nieuwste last.fm-applicatie: Your Library (verslavend).
En meer! Meer!
Over Nick Drake dus nog: ongelooflijk dat ik die mens zijn oeuvre, het zijn maar drie cd's, nu pas fatsoenlijk leer kennen. Fameuze 'ontdekking' dus; al past zijn geluid niet bij de zon.
En over Radiohead, en dan speciaal over "Kid A": zo'n 'speciale' cd. Dat bevreemdende. Die spanning. Hij klonk ook nog nooit zo goed als vanmiddag. En dan vooral "Optimistic", een nummer waarvoor je 'geweldig' of 'fenomenaal' met tussenstreepjes gaat schrijven. Besefte ik opeens.
Hier de clip en een video erbij (en anders doet u uw ogen maar dicht):
En u? Hoe gaat het met u?
Omwille van verschillende stapeltjes goede cd's:
* Nick Drake: Five Leaves Left
* Hellwood: Chainsaw of Life
* PJDS: Suits You
* Aroah: No Podemos Ser Amigos
* Lenny Kravitz: Mama Said ("guilty alarm!")
* aMute: The Sea Horse Limbo
* Wixel: Heart
* Randy Newmans debuut
* Barzin: My Life In Rooms
* Bodies of Water: A Certain Feeling
* Radiohead: Kid A
Over Nick Drake en Radiohead wil ik later nog wat kwijt, maar eerst wat ander tofs.
De Tour:
* een tijdrit
* Michel Wuyts (uitstekend)
* Carlos Sastre: een toffe winnaar
* 'sport' an sich kan me ook gelukkig maken (de fysieke inspanning)
* die pothelmen!
* die emoties, zo écht.
Lectuur: Sandro Veronesi: Kalme Chaos (uitstekend)
* met dat boek naar buiten gaan, en op een bank lezen.
Aansluitend: de zon.
* en haar gloed op mijn huid.
Voor het eerst opnieuw een hemd dragen dat ik al jaren niet meer vond.
In dezelfde rubriek: kousen noch schoenen dragen (ook geen fuckin' "teensletsen").
De nieuwste last.fm-applicatie: Your Library (verslavend).
En meer! Meer!
Over Nick Drake dus nog: ongelooflijk dat ik die mens zijn oeuvre, het zijn maar drie cd's, nu pas fatsoenlijk leer kennen. Fameuze 'ontdekking' dus; al past zijn geluid niet bij de zon.
En over Radiohead, en dan speciaal over "Kid A": zo'n 'speciale' cd. Dat bevreemdende. Die spanning. Hij klonk ook nog nooit zo goed als vanmiddag. En dan vooral "Optimistic", een nummer waarvoor je 'geweldig' of 'fenomenaal' met tussenstreepjes gaat schrijven. Besefte ik opeens.
Hier de clip en een video erbij (en anders doet u uw ogen maar dicht):
En u? Hoe gaat het met u?
vrijdag 25 juli 2008
Da's wanneer ik écht enthousiast word
Over de karakters van mensen leuteren, ik krijg er nooit genoeg van. En dat kan dan als volgt gaan.
"Haha, ja, da's waar. H. is helemaal zijn vader P., en D. op een bepaalde manier ook wel. Dat reizen, ja, dat is 'm helemaal. Maar hij staat gelukkig helemaal anders in het leven, hij kent geen klasseverschillen, terwijl P... Nee H., lijkt er het meest op, die is ook behoorlijk aristocratisch. Die gelooft nog in goede punten, een goed beroep, een goed huwelijk. Die houdt daar aan vast."
"Maar we mogen P. niet uit zijn context trekken. Wij bekijken dat natuurlijk met onze "postmoderne" blik, maar in die tijd was dat heel normaal. Kijk naar B., zijn vrouw. Die heeft toch heel haar leven opgeofferd voor haar gezin, haar man, haar familie, haar godsdienst. Voor ons is dat toch compleet ondenkbaar!? Dat is zót. Maar zij deed het, en nooit slechtgezind. Een engel, zoals je het gisteren zei, ja."
"Broers en ouders en hoe dat allemaal interageert.. Ook om te zien hoe M. en ik zich tegenover elkaar verhouden.. Er was toch niemand die tien jaar geleden zou gedacht hebben dat M. nu de bolleboos van ons beiden zou zijn? Ik was voorbestemd om weet-ik-veel-wat-allemaal te worden, maar toen hij in 't eerste middelbaar 95% haalde op Latijn werd snel duidelijk dat ook hij niet alleen het shotterke was dat iedereen in hem meende te zien. Speciaal."
"En dat ik zo "extravagant" zou zijn - ahum - had ook wel niemand vermoed, allicht, toen ze me heelder verjaardagskalenders lieten opsommen op familiefeesten. De seut die ik was, is gaan lopen op 't moment dat jullie scheidden. Dat is tamelijk cruciaal geweest, toen ging ik rebelleren. Ja, een rebel zat er altijd al in mij: mijn verbaal geweld. 't Zijn lappen, allemaal."
Etcetera.
"Haha, ja, da's waar. H. is helemaal zijn vader P., en D. op een bepaalde manier ook wel. Dat reizen, ja, dat is 'm helemaal. Maar hij staat gelukkig helemaal anders in het leven, hij kent geen klasseverschillen, terwijl P... Nee H., lijkt er het meest op, die is ook behoorlijk aristocratisch. Die gelooft nog in goede punten, een goed beroep, een goed huwelijk. Die houdt daar aan vast."
"Maar we mogen P. niet uit zijn context trekken. Wij bekijken dat natuurlijk met onze "postmoderne" blik, maar in die tijd was dat heel normaal. Kijk naar B., zijn vrouw. Die heeft toch heel haar leven opgeofferd voor haar gezin, haar man, haar familie, haar godsdienst. Voor ons is dat toch compleet ondenkbaar!? Dat is zót. Maar zij deed het, en nooit slechtgezind. Een engel, zoals je het gisteren zei, ja."
"Broers en ouders en hoe dat allemaal interageert.. Ook om te zien hoe M. en ik zich tegenover elkaar verhouden.. Er was toch niemand die tien jaar geleden zou gedacht hebben dat M. nu de bolleboos van ons beiden zou zijn? Ik was voorbestemd om weet-ik-veel-wat-allemaal te worden, maar toen hij in 't eerste middelbaar 95% haalde op Latijn werd snel duidelijk dat ook hij niet alleen het shotterke was dat iedereen in hem meende te zien. Speciaal."
"En dat ik zo "extravagant" zou zijn - ahum - had ook wel niemand vermoed, allicht, toen ze me heelder verjaardagskalenders lieten opsommen op familiefeesten. De seut die ik was, is gaan lopen op 't moment dat jullie scheidden. Dat is tamelijk cruciaal geweest, toen ging ik rebelleren. Ja, een rebel zat er altijd al in mij: mijn verbaal geweld. 't Zijn lappen, allemaal."
Etcetera.
donderdag 24 juli 2008
Niet te verwarren met minister Crevits
Vandaag "Mama Said" van Lenny K. herontdekt. Daaruit wilde ik eigenlijk een clipje van "All I Ever Wanted" posten, maar dat bleek niet te bestaan. Dan maar deze smartlap. De moeite, ook voor de clip.
En meteen ook maar deze voor de funky bitches:
woensdag 23 juli 2008
"Kan ik hem mailen, uw profeet?"
Op straat word ik aangesproken door twee 'jongens' (+/- 25) in opvallend nette kledij, das, hemd, nette broek, met beide een rugzak op de schouders die gedurende ons gesprek ongeopend zal blijven. Het gaat hen over God en hun profeet, of ik al van de Kerk van Jezus Christus van de Heiligen van de Laatste Dagen gehoord heb. Ja, vaagweg heb ik dat wel, maar hun profeet die zegt me niks. Ik vraag hen of ze zijn naam op een briefje kunnen schrijven. Ik vraag hen of ik hun profeet kan mailen met levensvragen. Ze zeggen dat hij waarschijnlijk niet zal antwoorden.
Hun profeet heet Thomas S. Marson, woont in Utah, is bijna 80, en ik heb zijn naam nog nooit gehoord. Hij is door God uitverkoren, doet niet aan politiek, deze jongens geloven in hem ("we hebben hem gezien! we kennen hem niet persoonlijk") en ze zijn naar Europa gezonden om hier zijn woord te verspreiden. Hun Nederlands is, Amerikaans als ze zijn, verrassend goed.
Een halfuur moet het zijn, houden ze me aan praat. Ik werp mijn idee op als zou God een reddingsboei zijn voor de minder welvarenden. Ik vertel hen dat het toch duidelijk is dat mensen in arme landen meer naar goden zoeken, ik wijs hen op secularisering vanwege welvaart, ik zeg ronduit dat het me ergert dat een abstracte, geheel onzichtbare instantie zo opgeblazen wordt, dat zo'n instantie ons niet hoort opgedrongen te worden, dat er in Amerika een ongekende hysterie bestaat rond religie, dat wij in Europa iets rustiger zijn.
Ze zijn niet dwingend, maar ze geven me ongelijk. Hun profeet is nódig, ik moet beséffen dat hun profeet nódig is. Ik mag hen bellen op het nummer dat ze onder hun profeet zijn naam op het briefje schrijven, ik beloof hen te beginnen met hun profeet eerst eens te googlen. Waarschijnlijk wordt dat iets dat ik de komende dagen voor me uit zal schuiven.
Hun profeet heet Thomas S. Marson, woont in Utah, is bijna 80, en ik heb zijn naam nog nooit gehoord. Hij is door God uitverkoren, doet niet aan politiek, deze jongens geloven in hem ("we hebben hem gezien! we kennen hem niet persoonlijk") en ze zijn naar Europa gezonden om hier zijn woord te verspreiden. Hun Nederlands is, Amerikaans als ze zijn, verrassend goed.
Een halfuur moet het zijn, houden ze me aan praat. Ik werp mijn idee op als zou God een reddingsboei zijn voor de minder welvarenden. Ik vertel hen dat het toch duidelijk is dat mensen in arme landen meer naar goden zoeken, ik wijs hen op secularisering vanwege welvaart, ik zeg ronduit dat het me ergert dat een abstracte, geheel onzichtbare instantie zo opgeblazen wordt, dat zo'n instantie ons niet hoort opgedrongen te worden, dat er in Amerika een ongekende hysterie bestaat rond religie, dat wij in Europa iets rustiger zijn.
Ze zijn niet dwingend, maar ze geven me ongelijk. Hun profeet is nódig, ik moet beséffen dat hun profeet nódig is. Ik mag hen bellen op het nummer dat ze onder hun profeet zijn naam op het briefje schrijven, ik beloof hen te beginnen met hun profeet eerst eens te googlen. Waarschijnlijk wordt dat iets dat ik de komende dagen voor me uit zal schuiven.
Mediocre indie shit: halve finales
Hallo, kijk, u zijt klootzakskes - of moet ik beginnen met het goede nieuws? Hallo, Radiohead, Eels en Low gaan door (hiphoi!), maar dan laat u het op een 5-5 steken tussen Wilco en Grandaddy. In deze fase is het wel delicaat kiezen, meine Damen und Herren! Kies ik voor Wilco wier laatste cd al ligt te wachten om meegekweeld te worden tijdens de volgende afwas, een groep die zich nog steeds blijft verbeteren en die, in tegenstelling tot Grandaddy, nog niet uitgezongen is, of kies ik voor laatstgenoemde nerds uit Modesto die mij destijds betoverden door een bevreemdende combinatie van baarden, hoge stemmetjes, skateboards en een verhaal over een robot called Jed?
Dat is fuckin' moeilijk, oké? Wat moet ik met 5-5? Een kop of munt-operatie die geheel ongeloofwaardig is wegens door geen enkele deelnemer bijgewoond? Een impulsieve voorkeur die het weinig rechtsgeldige karakter van deze wedstrijd andermaal blootlegt? En terwijl ik dit schrijf komt de inval die wél uitvoerbaar is, die wel een ppot heeft om op te staan, als een geschenk uit een miezerige hemel; ik doe het als volgt: ik tel alle stemmen samen die Grandaddy gedurende deze wedstrijd heeft vergaard en vervolgens doe ik hetzelfde voor Wilco. Toch? Dat lijkt mij eerlijk.
[Dat proces voltrekt zich]
Resultaat: Grandaddy gaat naar de halve finales (!) Grandaddy haalde 25 stemmen, alle rondes bij elkaar opgeteld, Wilco was goed voor 21 stemmen en legt de duimen. Ik had dit systeem eerder moeten hanteren, dat had het willekeurig delibereren onnodig gemaakt. Bij deze excuseer ik me bij Tom Waits-fans e.a. die zich tekort voelden gedaan.
Maar u scrollt natuurlijk naar de essentie.
Ziehier: op dinsdag 29 juli grijpen hier-o volgende duels plaats.
Radiohead (1) vs. Grandaddy (13)
Eels (12) vs. Low (6)
Mijn commentaar?
Radiohead staat daar terecht en wint, volgens mij, deze wedstrijd (of u geeft er nog een indrukwekkende draai aan). Ikzelf zou winst niet meer dan logisch vinden en zal consequent voor de lads stemmen. Radiohead is en blijft spánnend, hé. Wat zeggen u "Let Down", "Lucky", "Everything's In It's Right Place", "Bodysnatchers", "I Will", "2+2=5", "Like Spinning Plates" en, bijna vergeten "Street Spirit"?
Grandaddy is een revelatie waar ik u dankbaar om ben. Ik hóu zo van dit groepje, waarschijnlijk omdat het altijd zo'n groep-je is gebleven. Zelf ben ik het drie ronden lang trouw gebleven, maar nu strandt hier, wat mij betreft, voor hen de boot.
In het andere duel kies ik met bijna evenveel overtuiging voor Low. Ik zeg u eerst dat ik eigenlijk helemaal niet zo'n Eels-fan ben, al vond ik hem eerder dit jaar in het Koninklijk Circus heel aangenaam om zien. Doch, voor mij lijdt Eels aan het Pearl Jam e.a.-syndroom, - en dan kunt u het al raden - groepen wier eerste plaat (met voorsprong) hun beste was. Ik vind "Beautiful Freak" heerlijk, maar daarnaast bezit ik enkel "Souljacker", omdat ik de rest de aanschaf niet waard vind. Mja. Heerlijke losse nummers heeft Mr. E. wel in overvloed, dat merkte ik opnieuw op dat concert.
Maar ik ga dus voor Low - de pointe, ik verlies 'm weleens uit het oog, hebt u tijd? Omdat ik Low iets 'meer' vind, zou ik bijna zeggen. Ze zijn zelf religieus en een plaat als "Things We Lost In The Fire" leg je niet alléén op voor de muziek. Daarop gebeurt méér, dat is een ceremonie. "The Great Destroyer" van enkele jaren geleden wordt dan weer door menigeen verguisd vanwege "te luid" of "te anders", maar ook die plaat vind ik uitstekend, en ik bedoel echt "heel goed". De laatste cd vond ik wat minder, maar ik heb mezelf gezworen dat niet luidop uit te spreken. Mijn hart zou kunnen scheuren, dat weet ik zeker.
Hey, die finale wordt een sec gebeuren, alles is bij deze gezegd van mijn kant. Als u hier bent geraakt dan zeg ik u enkel nog dit: laat u in uw reactiestem op deze halve finales ook eens langs uw spraakwaterval zien. Het is toch eigenlijk pas dan dat het een beetje interessanter wordt, nietwaar?
Dat is fuckin' moeilijk, oké? Wat moet ik met 5-5? Een kop of munt-operatie die geheel ongeloofwaardig is wegens door geen enkele deelnemer bijgewoond? Een impulsieve voorkeur die het weinig rechtsgeldige karakter van deze wedstrijd andermaal blootlegt? En terwijl ik dit schrijf komt de inval die wél uitvoerbaar is, die wel een ppot heeft om op te staan, als een geschenk uit een miezerige hemel; ik doe het als volgt: ik tel alle stemmen samen die Grandaddy gedurende deze wedstrijd heeft vergaard en vervolgens doe ik hetzelfde voor Wilco. Toch? Dat lijkt mij eerlijk.
[Dat proces voltrekt zich]
Resultaat: Grandaddy gaat naar de halve finales (!) Grandaddy haalde 25 stemmen, alle rondes bij elkaar opgeteld, Wilco was goed voor 21 stemmen en legt de duimen. Ik had dit systeem eerder moeten hanteren, dat had het willekeurig delibereren onnodig gemaakt. Bij deze excuseer ik me bij Tom Waits-fans e.a. die zich tekort voelden gedaan.
Maar u scrollt natuurlijk naar de essentie.
Ziehier: op dinsdag 29 juli grijpen hier-o volgende duels plaats.
Radiohead (1) vs. Grandaddy (13)
Eels (12) vs. Low (6)
Mijn commentaar?
Radiohead staat daar terecht en wint, volgens mij, deze wedstrijd (of u geeft er nog een indrukwekkende draai aan). Ikzelf zou winst niet meer dan logisch vinden en zal consequent voor de lads stemmen. Radiohead is en blijft spánnend, hé. Wat zeggen u "Let Down", "Lucky", "Everything's In It's Right Place", "Bodysnatchers", "I Will", "2+2=5", "Like Spinning Plates" en, bijna vergeten "Street Spirit"?
Grandaddy is een revelatie waar ik u dankbaar om ben. Ik hóu zo van dit groepje, waarschijnlijk omdat het altijd zo'n groep-je is gebleven. Zelf ben ik het drie ronden lang trouw gebleven, maar nu strandt hier, wat mij betreft, voor hen de boot.
In het andere duel kies ik met bijna evenveel overtuiging voor Low. Ik zeg u eerst dat ik eigenlijk helemaal niet zo'n Eels-fan ben, al vond ik hem eerder dit jaar in het Koninklijk Circus heel aangenaam om zien. Doch, voor mij lijdt Eels aan het Pearl Jam e.a.-syndroom, - en dan kunt u het al raden - groepen wier eerste plaat (met voorsprong) hun beste was. Ik vind "Beautiful Freak" heerlijk, maar daarnaast bezit ik enkel "Souljacker", omdat ik de rest de aanschaf niet waard vind. Mja. Heerlijke losse nummers heeft Mr. E. wel in overvloed, dat merkte ik opnieuw op dat concert.
Maar ik ga dus voor Low - de pointe, ik verlies 'm weleens uit het oog, hebt u tijd? Omdat ik Low iets 'meer' vind, zou ik bijna zeggen. Ze zijn zelf religieus en een plaat als "Things We Lost In The Fire" leg je niet alléén op voor de muziek. Daarop gebeurt méér, dat is een ceremonie. "The Great Destroyer" van enkele jaren geleden wordt dan weer door menigeen verguisd vanwege "te luid" of "te anders", maar ook die plaat vind ik uitstekend, en ik bedoel echt "heel goed". De laatste cd vond ik wat minder, maar ik heb mezelf gezworen dat niet luidop uit te spreken. Mijn hart zou kunnen scheuren, dat weet ik zeker.
Hey, die finale wordt een sec gebeuren, alles is bij deze gezegd van mijn kant. Als u hier bent geraakt dan zeg ik u enkel nog dit: laat u in uw reactiestem op deze halve finales ook eens langs uw spraakwaterval zien. Het is toch eigenlijk pas dan dat het een beetje interessanter wordt, nietwaar?
woensdag 16 juli 2008
Onaf, lullig, juist
Mooi meisje op de nieuwe Humocover. En vooral dan die navel. Meer krijg ik daarover klaarblijkelijk ook weer niet gezegd, maar die navel.. Het is geen fetisj.
Sweet sixteen? Ik vond het nodig mijn verjaardag te vieren, toen, me bewust als ik was van 'die nieuwe fase in mijn leven'. Op café gaan zou ik, in het enige café dat ik vanbinnen kende, met vrienden uit mijn klas, en ik had op school uitnodigingen uitgedeeld. Die mensen waren lang niet allemaal de mensen die ik nu nog zie. En de foto die m'n moeder trok voor ze me naar mijn eigen feestje reed toont me met een hoop puisten, een hoop ambitie, een hoop complexen en ongelooflijk veel oprechtheid (de foto zelf ben ik voor de gelegenheid "kwijt").
Wat is dat lang geleden. Ik droeg dat cheesy hemd dat ik niet lang tevoren had gekocht en waarmee ik mijn era als style king had ingeluid. Ik werd zestien en het moest anders. Eén: ik zou voortaan m'n kleren zelf kopen, en twee: ik zou stijl hebben (een stijl die ik nog steeds meen te hebben, maar die veel 'normaler' is geworden).
Nog: Ik droeg voor het eerst m'n haar in een staart. Ik wilde mijn haar lang hebben toen (menig vriendje zou in mijn spoor volgen - ik had nog invloed op vrienden toen), maar met lokken die er vanvoor en opzij uitkwamen, en haren die vanachter niet in het rekkertje willen blijven was het ook best lijdzaam. Toch zette ik door, ik was daarmee speciaal, ik zette me op de agenda (ambitie, quoi).
En ongelooflijk maar waar: ik droeg die avond een geleeke (hoe heet dat kledingstuk met zijn officiële naam?), zoals het een dirigent of zulk iemand past, en ik blééf dat nadien nog zeer regelmatig doen om uit te gaan. Ook dat maakte mij speciaal, veeleer een "kwast", maar dat kon me in die tijd niets schelen. Ik was op zoek, en ik zoek nog.
Een aparte kledingstijl ben ik er nadien om uit te gaan altijd op blijven nahouden, met kostuumvesten en vooral hoofddeksels, véél hoofddeksels. Omdat ik niet dronk moest ik me op een andere manier een roes vergaren, daarom vierde ik nagenoeg elk weekend carnaval. In combinatie met mijn lange haar kreeg ik dientengevolge ook niet weinig de vraag of ik wat wiet kon missen.
Het is een 'drang' om naar dat moment terug te grijpen, om die foto (met afschuw) te herbekijken. Ik was zestien toen en hoe onaf en lullig het ook was, het klopt helemaal. Op een andere manier is het raar dat ik al op zo'n manier over iets kan nadenken, en hoe blasé het ook klinkt, het overkomt me steeds vaker.
Spreekt een groentje van twintig + één, terwijl hij zijn valiezen maakt en daarbij het voornemen uitspreekt u op de avond van de tweeëntwintigste opnieuw met woorden te bekogelen.
Sweet sixteen? Ik vond het nodig mijn verjaardag te vieren, toen, me bewust als ik was van 'die nieuwe fase in mijn leven'. Op café gaan zou ik, in het enige café dat ik vanbinnen kende, met vrienden uit mijn klas, en ik had op school uitnodigingen uitgedeeld. Die mensen waren lang niet allemaal de mensen die ik nu nog zie. En de foto die m'n moeder trok voor ze me naar mijn eigen feestje reed toont me met een hoop puisten, een hoop ambitie, een hoop complexen en ongelooflijk veel oprechtheid (de foto zelf ben ik voor de gelegenheid "kwijt").
Wat is dat lang geleden. Ik droeg dat cheesy hemd dat ik niet lang tevoren had gekocht en waarmee ik mijn era als style king had ingeluid. Ik werd zestien en het moest anders. Eén: ik zou voortaan m'n kleren zelf kopen, en twee: ik zou stijl hebben (een stijl die ik nog steeds meen te hebben, maar die veel 'normaler' is geworden).
Nog: Ik droeg voor het eerst m'n haar in een staart. Ik wilde mijn haar lang hebben toen (menig vriendje zou in mijn spoor volgen - ik had nog invloed op vrienden toen), maar met lokken die er vanvoor en opzij uitkwamen, en haren die vanachter niet in het rekkertje willen blijven was het ook best lijdzaam. Toch zette ik door, ik was daarmee speciaal, ik zette me op de agenda (ambitie, quoi).
En ongelooflijk maar waar: ik droeg die avond een geleeke (hoe heet dat kledingstuk met zijn officiële naam?), zoals het een dirigent of zulk iemand past, en ik blééf dat nadien nog zeer regelmatig doen om uit te gaan. Ook dat maakte mij speciaal, veeleer een "kwast", maar dat kon me in die tijd niets schelen. Ik was op zoek, en ik zoek nog.
Een aparte kledingstijl ben ik er nadien om uit te gaan altijd op blijven nahouden, met kostuumvesten en vooral hoofddeksels, véél hoofddeksels. Omdat ik niet dronk moest ik me op een andere manier een roes vergaren, daarom vierde ik nagenoeg elk weekend carnaval. In combinatie met mijn lange haar kreeg ik dientengevolge ook niet weinig de vraag of ik wat wiet kon missen.
Het is een 'drang' om naar dat moment terug te grijpen, om die foto (met afschuw) te herbekijken. Ik was zestien toen en hoe onaf en lullig het ook was, het klopt helemaal. Op een andere manier is het raar dat ik al op zo'n manier over iets kan nadenken, en hoe blasé het ook klinkt, het overkomt me steeds vaker.
Spreekt een groentje van twintig + één, terwijl hij zijn valiezen maakt en daarbij het voornemen uitspreekt u op de avond van de tweeëntwintigste opnieuw met woorden te bekogelen.
dinsdag 15 juli 2008
Een stinkzwam kruipt in je kleren
Servais Verherstraeten. Hij heeft geen mooie naam en hij heeft geen mooie kop.In "Ter Zake" zag de man eruit en gedroeg hij zich alsof hij zich verkeerdelijk bij CD&V had aangesloten en eigenlijk "een VB'ke kwam doen". Nu ja, dat krijg je zeker als je met je partij al een jaar op een opportunistisch-rechtse golf inzet en daar nu andermaal een politiek fiasco voor in ruil krijgt?
Alles, maar dan ook alles, is begonnen bij de Vlaamse verzuring die 'de Vlaming' is ingegeven door zijn ontembare kneuterigheid en zijn underdoggevoelens. Daaruit kon het Vlaams Belang ontspruiten als een stinkzwam en werd het meer dan levensvatbaar. Langzaam maar zeker raakte dat Belang (Blok) ingeburgerd, werd dat iets gewoons, en begon dat zélf deel uit te maken van het establishment, zodat we nu op het punt gekomen zijn waarop het impliciet de lakens uitdeelt.
Am I wrong? Ik verklaar dat zo: bij de verkiezingen van 2007 voer doodgeverfde favoriet CD&V een verdacht rechste koers en dat wel om de 'verzuurde Vlaming' te pleasen (om VB'ertjes terug te winnen?). CD&V boekte een klinkende overwinning met haar rechtse programma en het kon niet anders of andere klassieke Vlaamse partijen smokkelden zelf ook een paar van die zure elementjes hun programma binnen. In Vlaanderen werd wat centrum was plots een eind naar rechts opgeschoven, en al wat links en zotter was werd meer dan ooit bestudeerd als ging het om een nieuwe indianenstam ergens op de grens van Peru met Brazilië.
Maar in Wallonië had zulk proces natuurlijk nooit plaatsgehad en toen er federale beslissingen moesten genomen worden, bleken die Vlaamse onderhandelaars plots met de nieuwe indianenstam in kwestie aan tafel te zitten. De exoten spraken een andere taal, maar hadden niet de scrupules zich te verzetten tegen die exploiteurs die hun gebied kwamen ontbossen. Gevolg: ontzetting! Alarm! Geen Vlaming die bedacht dat die Walen weleens naar de juiste dokter zouden kunnen gaan, en zijzelf naar de verkeerde.
Samengevat: 'de Vlaming' is verzuurd, 'de Waal' wil daar niks mee te maken hebben. Zolang hij echter zijn sociaal-economische situatie niet op een rijtje heeft, blijft hij de Vlaming als gulle suikeroom nodig hebben. Het is een spel, het is een theater, en ze krijgen er al een jaar geen genoeg van, maar intussen ontploffen de bolleten van het klassieke establishment en groeien er nieuwe stinkzwammen voor in de plaats (naast die al voornoemde exploot).
Blijkt dus dat Lijst Dedecker aan populariteit wint bij jongeren omdat het vindt dat je zo snel moet kunnen rijden als je wilt. En hoewel het weer een tijd geleden lijkt dat er nog een opiniepeiling over de politieke verhoudingen in Vlaanderen verscheen, lijkt de kans me reëel dat Vlaams Belang daarin een score haalt die begint met een drie, als in dertig. Een analyst zal daarop besluiten dat de partij nu aan haar plafond zit, maar ene B. Valkeniers zal zijn troepen on screen in de ogen kijken en stellen dat 'hun' Vlaams Belang opnieuw een oorlog heeft gewonnen.
Alles, maar dan ook alles, is begonnen bij de Vlaamse verzuring die 'de Vlaming' is ingegeven door zijn ontembare kneuterigheid en zijn underdoggevoelens. Daaruit kon het Vlaams Belang ontspruiten als een stinkzwam en werd het meer dan levensvatbaar. Langzaam maar zeker raakte dat Belang (Blok) ingeburgerd, werd dat iets gewoons, en begon dat zélf deel uit te maken van het establishment, zodat we nu op het punt gekomen zijn waarop het impliciet de lakens uitdeelt.
Am I wrong? Ik verklaar dat zo: bij de verkiezingen van 2007 voer doodgeverfde favoriet CD&V een verdacht rechste koers en dat wel om de 'verzuurde Vlaming' te pleasen (om VB'ertjes terug te winnen?). CD&V boekte een klinkende overwinning met haar rechtse programma en het kon niet anders of andere klassieke Vlaamse partijen smokkelden zelf ook een paar van die zure elementjes hun programma binnen. In Vlaanderen werd wat centrum was plots een eind naar rechts opgeschoven, en al wat links en zotter was werd meer dan ooit bestudeerd als ging het om een nieuwe indianenstam ergens op de grens van Peru met Brazilië.
Maar in Wallonië had zulk proces natuurlijk nooit plaatsgehad en toen er federale beslissingen moesten genomen worden, bleken die Vlaamse onderhandelaars plots met de nieuwe indianenstam in kwestie aan tafel te zitten. De exoten spraken een andere taal, maar hadden niet de scrupules zich te verzetten tegen die exploiteurs die hun gebied kwamen ontbossen. Gevolg: ontzetting! Alarm! Geen Vlaming die bedacht dat die Walen weleens naar de juiste dokter zouden kunnen gaan, en zijzelf naar de verkeerde.
Samengevat: 'de Vlaming' is verzuurd, 'de Waal' wil daar niks mee te maken hebben. Zolang hij echter zijn sociaal-economische situatie niet op een rijtje heeft, blijft hij de Vlaming als gulle suikeroom nodig hebben. Het is een spel, het is een theater, en ze krijgen er al een jaar geen genoeg van, maar intussen ontploffen de bolleten van het klassieke establishment en groeien er nieuwe stinkzwammen voor in de plaats (naast die al voornoemde exploot).
Blijkt dus dat Lijst Dedecker aan populariteit wint bij jongeren omdat het vindt dat je zo snel moet kunnen rijden als je wilt. En hoewel het weer een tijd geleden lijkt dat er nog een opiniepeiling over de politieke verhoudingen in Vlaanderen verscheen, lijkt de kans me reëel dat Vlaams Belang daarin een score haalt die begint met een drie, als in dertig. Een analyst zal daarop besluiten dat de partij nu aan haar plafond zit, maar ene B. Valkeniers zal zijn troepen on screen in de ogen kijken en stellen dat 'hun' Vlaams Belang opnieuw een oorlog heeft gewonnen.
Bloemen voor mooie meisjes
"Ik maak me zorgen om jou, heus." Dat zegt de vader tegen de zoon, op p. 29 van "Waar gaat die vrolijke trein naartoe", een boek van Sandro Veronesi uit 1988. De vader zegt dat omwille van de 'lege' indruk die zijn zoon laat in een brief die de zoon aan hem geschreven heeft, een brief die hij in het bijzijn van zijn zoon herleest, waarvan op p. 26 het relaas (alles wordt verteld vanuit het standpunt van de zoon).
"Rustig stak hij een sigaret op en nam een paar trekjes. Vervolgens stopte hij het pakje en de aansteker weer weg en raapte pas toen de brief op." (...) "Vervolgens begon hij een gedeelte hardop te lezen."
'Soms zou ik wel een meisje willen hebben, met een mond zo diep als een fjord en met een rode plastic vlinder in het haar...'
"'Vader alsjeblieft,' protesteerde ik, maar hij ging door zonder een spier te vertrekken. (...)"
'Ik zou dat willen om voor haar bloemen te kunnen kopen die sommige Arabieren aanbieden op kruispunten, en die ook nog weinig kosten. Ik zou ervoor zorgen dat ze kleurden bij iets van haar ...'
"Het schrijven van die brief was het enige wat ik had gedaan sinds de aankomst van mijn vader, het enige initiatief dat ik had genomen, en ik had er al meteen spijt van."
'...En dus heb ik ze nooit gekocht. Maar er is altijd wel iemand anders die ze koopt in mijn plaats, en ik troost me met de gedachte dat niemand erop zit te wachten dat ik doe wat ik niet doe.'
De zoon is een eenzaat die met zijn neus tegen de ruit gedrukt naar voorbijschuifelende mensen op straat zit te turen. Ooit was hij verloofd, maar zijn aanstaande koos op het laatste nippertje voor een interessantere toekomst met een andere man. Sindsdien is de zoon een plant en, te oordelen naar de laatste zin van zijn brief, een plant die zich niet onmiddellijk aan water verwacht.
Het woord 'troost' in die laatste zin. Er is een verlangen dat verlicht moet worden, dat, liever nog, ingewilgd zou worden, maar de muur van lafheid die de zoon vanuit zelfmedelijden rond zichzelf heeft gebouwd lijkt al te hoog geworden om te slopen. Hij troost zichzelf hier andermaal voor, kan niets ondernemen, niet meer.
Op een festival zag ik een meisje dat ik zo mooi vond dat ik niet meer kon ophouden met grijnzen. Ze had haar vriend bij en ik was doodgelukkig dat er iemand is die bloemen, of wat dan ook, voor haar koopt. Dat vond ik een noodzaak.
Natuurlijk zou ik zelf ook graag bloemen voor haar kopen, en anders dan de zoon geeft haar verschijning me de moed en de zin om te gaan doen wat ik nu niet hoef te doen, maar eigenlijk wél zou moeten doen: bloemen kopen voor een mooi meisje. Zodat ik me niet altijd hoef te wentelen in het verhaaltje dat de anderen... en ik niet.
"Rustig stak hij een sigaret op en nam een paar trekjes. Vervolgens stopte hij het pakje en de aansteker weer weg en raapte pas toen de brief op." (...) "Vervolgens begon hij een gedeelte hardop te lezen."
'Soms zou ik wel een meisje willen hebben, met een mond zo diep als een fjord en met een rode plastic vlinder in het haar...'
"'Vader alsjeblieft,' protesteerde ik, maar hij ging door zonder een spier te vertrekken. (...)"
'Ik zou dat willen om voor haar bloemen te kunnen kopen die sommige Arabieren aanbieden op kruispunten, en die ook nog weinig kosten. Ik zou ervoor zorgen dat ze kleurden bij iets van haar ...'
"Het schrijven van die brief was het enige wat ik had gedaan sinds de aankomst van mijn vader, het enige initiatief dat ik had genomen, en ik had er al meteen spijt van."
'...En dus heb ik ze nooit gekocht. Maar er is altijd wel iemand anders die ze koopt in mijn plaats, en ik troost me met de gedachte dat niemand erop zit te wachten dat ik doe wat ik niet doe.'
De zoon is een eenzaat die met zijn neus tegen de ruit gedrukt naar voorbijschuifelende mensen op straat zit te turen. Ooit was hij verloofd, maar zijn aanstaande koos op het laatste nippertje voor een interessantere toekomst met een andere man. Sindsdien is de zoon een plant en, te oordelen naar de laatste zin van zijn brief, een plant die zich niet onmiddellijk aan water verwacht.
Het woord 'troost' in die laatste zin. Er is een verlangen dat verlicht moet worden, dat, liever nog, ingewilgd zou worden, maar de muur van lafheid die de zoon vanuit zelfmedelijden rond zichzelf heeft gebouwd lijkt al te hoog geworden om te slopen. Hij troost zichzelf hier andermaal voor, kan niets ondernemen, niet meer.
Op een festival zag ik een meisje dat ik zo mooi vond dat ik niet meer kon ophouden met grijnzen. Ze had haar vriend bij en ik was doodgelukkig dat er iemand is die bloemen, of wat dan ook, voor haar koopt. Dat vond ik een noodzaak.
Natuurlijk zou ik zelf ook graag bloemen voor haar kopen, en anders dan de zoon geeft haar verschijning me de moed en de zin om te gaan doen wat ik nu niet hoef te doen, maar eigenlijk wél zou moeten doen: bloemen kopen voor een mooi meisje. Zodat ik me niet altijd hoef te wentelen in het verhaaltje dat de anderen... en ik niet.
zondag 13 juli 2008
Mediocre indie shit: kwartfinales
Nog acht namen over, lieve deelnemers, en nu begint de weg naar de overwinning af te korten. Als enige jurylid was ik ook nu weer de enige instantie die moest delibereren waar nodig en daarom gaan Elliott Smith en The Strokes door, en niet de nochtans eveneens uitstekende Tom Waits en Bonnie 'prince' Billy. Het wil lukken dat de twee afvallers toevallig ook diegenen zijn met een eerder ontzagwekkend oeuvre, maar even serieus: hebt u die twee eerste platen van The Strokes al eens goed beluisterd? Dat is toch niet kapot te krijgen? Of ben ik echt zo groen? En Elliott, is dat niet gewoon de indieheld van deze generatie (ook al omdat hij dood is), daar waar Tom Waits 'slechts' een levende en legendarisch wordende freak is?
Soit, hier zijn de acht namen, en zoals iemand in een reactie al opmerkte heb ook ik een vermoeden wie deze prijs finaal zal wegkapen. Maar dan zal die deelnemer eerst nog wel Sigur rós moeten aftroeven.
* Radiohead (1) vs. Sigur rós
* Elliott Smith (2) vs. Eels (12)
* Wilco (4) vs. Grandaddy (13)
* Low (6) vs. The Strokes (7)
Soit, hier zijn de acht namen, en zoals iemand in een reactie al opmerkte heb ook ik een vermoeden wie deze prijs finaal zal wegkapen. Maar dan zal die deelnemer eerst nog wel Sigur rós moeten aftroeven.
* Radiohead (1) vs. Sigur rós
* Elliott Smith (2) vs. Eels (12)
* Wilco (4) vs. Grandaddy (13)
* Low (6) vs. The Strokes (7)
zaterdag 12 juli 2008
Mart Smeets, jij bent tenminste nog een geil knulletje
"Kan ik eraan doen dat er zoveel drek op tv is," antwoord ik meestal als mensen bij mij komen klagen over hun televisionele bevindingen. "Trek u op aan Karl Vannieuwkerke," geef ik hen dezer dagen dan ook meteen als raad mee. Want Karl maakt me blij, zo blij.
Het moet gezegd: Karl Vannieuwkerke is goed in "Tour 2008". Goed in het overbrengen van de wie-ler-be-le-ving. Ik voél het helemaal, deze Tour, ik begrijp nu waar het om gaat: de koers, de rituitslag en de wielerpersoonlijkheden. En die viriele brokjes natuur, de bezwete bovenlip van de winnaar en de 'hespen' van Cancellara ("Spartacus"). Het belang van Kirchen in het geel en de valpartij van Vansummeren. Nu voel ik het eindelijk diep in m'n ballen, Karl.
Maar pas nu begrijp ik ook dat het inderdaad nódig is om je helemaal in het gebeuren in te leven, om tegen je vrienden op fluistertoon over de coureurs te praten (uit ademstokkende bewondering), en pas nu kan ik het circus dat zo'n peloton toch is naar waarde schatten (de soigneurs! de bidons! de helikopters!) en be-grijp ik wat daar leeft, wat daar omgaat, welke bovenmenselijke krachten dat van al die moedige mannen vergt om die mallemolen draaiende te houden, om dat gesmeerd te laten lopen tot in Parijs. Dankzij jouw nimmer aflatende passie voor de sport, Karl, die mij vanavond en al heel deze Tour als een dikke, lekkere epospuit achtervolgt. Tot in m'n ballen.
Jammer dus dat ik er vanaf morgen opnieuw voor zal kiezen dat alles de rug toe te keren. Ik hoor het wel, Karl. Je in pathos gedrenkte geblèr zal nog wel een poos door de Alpen en de Pyreneëen van mijn kleine leventje schallen. Tot diep in m'n ballen.
Het moet gezegd: Karl Vannieuwkerke is goed in "Tour 2008". Goed in het overbrengen van de wie-ler-be-le-ving. Ik voél het helemaal, deze Tour, ik begrijp nu waar het om gaat: de koers, de rituitslag en de wielerpersoonlijkheden. En die viriele brokjes natuur, de bezwete bovenlip van de winnaar en de 'hespen' van Cancellara ("Spartacus"). Het belang van Kirchen in het geel en de valpartij van Vansummeren. Nu voel ik het eindelijk diep in m'n ballen, Karl.
Maar pas nu begrijp ik ook dat het inderdaad nódig is om je helemaal in het gebeuren in te leven, om tegen je vrienden op fluistertoon over de coureurs te praten (uit ademstokkende bewondering), en pas nu kan ik het circus dat zo'n peloton toch is naar waarde schatten (de soigneurs! de bidons! de helikopters!) en be-grijp ik wat daar leeft, wat daar omgaat, welke bovenmenselijke krachten dat van al die moedige mannen vergt om die mallemolen draaiende te houden, om dat gesmeerd te laten lopen tot in Parijs. Dankzij jouw nimmer aflatende passie voor de sport, Karl, die mij vanavond en al heel deze Tour als een dikke, lekkere epospuit achtervolgt. Tot in m'n ballen.
Jammer dus dat ik er vanaf morgen opnieuw voor zal kiezen dat alles de rug toe te keren. Ik hoor het wel, Karl. Je in pathos gedrenkte geblèr zal nog wel een poos door de Alpen en de Pyreneëen van mijn kleine leventje schallen. Tot diep in m'n ballen.
donderdag 10 juli 2008
Dus liep het weer even anders op die avond in mijn leven
Doorgaans zijn ze saai, typisch en hooguit weinig geslaagd poëtisch, maar dan overkomt het je zelf dat je je trein mist en dat je er daarna over wil bloggen, dus dan doe je dat laatste maar en probeer je iets aparts aan je bericht mee te geven.
Dus: ik slenterde, dat geef ik toe, en had zelfs nog tijd om met een Greenpeacemaskotte te spotten, en zag dan pas op de klok dat ik me zou moeten reppen. Vervelend werd het toen ik lopend het tsjoef-geluid van de trein hoorde (dat doet hij als hij zich 'klaarmaakt') en ik wist dat mijn vertrek slechts zou afhangen van een conducteur met wat goodwill. Hij liep op het perron en zag me komen, stapte op en schudde van nee: dat ik te laat was, dat hij een rechtse eikel zonder leven is die mensen overal ter wereld zou laten staan voor een verdomde kuttrein.
Ik riep: "what the fuck??" en "nazi nazi nazi nazi jesus nazi what the fuck ké-rel" en droop af. In momenten van opwinding word je met je belabberde woordenschat geconfronteerd en hoe die amper afwijkt van de woordenschat die je bij anderen veracht. Ik kon me niet herinneren dat ik al eens een trein gemist had, al zal het wel en heb ik het verdrongen net zoals ik deze 'missing' zal vergeten. Zo'n dingen blijven me niet bij, maar de rancune tegenover de wereld zeg maar, met zijn instituten, blijft hangen, zo typisch en fout.
Dus ga ik maar nergens heen, terug naar af. Ik laat zelfs niets weten aan wie mijn gasten zouden zijn. Ik kruip in mijn bed en ben veilig; kies zorgvuldig de volgende gelegenheid waarvoor ik me nog op glad ijs waag.
Dus: ik slenterde, dat geef ik toe, en had zelfs nog tijd om met een Greenpeacemaskotte te spotten, en zag dan pas op de klok dat ik me zou moeten reppen. Vervelend werd het toen ik lopend het tsjoef-geluid van de trein hoorde (dat doet hij als hij zich 'klaarmaakt') en ik wist dat mijn vertrek slechts zou afhangen van een conducteur met wat goodwill. Hij liep op het perron en zag me komen, stapte op en schudde van nee: dat ik te laat was, dat hij een rechtse eikel zonder leven is die mensen overal ter wereld zou laten staan voor een verdomde kuttrein.
Ik riep: "what the fuck??" en "nazi nazi nazi nazi jesus nazi what the fuck ké-rel" en droop af. In momenten van opwinding word je met je belabberde woordenschat geconfronteerd en hoe die amper afwijkt van de woordenschat die je bij anderen veracht. Ik kon me niet herinneren dat ik al eens een trein gemist had, al zal het wel en heb ik het verdrongen net zoals ik deze 'missing' zal vergeten. Zo'n dingen blijven me niet bij, maar de rancune tegenover de wereld zeg maar, met zijn instituten, blijft hangen, zo typisch en fout.
Dus ga ik maar nergens heen, terug naar af. Ik laat zelfs niets weten aan wie mijn gasten zouden zijn. Ik kruip in mijn bed en ben veilig; kies zorgvuldig de volgende gelegenheid waarvoor ik me nog op glad ijs waag.
2u. 20 min.
Couvin.
Een kleine stad.
Ik kan er met de trein geraken.
In 2 uur en 20 minuten.
Moet ik eens doen.
Want in Couvin:
kan ik alles achterlaten
kan ik op een bank een boek lezen
kan ik Belgen Frans horen praten
kan ik misschien een huis kopen om me er voor altijd in op te sluiten
of ik kan er een commune stichten
of nog leuker:
ik kan er enkele bewoners leren kennen.
Ik kijk er al naar uit.
Een kleine stad.
Ik kan er met de trein geraken.
In 2 uur en 20 minuten.
Moet ik eens doen.
Want in Couvin:
kan ik alles achterlaten
kan ik op een bank een boek lezen
kan ik Belgen Frans horen praten
kan ik misschien een huis kopen om me er voor altijd in op te sluiten
of ik kan er een commune stichten
of nog leuker:
ik kan er enkele bewoners leren kennen.
Ik kijk er al naar uit.
dinsdag 8 juli 2008
Veel kussen, P.
P. was 73 toen ze zijn "testes" eraf sneden. Geboren in 1915, uit een nobel geslacht, met ingenieursdiploma en een internationale carrière; vernederend voor zo'n man. Hij vroeg L. het aan niemand te vertellen, aan geen van zijn vele kinderen. Per brief deed hij dat. Vanuit een Canadees ziekenhuis.
De verpleegsters konden ermee lachen. Hij ook, maar daarvoor moest hij al zijn rationaliteit aanwenden. Het betrof hier de "testes" van een man die had gedaan wat hij had gedaan ("wat vele andere mannen niét hadden gedaan"). Hij had de "negers" opgevoed en hij had het kolonialisme verdedigd. Ook in zijn brieven aan L. had hij herhaaldelijk de belangrijke rol van de westerse mogendheden op het Afrikaanse continent geprezen.
Ook moest hij zijn "blaas ledigen" met behulp van een catheder. In een volgende brief zou hij haar op de hoogte houden, L.. Liever schreef P. dat hij thuis was, dat het goed met hem ging en dat ze zich vooral om hem geen zorgen hoefde maken. Hij was een man die zijn plan kon trekken, altijd geweest toch, zoals ze er nu niet genoeg meer maakten.
Acht maanden maar na deze correspondentie koos P. het tijdelijke voor het eeuwige. Tegen zijn goesting, met het schaamrood op de wangen was er geen houden meer aan, nog geen 74 jaar. Zijn kinderen vernamen het allemaal van zijn "testes", finaal had L. zijn fiat. Ze rouwden wel, ja, maar ze grinnikten ook, wie weet was er eentje die de ogen rolde. 'Het intellect en de "testes"', heette dat dan misschien in één ironische adem, of hoe ze hun vader konden relativeren in zijn menselijkheid.
De verpleegsters konden ermee lachen. Hij ook, maar daarvoor moest hij al zijn rationaliteit aanwenden. Het betrof hier de "testes" van een man die had gedaan wat hij had gedaan ("wat vele andere mannen niét hadden gedaan"). Hij had de "negers" opgevoed en hij had het kolonialisme verdedigd. Ook in zijn brieven aan L. had hij herhaaldelijk de belangrijke rol van de westerse mogendheden op het Afrikaanse continent geprezen.
Ook moest hij zijn "blaas ledigen" met behulp van een catheder. In een volgende brief zou hij haar op de hoogte houden, L.. Liever schreef P. dat hij thuis was, dat het goed met hem ging en dat ze zich vooral om hem geen zorgen hoefde maken. Hij was een man die zijn plan kon trekken, altijd geweest toch, zoals ze er nu niet genoeg meer maakten.
Acht maanden maar na deze correspondentie koos P. het tijdelijke voor het eeuwige. Tegen zijn goesting, met het schaamrood op de wangen was er geen houden meer aan, nog geen 74 jaar. Zijn kinderen vernamen het allemaal van zijn "testes", finaal had L. zijn fiat. Ze rouwden wel, ja, maar ze grinnikten ook, wie weet was er eentje die de ogen rolde. 'Het intellect en de "testes"', heette dat dan misschien in één ironische adem, of hoe ze hun vader konden relativeren in zijn menselijkheid.
maandag 7 juli 2008
Dre iclisp
Drie clips vandaag. Bij wijze van "iets vakantiewerk-achtigs" - misschien later daarover wat meer - ram ik heden ten dage al genoeg op mijn klavier, en daardoor is, één, mijn inspiratie minimaal, en twee, mijn irritatie zo groot wanneer ik een woord verkeerd typ, etc, dat ik me die gevoelens na "de uren" liever bespaar. Maar het beestje kruipt waar het niet gaan kan (als het kan 'gaan' loopt het dus rechtop, vermoed ik) en daarom zal ik u bij die drie clips wel wat tekst en uitleg geven - what's in a name (en zie: het is dan vervelend als je dat laatste eerst typt als 'what's in an mae').
Dit is Mugison uit Ijsland, met hun nieuwste single. Klinkt helemaal anders dan vorig werk (check: "What I would say in you funeral"), maar is wel heel catchy, vind ik. Deze live-versie is nagenoeg een kopie van de plaatversie. Of het eeuwigheidswaarde heeft, dat denk ik nu ook weer niet. Blijft nog een week of twee hangen misschien.
The Dodos kent u als hipster misschien al van de vele ladingen nieuw-gehypete groepjes. Op basis van hun album "Visiter", waaover ik op goddeau een recensie schreef, vind ik iet of wat hype hoe dan ook wel gerechtvaardigd. "Jodi" is mijn favo nummertje en beschikt over een opvallende sound die in deze live-uitvoering misschien niet voor 100% tot zijn recht komt. Ook de zang moet natuurlijk wat beter, maar toch: The Dodos.
En als u Mugison of The Dodos maar niks vindt, dan is hier nog het innig mooie "Amy" van Ryan Adams, een song waaraan ik tijden niet meer gedacht had tot hij mij plots kwam aanwaaien en ik het refrein begon te zingen waar ik zelf bijstond! Deze bijzonder zuivere versie is naar mijn mening heartbreaking, - toevallig of niet staat hij op een plaat die "Heartbreaker" heet - zonder dat ik me daar voorts voor als een softie wens te verantwoorden. Laat u gewoon eens helemaal gaan.
Dit is Mugison uit Ijsland, met hun nieuwste single. Klinkt helemaal anders dan vorig werk (check: "What I would say in you funeral"), maar is wel heel catchy, vind ik. Deze live-versie is nagenoeg een kopie van de plaatversie. Of het eeuwigheidswaarde heeft, dat denk ik nu ook weer niet. Blijft nog een week of twee hangen misschien.
The Dodos kent u als hipster misschien al van de vele ladingen nieuw-gehypete groepjes. Op basis van hun album "Visiter", waaover ik op goddeau een recensie schreef, vind ik iet of wat hype hoe dan ook wel gerechtvaardigd. "Jodi" is mijn favo nummertje en beschikt over een opvallende sound die in deze live-uitvoering misschien niet voor 100% tot zijn recht komt. Ook de zang moet natuurlijk wat beter, maar toch: The Dodos.
En als u Mugison of The Dodos maar niks vindt, dan is hier nog het innig mooie "Amy" van Ryan Adams, een song waaraan ik tijden niet meer gedacht had tot hij mij plots kwam aanwaaien en ik het refrein begon te zingen waar ik zelf bijstond! Deze bijzonder zuivere versie is naar mijn mening heartbreaking, - toevallig of niet staat hij op een plaat die "Heartbreaker" heet - zonder dat ik me daar voorts voor als een softie wens te verantwoorden. Laat u gewoon eens helemaal gaan.
zondag 6 juli 2008
Federer, iemand?
Het huilen staat me weleens nader dan het bloggen. Nee, ik huil niet, maar het bloggen is ook niet altijd even makkelijk. Ik dacht vandaag mijn bewondering te uiten voor Rafael Nadal en Roger Federer, u weet wel, die tennissers, maar een matchverslag of iets dergelijks krijg ik niet uit mijn toetsenbord geperst. Dan maar een omweg.
Federer lag voortdurend onder in de Wimbeldonfinale. Zag u hoe hij veel meer fouten maakte? M. gebruikte het woord "secuur" om Nadals indrukwekkende tennis te benoemen. Het moest wel zo aflopen, met winst voor de spierbundel. 9-7 in de vijfde set was desalniettemin extreemdolletjes.
Eigenlijk was hij veel beter. In de rallies kon je dat heel goed zien. Wie is de man die zo voor de overwinning wil strijden? Wie is de man die voor tennis tot het uiterste gaat? Er zijn mensen, zoals Guy, die er geen zak aan vinden, en die dat meedelen in een blogpost die ik niet meteen terugvind, maar mij kan het boeien. En tamelijk intens ook.
Over Rafael Nadal stel ik me amper vragen, waarmee ik niet wil zeggen dat hij mij oninteressant lijkt: hij is een fenomeen (als dat niet interessant is). Maar Roger Federer zou ik wel eens een dagje van dichtbij willen volgen, daarbij onmiddellijk de angst uitsprekend dat dat misschien ook weer heel hard zou kunnen tegenvallen. Als ik zijn vriendin in de tribune zie sjieken, dan valt dat feit op zich me zelfs al tegen van Federer (al kan hij daar zelf niet veel aan doen).
Nee, wat ik dan zoek en bewonder in Federer? Iets stijlvols en een tomeloze rust. Hij is als sportman zo net, zo perfect. Of ik dat ook wil zijn? Nee, hoor. Maar ik wil de inspanning observeren die het hem kost om zo net, zo perfect en zo'n goede tennisser te zijn. Misschien gaat dat bij hem vanzelf.
Vandaag verloor hij. Ik hoop dat hij nog minstens drie Grand Slams wint. Dan heeft hij zijn record.
Federer lag voortdurend onder in de Wimbeldonfinale. Zag u hoe hij veel meer fouten maakte? M. gebruikte het woord "secuur" om Nadals indrukwekkende tennis te benoemen. Het moest wel zo aflopen, met winst voor de spierbundel. 9-7 in de vijfde set was desalniettemin extreemdolletjes.
Eigenlijk was hij veel beter. In de rallies kon je dat heel goed zien. Wie is de man die zo voor de overwinning wil strijden? Wie is de man die voor tennis tot het uiterste gaat? Er zijn mensen, zoals Guy, die er geen zak aan vinden, en die dat meedelen in een blogpost die ik niet meteen terugvind, maar mij kan het boeien. En tamelijk intens ook.
Over Rafael Nadal stel ik me amper vragen, waarmee ik niet wil zeggen dat hij mij oninteressant lijkt: hij is een fenomeen (als dat niet interessant is). Maar Roger Federer zou ik wel eens een dagje van dichtbij willen volgen, daarbij onmiddellijk de angst uitsprekend dat dat misschien ook weer heel hard zou kunnen tegenvallen. Als ik zijn vriendin in de tribune zie sjieken, dan valt dat feit op zich me zelfs al tegen van Federer (al kan hij daar zelf niet veel aan doen).
Nee, wat ik dan zoek en bewonder in Federer? Iets stijlvols en een tomeloze rust. Hij is als sportman zo net, zo perfect. Of ik dat ook wil zijn? Nee, hoor. Maar ik wil de inspanning observeren die het hem kost om zo net, zo perfect en zo'n goede tennisser te zijn. Misschien gaat dat bij hem vanzelf.
Vandaag verloor hij. Ik hoop dat hij nog minstens drie Grand Slams wint. Dan heeft hij zijn record.
zaterdag 5 juli 2008
Want het kan zelfs in één zin: Humo is oké
Populaire praat of de waarheid? Ook ik zeg wel eens dat Humo niet meer is wat het geweest is. Ik baseer me daarvoor meestal op het toenemende belang dat het boekske lijkt te hechten aan zijn website, zijn onnozele rubrieken en zijn covers die naar die van Dag Allemaal gaan neigen. Maar.., moet ik ook ruiterlijk kunnen toegeven: als ik Humo-artikels léés ben ik opnieuw geneigd die mening te nuanceren.
Een viertal jaar geleden was ik bij een vriendin op een ander boekske gestoten. Deng. Dat had een hilarische rubriek, Deng Herald, waarin fotostrips en dergelijke stonden, zeer geslaagd. Hun artikels waren vooral van provocerende en linkse, maar daarom niet altijd van superinteressante aard. Toch nam ik een abonnement, omdat het slechts op maandbasis was. Elke week zo'n Deng, dat zou me wat zwaar zijn bevallen.
Intussen is Deng al een tijd dood en lees ik opnieuw Humo, zo af en toe. Omdat ik hoogstens twee uur per week tv kijk ben ik niet zo mee met al die nieuwe tv-persoonlijkheden die in Humo om de haverklap worden gehypet, maar toch ben ik niet ontevreden over wat ik als lezer in Humo krijg aangeboden.
[Even tot hier. Alweer drie alineaatjes geluld en nog steeds in de verste verte niet vermeld wat ik had willen melden: dat ik vind dat die van Humo zich vooral onderscheiden door de manier waarop ze schrijven, en de manier waarop ze dat vaak heel goed, heel clever doen. Dat ik dat nu naar aanleiding van hun Werchterverslaggeving nog maar eens heb ondervonden.]
Wat me aan die Werchterverlaggeving dus pleziert is het feit dat Humo zijn "pappenheimers" nog steeds kent en mediocre indie shit (hint: het is niet verboden nog steeds mee te spelen met het spel van enkele dagen geleden) van classy stuff weet te onderscheiden. Zo wordt er in de on line-concertrecensies uitvoerig op Air Traffic gedist, maar wordt The National volkomen terecht de hemel in geprezen. I like!
Voila, meer moet dat niet zijn. Ik zou nog serieus kunnen uitweiden hoor, over alles wat ik nog meer gelezen heb, maar ik zoek halsstarrig naar een manier om het hier allemaal wat korter en leesbaarder te houden. Misschien eens een poll organiseren?
Een viertal jaar geleden was ik bij een vriendin op een ander boekske gestoten. Deng. Dat had een hilarische rubriek, Deng Herald, waarin fotostrips en dergelijke stonden, zeer geslaagd. Hun artikels waren vooral van provocerende en linkse, maar daarom niet altijd van superinteressante aard. Toch nam ik een abonnement, omdat het slechts op maandbasis was. Elke week zo'n Deng, dat zou me wat zwaar zijn bevallen.
Intussen is Deng al een tijd dood en lees ik opnieuw Humo, zo af en toe. Omdat ik hoogstens twee uur per week tv kijk ben ik niet zo mee met al die nieuwe tv-persoonlijkheden die in Humo om de haverklap worden gehypet, maar toch ben ik niet ontevreden over wat ik als lezer in Humo krijg aangeboden.
[Even tot hier. Alweer drie alineaatjes geluld en nog steeds in de verste verte niet vermeld wat ik had willen melden: dat ik vind dat die van Humo zich vooral onderscheiden door de manier waarop ze schrijven, en de manier waarop ze dat vaak heel goed, heel clever doen. Dat ik dat nu naar aanleiding van hun Werchterverslaggeving nog maar eens heb ondervonden.]
Wat me aan die Werchterverlaggeving dus pleziert is het feit dat Humo zijn "pappenheimers" nog steeds kent en mediocre indie shit (hint: het is niet verboden nog steeds mee te spelen met het spel van enkele dagen geleden) van classy stuff weet te onderscheiden. Zo wordt er in de on line-concertrecensies uitvoerig op Air Traffic gedist, maar wordt The National volkomen terecht de hemel in geprezen. I like!
Voila, meer moet dat niet zijn. Ik zou nog serieus kunnen uitweiden hoor, over alles wat ik nog meer gelezen heb, maar ik zoek halsstarrig naar een manier om het hier allemaal wat korter en leesbaarder te houden. Misschien eens een poll organiseren?
Haar harembroek
Het volgend bericht heb ik gewoon even van de Standaardnieuwsbrief overgenomen. Eerst moest ik lachen, daarna kwam niet voor het eerst de "dat wijf is zot"-ervaring en ten slotte vond ik het ook weer een tijdje heel jammer dat dat soort troela's zowat het enige blijkt waar massa's Vlamingen naar omkijken. Natalia dus. U leest het zelf wel.
Natalia's 'kakzak' is zomerhit
'Mijne kakzak': Dat waren de woorden die Natalia zelf overhad voor de broek waarin u haar vanavond in Tien om te zien zal zien. Een modeflater van Vlaanderens bekendste zangeres?
'Toch niet', weet VT4-styliste Lien Degol. 'Wat ze draagt, heet een harembroek. Die zijn superhip deze zomer. Over de keuze van de broek valt geen slecht woord te zeggen. Ik zou ze zelf meteen ook dragen.'
'Ook de rest van haar look zit helemaal juist. Die harembroek is perfect gecombineerd met het juiste gilet, schoenen en zonnebril. Bovendien ziet Natalia er ook nog eens mooi bruin en afgetraind uit.'
'Met de kleren is dus niets fout. Waar het schoentje wel knelt, is de manier waarop Natalia zich in die broek beweegt. Wijdbeens gaan staan en door de knieën buigen, dat geeft in die harembroek geen al te fraai beeld. Laat iemand als Kate Ryan zo'n broek dragen en het zal er stukken stijlvoller uitzien. Maar voor Natalia was dit niet de beste keuze.'
Natalia's 'kakzak' is zomerhit
'Mijne kakzak': Dat waren de woorden die Natalia zelf overhad voor de broek waarin u haar vanavond in Tien om te zien zal zien. Een modeflater van Vlaanderens bekendste zangeres?
'Toch niet', weet VT4-styliste Lien Degol. 'Wat ze draagt, heet een harembroek. Die zijn superhip deze zomer. Over de keuze van de broek valt geen slecht woord te zeggen. Ik zou ze zelf meteen ook dragen.'
'Ook de rest van haar look zit helemaal juist. Die harembroek is perfect gecombineerd met het juiste gilet, schoenen en zonnebril. Bovendien ziet Natalia er ook nog eens mooi bruin en afgetraind uit.'
'Met de kleren is dus niets fout. Waar het schoentje wel knelt, is de manier waarop Natalia zich in die broek beweegt. Wijdbeens gaan staan en door de knieën buigen, dat geeft in die harembroek geen al te fraai beeld. Laat iemand als Kate Ryan zo'n broek dragen en het zal er stukken stijlvoller uitzien. Maar voor Natalia was dit niet de beste keuze.'
vrijdag 4 juli 2008
Bijna weer een trui gescheurd
Zara. Mij vooral bekend van die, in hun eenvoud, nogal opzichtige winkeltassen waarmee je de meisjes al eens ziet zwaaien. Een winkelketen met twee verdiepen, of zelfs drie, die zichzelf graag enige sérieux aanmeet en waarin ik sinds kort al eens een kijkje neem, op zoek naar kleren die ik er tot op heden nog niet heb gevonden.
Het wegmoffelen van een gescheurde trui is het enige wat ik er tot nog toe aan constructiefs uitvrat. Dat was dus een trui die bij het uittrekken kapot ging, zonder dat ik daartoe al te hard mijn best deed. Echt waar. Ik had nochtans mijn best kunnen doen, Zara is erger nog dan haar concurrentie frustrerend en bijna beledigend als het op de debiliteit van haar producten aankomt. Truien met strepen, opschriften en kleuren, of broeken met kettingen en zakken zoals je ze nog niet naar de Roemeentjes zou brengen. De mode heerst er, zo zegt men.
Kopen deed ik er dus nog niks, maar er is een andere reden waarom ik al eens graag een Zara binnenloop. Met de boxen op zes à zeven schallen er namelijk nineties dance classics door de verschillende afdelingen en over de verdiepen heen, en waar is het beter guilty pleasures tegemoet te komen dan op een openbare plaats als, en in de anonimiteit van een winkelketen? Nergens, zo zweer ik u, nergens.
Dus geschiedde vanmiddag: "I still think of you!" hief toenmalige zangeres Anneke Vervoort, de overheerlijke Milk Inc.-classic "Oceans" aan, en mijn mondhoeken piekten by far in wat tot dan toe een zozo-dagje was. Leuker werd het nog toen ik uit het niets oog in oog stond met A. en zijn vriendin, die zich in een middagje stereotiep shoppen hadden genesteld. A's mondhoeken piekten ook, maar dan in de diepte, en dat niet vanwege de activiteit die hem door zijn lief was opgedrongen, maar wel door de vette beats en de goddelijke tunes.
"Die muziek zouden ze moeten verbieden," gromde hij met bijzonder weinig knipoog, waarop ik riposteerde met een vlot "come on chillax, da's toch nijg", conform de gemiddelde ietwat homofiele Zarabezoeker van het mannelijk geslacht. De berustende consternatie die daarop in zijn oogjes te lezen stond deed vermoeden dat hij van oordeel was dat ik dat natuurlijk niet meende - 'toch neig'. Maar ik zweer het u bij deze met de vingers op het toetsenbord: ik vind die jaren '90-hits wél tof om horen bij het opkrikken mijner winkelcomfort. Misschien ga ik morgen al opnieuw.
Het wegmoffelen van een gescheurde trui is het enige wat ik er tot nog toe aan constructiefs uitvrat. Dat was dus een trui die bij het uittrekken kapot ging, zonder dat ik daartoe al te hard mijn best deed. Echt waar. Ik had nochtans mijn best kunnen doen, Zara is erger nog dan haar concurrentie frustrerend en bijna beledigend als het op de debiliteit van haar producten aankomt. Truien met strepen, opschriften en kleuren, of broeken met kettingen en zakken zoals je ze nog niet naar de Roemeentjes zou brengen. De mode heerst er, zo zegt men.
Kopen deed ik er dus nog niks, maar er is een andere reden waarom ik al eens graag een Zara binnenloop. Met de boxen op zes à zeven schallen er namelijk nineties dance classics door de verschillende afdelingen en over de verdiepen heen, en waar is het beter guilty pleasures tegemoet te komen dan op een openbare plaats als, en in de anonimiteit van een winkelketen? Nergens, zo zweer ik u, nergens.
Dus geschiedde vanmiddag: "I still think of you!" hief toenmalige zangeres Anneke Vervoort, de overheerlijke Milk Inc.-classic "Oceans" aan, en mijn mondhoeken piekten by far in wat tot dan toe een zozo-dagje was. Leuker werd het nog toen ik uit het niets oog in oog stond met A. en zijn vriendin, die zich in een middagje stereotiep shoppen hadden genesteld. A's mondhoeken piekten ook, maar dan in de diepte, en dat niet vanwege de activiteit die hem door zijn lief was opgedrongen, maar wel door de vette beats en de goddelijke tunes.
"Die muziek zouden ze moeten verbieden," gromde hij met bijzonder weinig knipoog, waarop ik riposteerde met een vlot "come on chillax, da's toch nijg", conform de gemiddelde ietwat homofiele Zarabezoeker van het mannelijk geslacht. De berustende consternatie die daarop in zijn oogjes te lezen stond deed vermoeden dat hij van oordeel was dat ik dat natuurlijk niet meende - 'toch neig'. Maar ik zweer het u bij deze met de vingers op het toetsenbord: ik vind die jaren '90-hits wél tof om horen bij het opkrikken mijner winkelcomfort. Misschien ga ik morgen al opnieuw.
woensdag 2 juli 2008
Mediocre indie shit: de 1/16e finales
Met 13 'inzendingen' + 1 (die van mezelf) was uw opkomst voor de voorronde van dit spel een tiental dagen geleden onverwachts hoog. En gelukkig maar, want anders hadden we hier - vooroorlogse geneeskunde nog aan toe - te maken gehad met een doodgeboren baby. U koos goed, u liet de vier topreekshoofden ongemoeid (hoewel, zie verder) en elimineerde enkele namen terecht uit de wedstrijd. Foo Fighters en varianten, daar doen wij op onze leeftijd niet meer aan mee, en ook om het verlies van Bright Eyes was ik niet rouwig. Daarvoor heb ik zo mijn redenen.
Hier en daar moest ik zelf nog knopen doorhakken. Dat was met name het geval in de strijd tussen Sufjan Stevens (3) en Jeff Buckley, die elk met zeven stemmen achter hun naam, een plaatsje in de volgende ronde verdienden. Ik gaf Sufjan na rijp beraad een "wild card" (een term uit het tennis), de redenering volgend dat hij én hoger staat in mijn last.fm-top 50, én nog heel wat moois kan voortbrengen in de nabije en verre toekomst. Mocht hij tenminste niet verdrinken in de Mississippi.
Doch, genoeg gelöterd. Hier zijn de 1/16e finales die het u nog moeilijker zullen maken te beslissen. Stemmen doet u nog net zoals vorige keer (en dus ook 'massaal'). Ik zal het voor de zekerheid nog eens voordoen door als eerste mijn stemmen uit te brengen.
* Radiohead (1) vs. PJ Harvey
* Elliott Smith (2) vs. Tom Waits
* Sufjan Stevens (3) vs. Sigur Rós
* Wilco (4) vs. Cat Power (16)
* Low (6) vs. Death Cab For Cutie (15)
* The Strokes (7) vs. Bonnie 'prince' Billy (14)
* dEUS (9) vs. Eels (13)
* Iron & Wine (11) vs. Grandaddy (12)
Hier en daar moest ik zelf nog knopen doorhakken. Dat was met name het geval in de strijd tussen Sufjan Stevens (3) en Jeff Buckley, die elk met zeven stemmen achter hun naam, een plaatsje in de volgende ronde verdienden. Ik gaf Sufjan na rijp beraad een "wild card" (een term uit het tennis), de redenering volgend dat hij én hoger staat in mijn last.fm-top 50, én nog heel wat moois kan voortbrengen in de nabije en verre toekomst. Mocht hij tenminste niet verdrinken in de Mississippi.
Doch, genoeg gelöterd. Hier zijn de 1/16e finales die het u nog moeilijker zullen maken te beslissen. Stemmen doet u nog net zoals vorige keer (en dus ook 'massaal'). Ik zal het voor de zekerheid nog eens voordoen door als eerste mijn stemmen uit te brengen.
* Radiohead (1) vs. PJ Harvey
* Elliott Smith (2) vs. Tom Waits
* Sufjan Stevens (3) vs. Sigur Rós
* Wilco (4) vs. Cat Power (16)
* Low (6) vs. Death Cab For Cutie (15)
* The Strokes (7) vs. Bonnie 'prince' Billy (14)
* dEUS (9) vs. Eels (13)
* Iron & Wine (11) vs. Grandaddy (12)
dinsdag 1 juli 2008
Ze hielden het niet droog met z'n allen
Mignon,
de kindjes staan te drummen rond de waterpomp. Allemaal willen ze hun ballonnetje vullen, of hun waterpistool. Ook het zwarte kindje in het witte t-shirt, hooguit drie jaar, dat niet wil onderdoen voor zijn oudere broer die hem broederlijk commandeert en kleineert. Hij kan wel wat hebben en geeft niet op, maar krijgt, bij de pomp gekomen, obligaat een waterstraal in zijn gezicht.
Spelen doen ze, en flauweriken zijn het niet. Ze kunnen goed spreken en dat doen ze en français. Ik ben een toerist hier, een gelukkige, bijna ontroerde getuige. Toch flitsen er gedachten door mijn hoofd: kennen ze het woord "chomeur"? Weten ze wat "être bilingue" betekent? Ach, op hun leeftijd moeten ze dat niet weten. Wat ze moeten weten is dat ze zich pijn kunnen doen als ze daar zo wild staan te manoevreren op die bank. Het geluid van een wenend kind is hier als het waaien van de wind.
Ik ben een fan van al die kleuren. Een blank kindje dat met een zwart kindje praat. Hoogdravende gesprekken tussen helden die waterkanonnen trotseren. Onze driejarige held rolt door het gras om een aanval af te weren en slaat vervolgens zelf toe. Ook de meisjes zijn in zijn buurt niet veilig. Stoer als hij is, is hij "voor geen kleintje vervaard".
Lezen komt er niet van in dat park. Márquez en ik sluipen weg met een veroverd hart. Spelen en lachen en babbelen, nu en dan eens wenen en tranen drogen, zo eenvoudig, zo mooi. Hasta luego, niños. En denk maar nergens aan.
de kindjes staan te drummen rond de waterpomp. Allemaal willen ze hun ballonnetje vullen, of hun waterpistool. Ook het zwarte kindje in het witte t-shirt, hooguit drie jaar, dat niet wil onderdoen voor zijn oudere broer die hem broederlijk commandeert en kleineert. Hij kan wel wat hebben en geeft niet op, maar krijgt, bij de pomp gekomen, obligaat een waterstraal in zijn gezicht.
Spelen doen ze, en flauweriken zijn het niet. Ze kunnen goed spreken en dat doen ze en français. Ik ben een toerist hier, een gelukkige, bijna ontroerde getuige. Toch flitsen er gedachten door mijn hoofd: kennen ze het woord "chomeur"? Weten ze wat "être bilingue" betekent? Ach, op hun leeftijd moeten ze dat niet weten. Wat ze moeten weten is dat ze zich pijn kunnen doen als ze daar zo wild staan te manoevreren op die bank. Het geluid van een wenend kind is hier als het waaien van de wind.
Ik ben een fan van al die kleuren. Een blank kindje dat met een zwart kindje praat. Hoogdravende gesprekken tussen helden die waterkanonnen trotseren. Onze driejarige held rolt door het gras om een aanval af te weren en slaat vervolgens zelf toe. Ook de meisjes zijn in zijn buurt niet veilig. Stoer als hij is, is hij "voor geen kleintje vervaard".
Lezen komt er niet van in dat park. Márquez en ik sluipen weg met een veroverd hart. Spelen en lachen en babbelen, nu en dan eens wenen en tranen drogen, zo eenvoudig, zo mooi. Hasta luego, niños. En denk maar nergens aan.
Abonneren op:
Posts (Atom)