vrijdag 1 september 2017

Svetlana

Svetlana van de Telenet-klantendienst begreep mij volkomen toen ik zei dat ik mijn internetabonnement wilde opzeggen omdat ik sinds ik geen internetverbinding meer heb bijzonder geniet van de rust die dat voor mij met zich meebrengt. “Ik heb ook eens een maand mijn Facebookaccount gedesactiveerd en toen stelde ik vast dat er een hoop tijd vrijkwam die ik aan andere dingen kon besteden.” Ja, Svetlana, dat kan ik geloven, ook al verkoop je misschien maar wat zorgvuldig ingeoefende naar-de-mond-praterij. Alleszins, voor mij geldt dat wanneer je mij in een kamer met een internetaansluiting zet, dat ik dan uren per dag zoet ben met allemaal zaken die eigenlijk niet belangrijk voor mij zijn.
Wat wel belangrijk voor mij is, Svetlana, is genieten van mijn nieuwe studio, mijn eigen ruimte, klein maar fijn. Ik weet dat ik geluk heb gehad want als werkloze in Leuven iets vinden dat betaalbaar is, is allesbehalve evident. Ze vragen allemaal naar loonfiches van de laatste drie maanden, de mensen van de immokantoren, en ik heb die niet, loonfiches. Ik sta nu dan ook in mijn kamertje, kijk naar alle hoeken (die met het bed, die met de keuken, die met de tafel en die met de kast) en ik zie dat het goed is en geniet daarvan. En wat nu ook belangrijk voor mij is, Svetlana, is lezen en schrijven. Voor beide heb ik nu veel meer ruimte (niet te verwarren met tijd) en beide beleef ik nu op een rustige(re) manier. Dat internet gedroeg zich in mijn buurt als een zeurend kind dat altijd maar om aandacht vroeg, besef ik nu. Ik las verschrikkelijk veel artikels, maar bijna zonder uitzondering gingen ze oor in oor uit. En aan schrijven kwam ik gewoon helemaal niet meer toe, terwijl dat nu vanzelf gaat. Nu, nu ik er meer ruimte voor heb. Is schrijven geen veel mooiere manier om de tijd te passeren dan al dat duffe geklik en gelike?
Maar wat er ook van zij, Svetlana, dit hoeft geen vaarwel te zijn. Ik ben altijd tevreden geweest over Telenet en je hebt me zelf gezegd dat ik morgen alweer abonnee kan worden als ik dat wil. Maar nu hoeft het dus even niet, ook al omdat het leven zelf een handje toegestoken heeft bij mijn beslissing. Ja, geloof het of niet, Svetlana, maar ik heb dus vorige week een Telenet-installateur laten komen om voor mijn internetaansluiting te zorgen. Die installateur stelde echter een probleem met de kabel vast en raadde mij aan om een elektricien op te trommelen om dat probleem te verhelpen. Daar had ik al meteen niet erg veel zin in, om eerlijk te zijn. Ik voelde dat dat voor ‘gedoe’ zou zorgen. Maar ik belde niettemin een elektricien. Nu had die man gisteren rond 14u moeten komen opdagen, maar ik heb hem niet gezien of gehoord. Hiermee is dus duidelijk aangetoond dat er van bovenaf iets geregeld is om mij in mijn woning een tijdje zonder internetverbinding te laten leven. En die beslissing van bovenaf respecteer ik. En ik zeg het opnieuw, Svetlana, los van wat er in de sterren geschreven staat, zie ik er ook gewoon enorm tegenop om een ándere elektricien te contacteren, die dan misschien ook niet komt opdagen, en om daarna opnieuw een Telenet-installateur te laten komen, die dan misschien opnieuw moet vaststellen dat het probleem niet is opgelost. Akkoord, ik weet dat dat heel hypothetisch is allemaal, maar toch, ik heb nu even geen zin in dat soort gedoe. En ondertussen geniet ik van een bepaalde rust die ik onmogelijk kan ervaren met internet in mijn buurt.
Bedankt voor de fijne dienstverlening, Svetlana. Als Telenet mij mailt om te vragen hoe de service was, zal ik bij alle vragen de maximumscore aanduiden.
Ja, het kan goed geschreven zijn en ja, het kan interessant zijn, maar nee, een grote(re) groep lezers wil ik niet. De idee dat mensen die ik niet ken een serieuze tekst van mij zouden lezen, maakt mij droevig, Droevig, inderdaad. En niet een klein beetje zelfs. Ik voel de droefenis in mijn lijf wanneer ik er nog maar aan denk dat iemand die ik niet ken op Facebook (ja, dat speelt een rol) iets leest dat ik geschreven heb. De droefenis slaat op mijn keel en kruipt in mijn hoofd. Ik weet ook ongeveer hoe dat komt, maar als ik daarover begin word ik alleen nog droeviger.
Dus nee.
Ik heb vandaag De Morgen gekocht en begin gedachteloos een berichtje op de voorpagina met als titel “Homans maakt geen werk van neutraliteit” te lezen. Ik lees, nog steeds even gedachteloos, de eerste zin van dat bericht tot ik opeens.. “Ho! Stop! Ik ga geen nieuws over Liesbeth Homans zitten lezen, hé. Fuck Liesbeth Homans, man. Ik heb echt geen tijd voor Liesbeth fucking Homans.” Ik leg de krant aan de kant en rust even uit. Weer ternauwernood een aanslag op mijn geestelijke gezondheid verijdeld. Was me dat even schrikken...
(...)
Ik blader een beetje verder in diezelfde krant en kom ineens tot het besef dat de actualiteit mij echt totaal niet interesseert. ‘t Is misschien een tijdelijk fenomeen, maar het ís gewoon zo.
De actualiteit is zo.. hopeloos. Ja, dat is het juiste woord. En dat dan in een tijd waarin mensen naar hoop met een grote h schijnen te verlangen. Of is dat ook maar weer het gelul van marketeers? (Wat is tegenwoordig níét bedacht door marketeers?) Een verlangen naar Hoop? Zijn mensen tegenwoordig niet vooral met hun smartphone bezig ofzo? De laatste keer dat ik op straat kwam was dat alleszins nog het geval. En daar komt geen hoop maar wel schroothoop van. Ongeveer twee jaar na aankoop, naar ‘t schijnt.

Geen opmerkingen: