zaterdag 8 februari 2014

10 positieve dingen die je kan zeggen over Bart De Wever

- Hij verdedigt de belangen van de Vlaming en ik ben een Vlaming.

- Intrinsiek is hij een grappige man.

- Hij is zeer intelligent. Je kan van hem iets bijleren over geschiedenis (meer dan alleen over de Romeinen).

- Als hij op tv komt is dat een ‘event’; hij is meer dan een politicus, hij is een entertainer, en wij houden van entertainment.

- Hij heeft politiek als thema voor een breed publiek aantrekkelijk gemaakt. De media hebben van hem de protagonist gemaakt in een onbenoemde docusoap (en wij kijken graag tv).

- Als zijn kop op de voorpagina van de krant staat, word je overvallen door een kort gevoel van opwinding. “Benieuwd wat hij deze keer te zeggen heeft. Moet ik lezen!”

- Het blijft een prestatie dat hij zo is kunnen vermageren.

- Hij laat niemand onberoerd en roept extreme emoties op. Je vindt hem geweldig of je hebt de pest aan hem. Mensen houden nu eenmaal van zwart-witdenken en intellectuele oneerlijkheid.

- Zonder hem (en dus de formidabele groei van zijn partij) waren we met Zuhal Demir en Nadia Sminate twee politieke babes armer.

- Zonder hem was Siegfried “Vat elk nieuwsitem samen in 15 seconden” Bracke nog steeds belangrijk bij de VRT.

dinsdag 4 februari 2014

Eventjes tijd voor een commerciële onderbreking

Elke dag nieuwe uitdagingen trotseren. Afwijken van platgereden paden. Plaatsen ontdekken waar u nooit eerder bent geweest. U hoeft er niet langer voor uit uw comfortzone te komen. Stap in de Land Rover Evoque Lounge Edition en geniet van z’n comfortabele extra’s, zoals lederen interieur, panoramisch dak, navigatie en Bluetooth. Samen goed voor een klantenvoordeel van 4480 euro. Ontdek ‘m nu bij uw Landroververdeler of op landrover.be.

***

Beleg nu online met bolero.be. Zonder bewaarloon en tegen messcherpe tarieven. Word snel cliënt op bolero.be en verwen uzelf met een laat Nieuwjaarsgeschenk. Breng uw effecten over naar Bolero en krijg op de eerste schijf van 10.000 euro twee procent extra in cash.

Bolero.be, online beleggen met inzicht.
En twee procent extra.
Een onderneming van de KBC-groep.
Actie onder voorwaarden.

Newsmonkey: het verdict

Wie af en toe een tekstje van mij leest, zal zich heel misschien al hebben afgevraagd wanneer ik Newsmonkey ga neersabelen. Het is zover.

Ik heb er tot nu mee gewacht omdat het onkies is om een nieuwigheid waar je misschien nog wat aan moet wennen al bij een eerste indruk te be- of veroordelen. De zogenaamde ‘kinderziektes’ willen zich dan namelijk nog weleens manifestere...n, iets waar ook op werd gewezen toen de roemrijke Fyra een tijdje geleden niet best uit de startblokken schoot. Newsmonkey lijkt op het eerste zicht niet aan enige kinderziektes te lijden, maar de Fyra onder de nieuwssites is het intussen wel gebleken.

En dat niet vanwege de snelheid of traagheid van het nieuws maar wel omwille van het feit dat Newsmonkey mij niet brengt naar waar ik als lezer wil zijn: bij het nieuws van de dag. Want nieuws is toch datgene dat News-monkey ons in essentie wil bieden? En strikt genomen doet het dat wel want 17 dingen die we van stokstaartjes kunnen leren om onze relatie te redden, dat is daadwerkelijk ‘iets nieuws’, een nieuwigheid. Maar is dat het soort nieuws waarvoor in Vlaandrenland nog een gat in de markt was, dat nodig moest worden opgevuld? Ik dacht het niet, nee. (Indien u er anders over denkt, reageert!)

Newsmonkey is een afkijksel van het Amerikaanse Buzzfeed. Wie ‘Stop de persen’ heeft gezien, de Panoramareportage van Wouter Verschelden, kon al vermoeden dat de oud-De Morgenhoofdredacteur die kant op zou gaan met zijn ‘project’. Leuk, catchy, hip, oppervlakkig, de makkelijke hap voor een (zich) jong (voelend) publiek. Dat het zo, euh, banaal zou worden ontkende hij uiteraard in alle toonaarden toen hij in ‘Reyers laat’ en ‘Joos’ over zijn ‘investering’ mocht komen snoeven. Sterker: Verschelden kon ongestoord mega-arrogant zijn - niemand die daar iets van zei - toen hij zei dat de ‘klassieke media’ volledig achterhaald zijn. De visionair ging met zijn nieuwssite wel even het nieuws van de 21ste eeuw maken, zo wist hij te vertellen. Interactief en transparant, met de lezer die in dialoog zou gaan met de journalist, enzomeer. Het had bijna iets van het N-VA-discours, met gekwek over het immobilisme van de ‘traditionele media’, de angst om te veranderen en journalisten die niet in relatie staan met hun lezers. Bijzonder arrogant en zelfgenoegzaam was dat, want ondertussen had zijn Newsmonkey nog geen enkel artikel gepubliceerd.

Nu zijn we intussen bijna twee maanden na zijn tv-optredens en ook ruim twee weken na de lancering van de site, en mag duidelijk zijn dat Newsmonkey inderdaad niet erg op een ‘traditionele’ nieuwssite gelijkt. Naast de zogenaamde 'eigen content' biedt Newsmonkey wat concreet nieuws betreft immers een simpele telex - ik kon mijn ogen niet geloven - met een overzicht van wat er op andere nieuwssites verschijnt. Een enorm zwaktebod, quoi.

Newsmonkey - de nieuwswebsite van de 21ste eeuw - is ongegeneerd de exponent van de ‘ook-dat-nogisering’ van de media. Als de site iets over Barack Obama schrijft dan gaat het niet over een van diens inhoudelijke beslissingen, maar wel over zijn ongezonde eetgewoontes (mét foto's!). De site sluit veel meer aan bij een site als clint.be dan bij bijvoorbeeld deredactie.be, maar waar clint.be niet de pretentie heeft om meer te zijn dan een amusant online fotoalbum van halfnaakte vrouwen, aangevuld met nog wat infotainment, denkt Newsmonkey wel dat het een belangrijke rol te spelen heeft voor een groot publiek. De oprichters zouden binnen afzienbare tijd graag 300.000 (!) unieke bezoekers per dag willen verwelkomen, maar dat cijfer is absoluut onhaalbaar, op welke termijn dan ook. Daarvoor heeft de site (voorlopig) veel te weinig te bieden en is hij veel te vrijblijvend. Er is niet eens sprake van enige relevantie binnen een bepaald segment van de actualiteit. Newsmonkey is kortom een lege doos.

Deze nieuwe mediaspeler brengt nog het meest van al het overmoedige Woestijnvis in herinnering, dat met de zender Vier dacht dat het wel even een groot stuk van het ‘VRT-publiek’ zou kunnen wegkapen, iets dat tot nu toe absoluut niet is gebeurd en wat ook nooit meer zal gebeuren. Integendeel: Vier is een sof, haalt even goede/slechte kijkcijfers als VT4 destijds en spartelt nu als een vis op het droge. Hun arrogante attitude breekt hen al van in het begin zuur op.

Met Newsmonkey zal wellicht precies hetzelfde gebeuren. Binnen een jaar kraait geen haan nog naar die site (mocht dat nu al wel het geval zijn, en ik heb niet die indruk) en ze zullen hun OMG, WTF en FAIL-kreten - drie rubrieken op hun site - nog veel kunnen gebruiken als hun aap binnen een jaar geen bananen meer eet.

FAIL!

Weerwoord van de kutmarokkaantjes

Het is weer die tijd van het jaar. Eens om de zoveel maanden maken de Vlaamse kranten heelder kolommen vrij voor het gezeur van Nederlandstalige Brusselaars, of liever: Vlamingen die in Brussel zijn gaan wonen. Zij mogen telkens uitgebreid jeremiëren over akkefietjes die hen overkomen in de hoofdstad, als daar zijn: ingeslagen autoruiten, een vuistslag zonder concrete aanleiding, een gejatte mp3-speler de luxe of, vooral bij meisjes, een schending van de eerbaarheid.

Het is het nogal eenzijdige relaas van enkele Vlaamse huilebalken die maar niet willen begrijpen dat zij au fond geen Brusselaars zijn en dat ook nooit zullen worden. Zij zeggen wel dat ze helemaal verslingerd zijn aan onze hoofdstad, om de stereotiepe Dansaert-redenen die we inmiddels vanbuiten kennen, maar stiekem (en vaak zonder dat zij het zelf beseffen) wensen zij dat Brussel een beetje ‘Vlaamser’ zou worden. Een beetje veiliger, gemoedelijker en duidelijker. Met meer GAS-boetes, bijvoorbeeld. En minder baardapen in soepjurken.

Bijzonder ergerlijk is dat in dit debat de tegenpartij maar zelden aan het woord komt. Geen krant die ooit haar oor te luisteren legt bij de mensen die in die opiniestukken steeds worden geviseerd. Men zet hen al te makkelijk weg als ‘kutmarokkaantjes’ die de boel verzieken en geeft hen geen stem. Blijft dus immer de vraag hoe deze lieden zélf de sfeer in Brussel ervaren?
Met de daver op het lijf, besloot ik het hen te gaan vragen.

“SMARTPHONES PIKKEN IS DOODVERMOEIEND”

Rachid (18) woont in Molenbeek en gevraagd naar wat hem stoort in zijn gemeente, antwoordt hij zonder een spier te verrekken: “al die auto’s op straat”. Rachid verklaart zich nader en zegt dat het beter zou zijn als er geen auto’s in Molenbeek rijden. “Dan hoeven mijn broeders en ik niet elke nacht al die ruiten in te slaan. U wilt niet weten hoeveel tijd daar in kruipt.”
Zijn vriend Abdel (17) treedt hem bij. “Teveel Brusselaars hebben een auto of lopen met een iPhone rond. Wij kunnen onmogelijk iederéén te grazen nemen. Dat is het grote probleem van deze stad: ze heeft meer dan een miljoen inwoners van wie er teveel hun dure bezittingen mee op straat nemen. We moeten met véél broeders zijn om dat allemaal te kunnen afpakken of vernielen. Het meest frustrerende aan wonen in Brussel is voor ons dat hier een boel bezittingen circuleren die we nooit te pakken zullen krijgen. Daarvoor zijn we gewoon met te weinig.”

Schokkende antwoorden zijn dat, voor ons Vlamingen, maar vanuit de logica van Rachid en Abdel is het zo klaar als een klontje. “Denkt u dat het voor ons zo fijn is om een Vlaamse student een blauw oog te moeten slaan als hij niet onmiddellijk zijn smartphone aan ons overhandigt? Brussel zou voor kutmarokkaantjes veel leefbaarder zijn als niemand zijn dure bezittingen of cash geld mee op straat nam. In een ideale wereld richt het Brussels Hoofdstedelijk Gewest enkele strategisch gelegen inzamelpunten in waar iedereen zijn gsm of portefeuille kan deponeren. Eens per dag kunnen wij dan langskomen om alles op te halen en zo hoeven we niet meer zelf achter de mensen aan te gaan. Want met het groeiende inwonersaantal wordt dat stilaan doodvermoeiend. We verzuipen in het werk.”

STEMPROBLEMEN DOOR MEISJES NA TE ROEPEN

En hoe zit dat met meisjes en homo’s? Zijn die nog welkom in het Brussel van de kutmarokkaantjes?
Rachid zucht. “Homo’s en westerse meisjes, dat komt er nog eens bij. De dagen dat ik een schorre stem heb van hen na te roepen en uit te schelden, kan ik al lang niet meer tellen. Voor mijn eigen gezondheid zou het beter zijn als zij niet meer in Brussel kwamen. Maar dat is persoonlijk. Abdel heeft die stemproblemen bijvoorbeeld niet.”

Beide jongens zijn overigens zeer enthousiast over het opiniestuk van Riadh Bahri. “Hij geeft een paar goeie tips om in Brussel uw veiligheid te garanderen, zoals, bijvoorbeeld, nooit voor een rood licht gaan staan in het verkeer.” En ook de documentaire ‘Femme de la rue’ van Sofie Peeters kan op waardering rekenen. “Dat meisje legt in haar documentaire heel goed uit hoe je je in Brussel als vrouw kan handhaven”, vindt Abdel. “Trek een slobbertrui aan, zet een muts op je hoofd, en wij kunnen je met rust laten. Ik val in herhaling, maar altijd dat moeten roepen en schelden is soms niet om uit te houden. Kan u mij als westerling uitleggen waarom jullie meisjes het ons zo lastig maken? Hoe minder werk voor ons, hoe liever.”

TOT NU TOE VAN GOEDE WIL

Conclusie: niet enkel de Vlaamse Brusselaars zitten met ergernissen en angsten, ook voor de kutmarokkaantjes is wonen in Brussel niet altijd een lolletje. Bezittingen afpakken, ruiten inslaan en meisjes naroepen, er kruipt veel tijd en energie in. Voorlopig laten de jongens echter hun kop niet hangen en bijten ze op hun tanden.
Of zoals Rachid het stelt: “Tot nu toe zijn we van goede wil en blijven we onze taken vervullen, maar misschien komt er een moment waarop we vinden dat het genoeg is geweest met schelden en vernielen, en ik kan onmogelijk voorspellen wat er dan zal gebeuren, als we alle Vlaamse Brusselaars volledig met rust zullen laten. Misschien is dan voor de kutmarokkaantjes het hek van de dam en volgt er een exodus naar onze landen van oorsprong.”

Kanye Alexander

Ik kan goed schrijven. Beter dan alle anderen. Veel beter dan alle anderen.

De eerste drie zinnen van deze tekst illustreren dat al. Ik trek meteen de aandacht (ontkennen heeft geen zin). Mindere goden beseffen niet dat een tekst een goede openingszin nodig heeft. Ze beginnen hun tekst met een slappe dooddoener, het equivalent van gemompel aan het begin van een belangrijk betoog voor een volle zaal.
Ik niet. Ik mompel niet. Ik sleep u meteen mee, begeester u. Omdat ik goed kan schrijven. Ik weet hoe het moet. Ik, Kanyé Alexander.

Het is een talent, een gave, deels bepaald door mijn genen, vooral ontwikkeld door oefening. Want ook een zeer getalenteerde schrijver moet natuurlijk af en toe een tekstje schrijven om scherp te blijven (en achteloos te kunnen rijmen). Ook de Roger Federer van het schrijversgild moet nu en dan het terrein op om nog eens een ace te slaan. Een makkelijke ace zoals deze tekst. 40-0 voor Kanyé Alexander.

Ik kan goed schrijven. Als het zo is dan is het zo. Alle mensen zijn het daar met mij over eens. Niemand is het daar met mij over oneens. Als er toch iemand vindt dat ik niet goed kan schrijven, staat die persoon voor een barre en eenzame tocht door de spreekwoordelijke woestijn. Dat is niet mijn probleem. Kanyé Alexander hoeft geen allemansvriend te zijn. Ik ben in de eerste plaats met mezelf bezig.

Overal vragen mensen me wanneer ik aan mijn debuutroman begin. Uitgevers bellen met dezelfde vraag. Prometheus wil met mij in zee. Tom Lanoye noemt mij de Stem van een Generatie (iedereen na Wereldoorlog II). Maarten Inghels is pisnijdig. Joost Vandecasteele zet het op een brullen. Maar ze schieten tekort.

Ik heb geen tijd te verliezen, ik ga nog grote dingen doen. Er is nog heel veel dat ik het mensdom onbaatzuchtig wil schenken. Grensverleggend proza, meeslepende essays, vlammende opiniestukken, theatermonologen en poëzie. Want dat is nog zoiets: ik kan het allemaal, beheers elke discipline. Ik schrijf even gemakkelijk een sonnet als een ander zijn boodschappenlijstje. Mijn haiku wint de Pulitzerprijs, de avond waarop Joost en Maarten weer eens strop zitten met een slappe verhaallijn voor een zoveelste kutboek. De triestigaards.

Nee, het is zeer duidelijk: Kanyé Alexander heeft geen concurrentie. Ik ben bezig op mijn eigen planeet. Ik ben de babysit van God. God vraagt eerst aan mij of hij op Aarde een gebed mag verhoren. En ik zeg altijd nee.