"Hey," zei hij zelfverzekerd.
"Ooit was ik een loser, nu praat ik elke vrouw die ik wil in mijn bed. En ik wil jou. Niet omdat ik van je hou, maar gewoon om te bewijzen dat ik wel degelijk iedereen kan krijgen."
"Zie je deze emo-bles. Die doet 't 'm. Voel je ze al een beetje fladderen, de vlinders in je buik? Of zijn het voorlopig nog rupsen - haha?"
"Humor is belangrijk. Originaliteit. Jij bent een mooie vrouw en ik ben zeker niet de eerste die je dat vertelt. Daarom vertel ik je iets anders. Je ruikt lekker. Je draagt een geur met je mee die me terugvoert naar een van de mooiste herinneringen uit mijn jeugd. Het is een onbestemd gevoel, maar ik voél het. Ik associeer jouw met dat onbestemde geluk. Jij maakt me blij."
"Wil je iets drinken? Je weet wel waar ik op aanstuur, maar wil je ook los daarvan niet gewoon heel eventjes iets drinken? Ik kom hier vaak en ik kan je de pinacolada aanraden. Die is zó goed hier. Daar ga je helemaal van zweven."
"Je hebt lachende ogen. Ik hou van de manier waarop je haar valt, met die lok voor je rechteroog. Beetje sixties, heel retro, maar toch eigentijds. Tijdloos eigenlijk. Tijdloze klasse."
"Als jij praat, hang ik aan je lippen. Dat zeg ik niet tegen iedereen hoor, ik praat nu tegen jou. Jij bent speciaal voor mij, ik koester jou."
"Dat jij mij maar niks vindt? Speel jij het hard to get?"
In een oogwenk trok ik de blonde sixties-pruik van mijn hoofd en duwde ze Richard La Ruina in het gezicht. Ik wist dat "de beste verleider van Europa" vanavond naar deze club zou komen en ik wist dat hij zou 'demonstreren', dat hij hier iedereen op hoge hakken zou lastigvallen.
De vermomming was af. Benen geïpileerd. Pruik. Eyeliner. Mascara. Ik was aantrekkelijk, kortom, misschien wat fors gebouwd voor een vrouw, maar als er één man in mijn vriendenkring de maten had om een grapje met La Ruina uit te halen, dan was ik het wel. Vonden mijn vrienden, vond ikzelf.
Het was gelukt. Hij wist niet waar hij het had. Mijn kale knikker maakte alles duidelijk in een snelheid die hij ondanks zijn flexibele brein niet dadelijk kon bevatten. Hij stond voor schut en iedereen staarde hem aan alsof hij gek was. Toegegeven: zo keken ze ook naar mij, maar dat deerde niet. Mijn show begon nog maar net.
"Het is de liefde," sprak ik tot La Ruina. "Niet de versiering die eraan voorafgaat. De liefde, die telt. Het graag zien, het houden van."
La Ruina wilde zich uit de voeten maken, maar twee handen grepen hem bij een arm en hielden hem staande.
"De liefde," zei ik opnieuw, "daar gaat het om tussen een man en een vrouw, tussen mensen. Ga jij maar kerstbomen versieren, ga jij het voorbereidende werk maar doen. Wij zullen aanbellen rond etenstijd en de kalkoen aansnijden. Samen genieten, van elkaar houden en gelukkig zijn. Ondertussen zal jij op je kamer aan je jeugd terugdenken. Met wat geluk zal je zelfs inzien dat je toen geen grotere loser was dan je nu bent. Met wat geluk zie je misschien zelfs in dat niet het voorgerecht maar het hoofdgerecht de weg is naar ware liefde. En als je dat begrepen hebt, mag je mee aanschuiven voor het dessert."
Bij wijze van 'origineel grapje' besloot ik vervolgens met La Ruina's eigen woorden te eindigen. De woorden die hij spreekt wanneer hij zelf een speedcursus heeft gegeven: "Dat is dan €500, alstublieft."
Hij betaalde nog ook, de loser.
Abonneren op:
Reacties posten (Atom)
Geen opmerkingen:
Een reactie posten