vrijdag 2 februari 2018

Voor een plaats in de geschiedenis

Mijn vriend en ik waren het er altijd al over eens geweest dat De Wever doelbewust probeert om de bevolking schrik aan te jagen. Dat was zo klaar als een klontje, dat merkte je aan alles. Maar op de vraag waarom hij dat probeert, kwamen we niet tot een bevredigend antwoord. We onderzochten de belangen die hij zou kunnen hebben bij het bang maken van de mensen. Als hij erin zou slagen om ons nog banger te maken dan we al zijn, terwijl hij zichzelf zou kunnen opwerpen als de man die die angst kan wegnemen, dan zouden er nog meer van ons op hem en zijn partij stemmen. Maar, zo vroegen mijn vriend en ik ons af, De Wever en zijn partij zitten momenteel ook al stevig aan de knoppen, bij de vorige verkiezingen was de partij goed voor ongeveer 30% van de stemmen, veel groter dan de rest, en natuurlijk wil men daar graag nog een aantal procentjes bij doen, maar elke partij stuit ook ergens op haar limiet, en dat weet zo’n De Wever natuurlijk ook wel - is het hem dan misschien om die procentjes als dusdanig te doen? Kickt hij er op om van 30 naar 32 te gaan ? Zou hij het dáárom doen, een klimaat van angst aanwakkeren? Terwijl hij nochtans weet dat de verhoopte 50% echt wel buiten bereik zal blijven, tenzij er zich in de nabije toekomst iets waanzinnigs voordoet in ons land, Europa of de wereld? Alleszins, de theorie van de procentjes leek ons raar en onwaarschijnlijk. Hij heeft er al meer dan genoeg en hij voert al jaren zijn programma uit, dus.. Procenten zijn uiteindelijk ook maar procenten, en wat ben je trouwens met 50% van de stemmen als je de politieke polarisatie binnen een regio zodanig in de hand hebt gewerkt dat je een halve burgeroorlog riskeert bij een absolute meerderheid voor je partij?
Hij doet het dus niet voor de procenten, besloten we, maar waarvoor doet hij het dan wel? Waarom moeten wij zo nodig bang worden gemaakt, wat levert hem dat op? Hij creëert daarmee inderdaad het idee dat hij onze samenleving voor gevaar zal behoeden en dat wij hem nodig hebben in de strijd tegen het kwaad. De Wever als onze kopman, en wij die hem bij voorkeur blind vertrouwen. Macht dus, concludeerden mijn vriend en ik deze keer, opnieuw een beetje teleurgesteld. Het is hem puur om macht te doen. Wij waren wat ontgoocheld over die conclusie omdat we beiden niet begrepen waarom iemand zo zou kunnen kicken op zoiets primitief als macht. Het leek ons te banaal. Het streven naar macht moet een persoonlijkheidskenmerk zijn, gokten we, en gezien ons onbegrip maakte dat kenmerk kennelijk niet zo’n groot deel uit van onze eigen persoonlijkheid. We konden ons niet in de psyche van de machtsmens verplaatsen.
Maar goed, we zaten nu op de piste macht en die moest dan maar wat verder worden bewandeld. De Wever wil macht - méér macht, in feite, want hij heeft al veel macht - en hij zou er veel voor over hebben om zijn macht te bestendigen en haar zeker niet te zien krimpen. Macht is een complex gegeven en de machthebber in kwestie moet steeds oplettend blijven. Een beetje machtsmens weet immers dat er van alle kanten aan zijn poten wordt gezaagd, dat er steeds kapers op de kust zijn die zijn macht willen reduceren, die zijn macht zelfs willen overnemen. Macht is dan ook niet iets dat je gewoon probeert te consolideren, nee, dat is niet genoeg. Inherent aan macht is dat je ze moet uitbreiden, voor je eigen veiligheid. Het is de enige manier om ermee om te gaan.
Meer macht dus voor De Wever. Maar nog steeds de vraag: om er wát mee te doen? Om de heiland te kunnen zijn van een groep bange mensen? En wat dan? Wat daarna? Is dat dan de kick? Mijn vriend en ik liepen vast. Het pure streven naar macht leek ons zo zinloos - het Engelse woord ‘pointless’ is accurater. Of gaat machtshonger gepaard met een nood aan aandacht? Zou De Wever verslaafd zijn aan de aandacht die hij al zolang in overvloed krijgt? Doet hij het (mede) dáárom? Ook dat leek ons te banaal om waarschijnlijk te zijn.
Toen kwam mijn vriend, die van opleiding historicus is, met een interessantere theorie. Het zou weleens kunnen, zo zei hij serieus, dat De Wever, die natuurlijk zelf historicus is, doodeenvoudig, bijna romantisch, zijn plaats in de geschiedenis wil opeisen (waarbij hij angstzaaierij als een middel zou inzetten om dat egocentrische langetermijndoel te bereiken). Het zou weleens kunnen, zei mijn vriend, dat De Wever doet wat hij doet omdat hij zichzelf onsterfelijk wil maken, omdat hij hoopt dat kinderen in het jaar 2100 op de schoolbanken over hem zullen leren. Wat, zei mijn vriend zonder te zwanzen, als De Wever er toch in zou slagen om op een democratische manier de republiek Vlaanderen uit te roepen? Dan zou hij op slag de belangrijkste man in de geschiedenis van ons land zijn. Wat als dát nu eens zijn drijfveer is?
Ik lieg niet als ik zeg dat ik dat een opwindende hypothese vond. Zou het kunnen dat De Wever het zó groot ziet? Zijn ‘plaats in de geschiedenis’? Waarom ook niet, eigenlijk? Hij dweept met Romeinse keizers die zelf een cruciale plaats in de geschiedenis hebben ingenomen. Waarom zou De Wever dan zelf geen keizerlijke allures en een dergelijke romantische ambitie kunnen hebben? Als dat iemands doel is, moet hij bereid zijn om grote offers te brengen.
Blijft wel de vraag over of angstzaaierij een goede strategie is om een dergelijk doel te realiseren. Waarschijnlijk wel, ben ik geneigd te denken, al betreur ik die tactiek enorm omdat ze een samenleving verziekt. Maar in een angstige wereld gaan mensen op zoek naar daadkrachtige verlossers en misschien is De Wever er wel zo een.
De Wever als een romanticus die een unieke plaats in de geschiedenis van België (en (daarna) Vlaanderen) ambieert en daar alles voor veil zou hebben. Dat is voorwaar een prikkelende gedachte. Het zou een nadrukkelijk niet-ironische ambitie zijn en dat zou het in deze tijd extra speciaal maken. Ik ben nu dan ook meer dan ooit benieuwd naar hoe het De Wever in de rest van zijn politieke carrière zal vergaan. Sowieso leidt het geen twijfel dat de man nog lang niet al zijn kaarten op tafel heeft gegooid. Iemand als De Wever komt nooit zonder kaarten te zitten, daarvoor is hij veel en veel te intelligent. Nee, ik mag dan wel gruwen van de man en zijn ideeën, ik kan hem wel degelijk bewonderen voor zijn grote intelligentie. Er is in dit land geen andere politicus van zijn kaliber. Met zijn genie zal hij ze een voor een platwalsen. Om daarna mogelijk zijn romantische droom in vervulling te zien gaan.

Geen opmerkingen: