zaterdag 20 december 2014

Vlaams Belang tevreden met Jambon en Francken

Eergisteren had ik per toeval een gesprek met de secretaris van de Vlaams Belangafdeling Oost-Brabant (het stuk Vlaams-Brabant ten oosten van Leuven). Ik liep in de stad toevallig voorbij een vensterraam waarin tal van Vlaams Belangprularia lagen uitgestald. Leeuwenvlaggen, posters - “uw stok achter de deur” -, noem maar op. De deur stond open (vreemd genoeg), ik was benieuwd, ik ging naar binnen.
“Dag meneer, is dit soms een Vlaams Belangkantoor?”
Dat was zo.
De man - vooraan in de vijftig, rood hoofd, te dik - bekeek mij met de nodige argwaan - argwaan is in feite gewoon de grondhouding van een Vlaams Belanger - maar toen ik mijn blik liet rusten op een stapel dozen vertelde hij spontaan dat het kantoor in Leuven binnenkort zou sluiten. Hij zou zijn functie als secretaris vanaf januari vanuit het kantoor in Brussel vervullen. “We hebben verloren bij de laatste verkiezingen”, sprak hij zonder omwegen. “We moeten inkrimpen.”

Ik zag mijn kans. Deze man moest ik een hart onder riem steken.
“Akkoord, meneer, Vlaams Belang heeft de verkiezingen verloren, maar de ideeën van de partij leven voort in het beleid van de N-VA.” Hij wilde bezwaar maken, logischerwijze, maar tegelijk zag ik zijn neus een beetje krullen. Vlaams Belangers horen graag dat hun jarenlange oppositie toch, zij het dan onrechtstreeks, tot in het beleid is doorgedrongen. Zit Vlaams Belang nu via de N-VA met een half been in de regering?, was dus eigenlijk mijn vraag. Helemaal ongelijk kon hij mij toch niet geven? Maar ik zou het natuurlijk wel zelf moeten zeggen.
“Jan Jambon”, sprak ik dus. “En Theo Francken. Dat zijn toch Vlaams Belangers met een N-VA-lidkaart?”
“Opportunisten”, beantwoordde hij mijn vraag niet rechtstreeks. “Die mannen zijn opportunisten, ze verloochenen hun ideeën in ruil voor de postjes. De Vlaamse zaak is gediend met één consequente basishouding, die van het Vlaams Belang. Een onafhankelijk Vlaanderen en een migratiestop. De N-VA verliest zijn beginselverklaring uit het oog, het streven naar een onafhankelijk Vlaanderen. Ze hebben nu de macht, maar ze kunnen geen kant op.”
“Maar Jambon en Francken”, zei ik opnieuw, “daar kan u toch niet helemaal ontevreden over zijn?”
“Ja, dat zijn waarschijnlijk de meest geschikte mannen die De Wever op die departementen had kunnen zetten”, sprak de secretaris, die mij trouwens nog niet naar mijn eigen politieke voorkeur had gevraagd en dat in de verdere loop van ons gesprek gelukkig ook niet zou doen.
“Hopelijk zetten ze hun opvattingen om in de praktijk en zal het veel gemakkelijker worden om vreemdelingen het land uit te zetten en criminelen harder aan te pakken.”

Hij was op dreef. Ik besloot de Grote Verongelijkte ter sprake te brengen.
“Bart De Wever, komt die oorspronkelijk ook niet van bij het Vlaams Belang?”
“Zou goed kunnen. Hij heeft zijn partij groot gemaakt door onze standpunten over te nemen en nu zuigt hij de rechterflank van de VLD leeg. Tweehonderd procent een opportunist.”
“Toch moet u op uw manier blij zijn met de nieuwe federale regering, of niet? Liever De Wever aan de macht dan Di Rupo kan ik mij voorstellen?”
“Liever Vlaams Belang dan Vlaams Belang light, zal ik u zeggen, maar inderdaad maakt deze regering tenminste korte metten met het dramatische beleid van Di Rupo. Of dat heeft deze regering toch beloofd. Eerst zien en dan geloven.”

“Ik wens u het beste met uw verhuis naar Brussel”, besloot ik afscheid te nemen. Te lang moet dat nu ook weer niet duren, in één ruimte met mensen die stokken achter hun deuren bewaren. Voor je het weet halen ze er hun oude moedertje bij die dan toevallig onlangs nog Marokkaanse inbrekers over de vloer heeft gehad. En dan blijf je bezig.
Ik vroeg nog of ik een Vlaams Belangbalpen mocht meenemen, er lager er een twintigtal in een open doos. Hij gaf mij er drie.

De uitspraak dat hij blij was met deze federale regering had ik hem niet weten te ontlokken, zo onnozel was hij nu ook weer niet, maar met ‘Vlaams Belang light’ had hij wel aangegeven dat het beleid van de N-VA nog steeds aanschurkt tegen dat van zijn eigen partij. En dat wilde ik hem toch graag horen zeggen.

Geen opmerkingen: